In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Wat is maatschappijleer?
Hoe maken we keuzes?
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen voor vandaag
Schematische samenvatting H1.1 /1.2/1.3
hoofdstuk 1.1 doornemen
Samen hoofstuk 1.2 en 1.3 doornemen
Staatinrichting
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je nog van de vorige les?
Slide 3 - Tekstslide
HW Check
Schematische samenvatting H1.2 en H1.3
WB blz 16 & 17 in duo's nakijken
Slide 4 - Tekstslide
regering =
ministerraad + koning
Slide 5 - Tekstslide
Wat is het parlement?
In Nederland bestaat het parlement uit de Eerste en Tweede Kamer.
Slide 6 - Tekstslide
Uit wie bestaat het kabinet? Wat doet het kabinet?
Wie: ministers en staatssecretarissen
Wat:
Dagelijks bestuur
Maken van wetsvoorstellen
Slide 7 - Tekstslide
Geschreven en ongeschreven regels
Geschreven regels staan in de wet.
Ongeschreven regels zijn fatsoensnormen.
Slide 8 - Tekstslide
Kernbegrippen
Belangrijke begrippen die bij maatschappijleer vaak terugkomen:
Normen en waarden
Belangen
Macht
Slide 9 - Tekstslide
Waarden
Principes die mensen belangrijk vinden en willen nastreven: waardevol
Bijvoorbeeld: familie, aanzien, vrijheid en gezondheid
Een waarde kun je meestal in één woord omscrhrijven
Slide 10 - Tekstslide
Normen
Regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen
Normen horen altijd bij een waarde: je vindt iets waardevol, dus het is normaal dat deze regel daarbij hoort.
Bij de waarde familie hoort bijvoorbeeld de norm voor je ouders zorgen als ze dat niet meer kunnen
Slide 11 - Tekstslide
Belang
Een belang is het voordeel dat je ergens van hebt
Zo hebben scholieren belang bij goed onderwijs en autobezitters hebben belang bij minder files
Slide 12 - Tekstslide
Belangentegenstelling
Het ene belang botst met het ander:
Je wilt geen winkeldiefstal,
maar je wilt ook geen klanten wegjagen
met teveel bewakingscamera's
Slide 13 - Tekstslide
Macht
De mogelijkheid om het gedrag van anderen te beïnvloeden
Hierbij maak je gebruik van machtsmiddelen, zoals: functie, beroep, kennis, aanzien, geweld, aantal, geld of overtuigingskracht
Slide 14 - Tekstslide
Waarden & normen
Wat zijn dat?
Slide 15 - Tekstslide
Maatschappelijk probleem
Groot probleem waar veel mensen mee te maken hebben.
Er zijn verschillende meningen over.
De overheid bemoeit zich ermee.
Slide 16 - Tekstslide
Stappenplan onderzoek maatschappelijk probleem.
• Wat is het probleem? • Wie hebben ermee te maken? • Wat willen zij precies? • Wat zijn hun achterliggende ideeën? • Wat zijn de oorzaken van dit probleem? • Wat zijn de mogelijke oplossingen?
Slide 17 - Tekstslide
Een goede mening
• Je moet eerst de feiten kennen. • Je moet iets van verschillende kanten bekijken. • Je moet argumenten hebben.
Slide 18 - Tekstslide
Feiten & argumenten
Feiten: Dingen die echt gebeurd zijn en dat je dus kunt bewijzen.
Argumenten: Iets wat je vertelt om aan te tonen dat jouw mening goed is. Je legt uit waarom je iets vindt.
Slide 19 - Tekstslide
Waarden & normen
WAARDEN De principes of uitgangspunten die je belangrijk vindt in het leven.
NORMEN Regels hoe jij en anderen zich moeten gedragen.
Slide 20 - Tekstslide
Belangen
Een belang is een voordeel dat je ergens van hebt.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Macht
De mogelijkheid om het gedrag van anderen te beïnvloeden.
Slide 23 - Tekstslide
Machtsmiddelen
• functie en beroep • speciale kennis en vaardigheden • aanzien of status • overtuigingskracht • hoeveelheid geld die je hebt • aantal mensen dat gezamenlijk iets wil • gebruik van geweld
Slide 24 - Tekstslide
play.kahoot.it
Slide 25 - Link
Wat zijn jullie belangrijkste waarden?
Slide 26 - Woordweb
Welke normen horen daarbij?
Slide 27 - Woordweb
Alle jongens met blond haar zitten op voetbal
A
Feit
B
mening
C
vooroordeel
Slide 28 - Quizvraag
Geen voorbeeld van een machtsmiddel is:
A
kennis
B
overtuigingskracht
C
geld
D
schelden
Slide 29 - Quizvraag
Machtsmiddel? President Obama
A
overtuigingskracht
B
beroep en overtuigsingskracht
Slide 30 - Quizvraag
Een samenleving zonder gedragsregels kan ..
A
wel
B
niet
Slide 31 - Quizvraag
De Paus vraagt gelovigen anticonceptie te gebruiken
A
Aanzien / status
B
geld
C
geweld
D
aantal
Slide 32 - Quizvraag
Alle Nederlanders gaan altijd op vakantie naar Frankrijk
A
feit
B
mening
C
vooroordeel
Slide 33 - Quizvraag
Welk machtsmiddel ? De bank geeft een voorlichting over een hypotheek afsluiten
A
beroep
B
geld
C
geweld
Slide 34 - Quizvraag
Welk machtsmiddel? Er zijn 150,000 handtekeningen opgehaald tegen de bio-industrie