Cutting Edge 3.6 relative clauses & quantifiers

Today's lesson goal:
- repeat quantifiers
- relative clauses
- vocab
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Today's lesson goal:
- repeat quantifiers
- relative clauses
- vocab

Slide 1 - Tekstslide

Test
Thursday 31 March or Friday 1 April

Slide 2 - Tekstslide

Countable singular
Countable plural
Uncountable
milk
sand
stars
chair
vegetable
people
machinery
machines
time
books

Slide 3 - Sleepvraag

Let's get something to eat. Are there many restaurants here? Yes, there are quite_______, but there's not _______ variety. What kind of food do you like? Well, I eat too _______ junk food so I'd prefer something different. Are there any British restaurants here? Yes, but very _______. There are only two, I think.  
Maak de tekst af. Gebruik de juiste Quantifier. 
a little
a lot
much
many
few
much

Slide 4 - Sleepvraag

Relative clauses
Betrekkelijke bijzinnen: zinnen die extra informatie geven. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

relative pronoun
verwijst naar
that
persoon, dier, voorwerp
who
persoon
whose
bezit
which
dier, voorwerp
where
plaats
Let op: where
In het Nederlands kun je zeggen: WAAR luister je naar? Waar denk je aan. In het Engels heeft WHERE echt alleen maar te maken met PLAATS!

Slide 7 - Tekstslide

relative pronoun
verwijst naar
that
persoon, dier, voorwerp
who (*)
persoon
whose
bezit
which (*)
dier, voorwerp
where
plaats
That
ipv Who of Which, kun je ook That gebruiken. Maar: That mag nooit na een komma, dan moet je toch Who of Which gebruiken. 
2 soorten bijzin:
- extra info, tussen komma's, je kunt de info weglaten. 
- essentiële info die je niet kunt weglaten, verboden komma's te gebruiken. 

Slide 8 - Tekstslide

2 soorten bijzinnen:
- extra info, tussen komma's, je kunt de info weglaten. 
- essentiële info die je niet kunt weglaten, verboden komma's te gebruiken. 
My friend, who lives in England, plays the guitar really well. 

This is the house which I used to own. 

Slide 9 - Tekstslide

Some practice :-)

Slide 10 - Tekstslide

I don't understand people _____ spend watching tv all day.
A
which
B
who
C
that

Slide 11 - Quizvraag

I've got a pair of shoes ______ are too small for me.
A
which
B
who
C
that

Slide 12 - Quizvraag

A bodyguard is someone _____ job it is to protect other people.
A
who
B
whose
C
that

Slide 13 - Quizvraag

A leisure activity is something _____ you enjoy doing in your free time.
A
-----
B
which
C
what

Slide 14 - Quizvraag

work for yourselves
* practice vocab (find link in teams)
* exercises 2-5 Unit 9 (& also 6-10 from last week)
* practice for your exams reading/listening

Questions?
next week: repeat grammar & practice vocab
31/3 or 1/4: TEST on Chapter 9

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide