Keuzedeel Helpende

1 / 64
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 64 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

programma
Programma dag 2

Toets medicatie
Vitale functies
ACT zwachtelen
Steunkousen
Oefenen handelingen

Slide 2 - Tekstslide

vitale functies

Slide 3 - Woordweb

Vitale functies
Belangrijk (vitaal) wanneer zij goed werken blijven wij leven!



Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

De lichamelijke functies van levensbelang zijn:
A
ademhaling, polsslag, saturatie en bewustzijn
B
polsslag bewustzijn bloeddruk en saturatie
C
ademhaling temperatuur, polsslag en bloeddruk
D
ademhaling, polsslag temperatuur en aanspreekbaarheid

Slide 6 - Quizvraag

Pols
Wat is het?
Het kloppen van je hart in de slagaders.
Wat is normaal?
Normale situatie tussen de 60 en 90 slagen per minuut.
Wat meet je?
De regelmaat, zwak of krachtig en hoe vaak per minuut
en hoe meet je dat?
Pols, in de hals of de lies. Met vingers, niet met je duim!

Slide 7 - Tekstslide

Omhoog

Bij inspanning
Stress en emotie
Koorts
Medicatie (Ventolin= schildkliermedicatie)
Bloeding eerst omhoog en dan omlaag

Omlaag
Bloeding eerst omhoog en dan omlaag
Bij zouttekort
Kou en onderkoeling
Verbeteren conditie
Hartafwijking
Braken (druk op de nervus vagus prikkeling = 10e hersenzenuw)
Shock (bloeding)

Slide 8 - Tekstslide



De hartslag kan gemakkelijk
    gemeten worden door de kloppingen te
    tellen van een bloedvat in de pols vlak
    onder de duim. Dit wordt de polsslag genoemd.
   

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht pols meten
Observeer je eigen hartslag 15 seconden
X4 = resultaat hartfrequentie/minuut
Is de hartslag onregelmatig, dan verleng je de tijd naar 30 sec X2.

- zoek de polsslagader bij jezelf op en meet deze per minuut
- plaats wijsvinger en middelvinger met lichte druk op de polsslagader
- valt deze waarde binnen de normaalwaarden?
- sta nu op en maak passen op de plaats en ga 5 keer door je knieën.
- herhaal meting op de polsslagader
- welke waarde meet je nu?

Slide 10 - Tekstslide

Belangrijk
Onregelmatige hartslag ofwel boezemfibrilleren komt vaak bij ouderen voor.
Verhoogde kans op trombose!


In zorgdossier wordt geschreven
* Reg bij regulair
* Irr bij irregulair

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Temperatuur
Temperatuur
Normaal: 36,5-37,5
Verhoging: 37,5- 38
Koorts: 38-41

Waar te meten?
Rectaal
Oor
Oksel
Mond onder de tong
Scan voorhoofd

Slide 13 - Tekstslide

Welke thermometer? Waar?
Staafthermometer, infrarood, oor thermometer.

Rectaal -  anus
Oraal - onder de tong (+0,3)
Axillair - onder oksel (+0,5)
In het oor

Slide 14 - Tekstslide

Rectale temperatuur controle
Ligt normaal tussen de 36,5 en 37,5 C.
Contra-indicaties
Recente operatie aan het rectum of prostaat
Verwondingen aan het rectum of perineum
Voorzichtigheid is geboden bij:
Diarree
aambeien

Slide 15 - Tekstslide

orale temperatuur controle
Ligt normaal tussen de 36,1 en 37,5 C

30 min van te voren,
      - Niet roken
      - Geen warme of koude dranken

Contra-indicaties: 
Cliënten in coma
Afwijkingen aan neus en mond

Slide 16 - Tekstslide

axillaire tempratuur controle
Minst betrouwbaar


Een ½ tot hele graad verschil met orale
meting


Vlak van te voren wassen kan meting
beïnvloeden

Slide 17 - Tekstslide

Wat te doen bij koorts?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Ademhaling
normaal 16x per minuut
tellen in rust
30 sec tellen
kijken naar borst of hand voor de mond
bewust of onbewust
afleiden door pols te tellen

Slide 20 - Tekstslide

Waar let je op bij de ademhaling?
  • De frequentie (hoe vaak)
  • De diepte
  • De gelijkmatigheid
  • Het ritme
  • De geluiden

Slide 21 - Tekstslide

soorten ademhaling
Piepende ademhaling.
Moeizame ademhaling (dyspnoe).
Apneu.
Hyperventilatie.
Cheyne Stokes-ademhaling.
Kussmaul-ademhaling.
Ademstilstand, al dan niet in combinatie met een Cheyne Stokes-ademhaling.

Slide 22 - Tekstslide

saturatie meten
eenvoudige manier zuurstofgehalte meten
95% - 99% goede waarde
op aanvraag arts of vpk
infrarode straling, hoe roder het bloed hoe meer O2

Slide 23 - Tekstslide

Bloeddruk/tensie
Wat gebeurd er precies?

