Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Rijn IJssel
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
zinsvolgorde: met voegwoord 1 - A2
woordvolgorde na een voegwoord 1
Begrijp jij er iets van?
??
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
MBO
Studiejaar 1,2
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
woordvolgorde na een voegwoord 1
Begrijp jij er iets van?
??
Slide 1 - Tekstslide
Doel
Ik kan zinnen maken met EN, MAAR, WANT, OF in de zin.
Slide 2 - Tekstslide
voegwoorden
want - en - maar - of
Je voegt twee zinnen samen met deze voegwoorden.
Er komt een komma (,) na het eerste deel.
De volgorde van het tweede deel van de zin is
1-2-3 (onderwerp - werkwoord - rest)
Slide 3 - Tekstslide
Samengestelde zin
De man gaat naar school, want hij leert Nederlands.
De man gaat naar school en hij gaat naar de stad.
De man wil geen pizza maar (hij wil) een broodje.
De man wil pizza of (hij wil) pasta.
1
onderwerp werkwoord rest voegwoord onderwerp werkwoord rest
3
2
1
2
3
V
Slide 4 - Tekstslide
Ik ga naar bed, want.......
Slide 5 - Open vraag
Ik ga naar bed en........
Slide 6 - Open vraag
Zet je koffie, want....
Slide 7 - Open vraag
Zet je koffie, of....
Slide 8 - Open vraag
Ik heb een dikke jas aan, maar..........
Slide 9 - Open vraag
Hij wil een auto en..........
Slide 10 - Open vraag
Hij wil een auto, maar..........
Slide 11 - Open vraag
Hij wil een auto, of..........
Slide 12 - Open vraag
Ze gaat naar de stad, of..........
Slide 13 - Open vraag
Ze gaat naar de stad en..........
Slide 14 - Open vraag
Ze gaat naar de stad, maar..........
Slide 15 - Open vraag
Ik heb een dikke jas aan, want..........
Slide 16 - Open vraag
We zijn klaar met de les.
Je hebt heel goed gewerkt.
Slide 17 - Tekstslide