Het hart trekt zich samen  bloed wordt door de slagaders geperst  druk in vaatwanden wordt hoger 
systolische druk (bovendruk)


Hart ontspant vervolgens 
druk op vaatwanden neemt af 
diastolische druk (onderdruk)

Slide 24 - Tekstslide

de bloedsomloop

Slide 25 - Tekstslide

Heeft iemand die regelmatig eventjes duizelig wordt als hij uit bed stapt last van lage of hoge bloeddruk?
A
lage bloeddruk
B
hoge bloeddruk

Slide 26 - Quizvraag

wat is de gemiddelde bloeddruk?
A
100/60
B
120/80
C
140/95

Slide 27 - Quizvraag

Waarom meten we?
toestand van de vaten
spierkracht van het hart
Hoge RR kan duiden op aanloop CVA
lichamelijke klachten van zorgvrager

Slide 28 - Tekstslide

hoogte is afhankelijk van:

* Kracht van de hartkamer samentrekkingen
 goede pompfunctie - krachtiger samentrekking
* Elasticiteit van de slagaderwanden 
 elasticiteit neemt af bij ouderdom
* Weerstand in perifere bloedvaten
 vernauwing verhoogt de druk
* Bloedvolume
 afname bloedvolume leidt tot verlaging bloeddruk
* Viscositeit van het bloed
 stroperigheid bloed

Andere factoren:

Hartziekten
Lichaamsgewicht
Activiteit en rust
Stress, spanning en angst
Pijn
Medicijnen
Lichamelijke conditie

Slide 29 - Tekstslide

Wanneer meet je de bloeddruk, welke indicaties?

Slide 30 - Woordweb

Op aanvraag
, Bij onwel worden,  Instellen medicatie Braken/misselijkheid,  Suf,  Verwardheid,  Moeheid 
Bleek
Hartkloppingen
Pijn op de borst

Slide 31 - Tekstslide

klachten hoge RR
(onderdruk boven de 100)
* hoofdpijn
* vaag onwel gevoel
* wazig zien / verhoogde oogboldruk
* bloedneus
* zwaar gevoel / pijn op de borst
* moeheid

Slide 32 - Tekstslide

Gevolgen hoge RR
* Hartinfarct op beroerte: de hoge druk kan de wanden van je bloedvaten beschadigen. Er kunnen zich stofjes, zoals cholesterol ophopen. 
Je bloedvaten worden nauwer, en de kans op een hartinfarct of beroerte neemt toe.
* Hartfalen: ​Bij een hoge bloeddruk moet het hart ook steeds harder werken om het bloed rond te pompen. Je hartspier wordt dan dikker en stijver. 
De pompkracht neemt af en er kan hartfalen ontstaan.
* Schade aan andere organen: ook je ogen en nieren kunnen bijvoorbeeld schade oplopen.

Slide 33 - Tekstslide

klachten lage RR
(bovendruk onder de 100)
* flauw vallen
* duizelig
* licht in het hoofd

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Waar wel/niet meten?
*Voorkeur linkerarm, behalve bij...
Verlamming arm
Wond arm
Shunt bij dialyse
Borstamputatie bij okselkliertoilet
Infuus
Trombose arm

Slide 36 - Tekstslide

0

Slide 37 - Video

Bewustzijn 
De AVPU score waarbij er een onderscheid gemaakt wordt in reactie:
Alert
Verbal: reageert op aanspreken
Pain: reageert op pijnprikkel
Unresponsive: reageert op geen enkele prikkel

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

oedeem

Slide 40 - Tekstslide

Zo ziet het eruit in de benen...

Slide 41 - Tekstslide

oorzaken van oedeem:
Een ongeval, operatie of bestraling.
Overgewicht.
Een verstopte ader (bijvoorbeeld door trombose).
Beschadiging of blokkade van lymfevaten (lymfoedeem).
Beschadigde bloedvaten (angio oedeem).
Hartfalen. Een verminderde pompfunctie van het hart zorgt ervoor dat het bloed en lichaamsvocht minder goed door de aderen kunnen worden afgevoerd.
Nierziekten. Nieren regelen de vochthuishouding van het lichaam. Het niet goed functioneren van de nieren kan zorgen voor vochtophopingen.
Leveraandoeningen. 

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

symptomen van oedeem:
Vochtophoping in de enkels, voeten, benen of armen.
Een gespannen gevoel op de plek van de zwelling.
Opgezwollen ogen.
Benauwdheid.
Sneller moe zijn.
Kortademigheid bij inspanning of bij plat liggen (‘s nachts).
Binnen een paar dagen één of twee kilogram aankomen.

Slide 44 - Tekstslide

Wat kun je er aan doen?
Voldoende bewegen en niet te zout eten kunnen helpen om oedeem te voorkomen.
Plastabletten of steun- en compressiekousen kunnen helpen om het vochtoverschot af te voeren.
Ambulante compressie therapie

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Video

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide

Slide 53 - Tekstslide

Slide 54 - Tekstslide

Slide 55 - Tekstslide

Slide 56 - Tekstslide

Slide 57 - Tekstslide

Slide 58 - Tekstslide

Slide 59 - Tekstslide

Slide 60 - Tekstslide

Slide 61 - Tekstslide

Slide 62 - Tekstslide

Slide 63 - Tekstslide

Slide 64 - Tekstslide