Signaleren observeren rapporteren

Observeren
Film
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Observeren
Film

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaleren, observeren en rapporteren in de zorg

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel van de les
Aan het einde van de les kun je beschrijven hoe je signalen in de zorg identificeert, observeert, en rapporteert.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het signaleren en observeren in de zorg?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Observeren
Bekijk in volgend filmpje hoeveel keer de mensen met de witte T-shirt de bal overgooien.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel zaken veranderen er tijdens de opname van de film?
A
5
B
12
C
17
D
21

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Signaleren in de zorg
Herkennen van veranderingen in de cliënt, zoals gedrag, emoties en fysieke toestand.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Observatieregels
Gebruik maken van gestandaardiseerde regels en procedures om observaties nauwkeurig uit te voeren.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Valkuilen bij observeren
  • Eigen mening van de observator: vb. een beweeglijke bewoner
  • Emotionele betrokkenheid: vb.  die lieve bewoner op de afdeling
  • Het halo-effect > beoordelen o.b.v. sympathieke eigenschap
  • Het horn-effect > beoordelen o.b.v. negatieve eigenschap
  • Vooroordeel: vb. kleding met vlekken en scheuren
  • Projectie: eigenschappen en ideeën van jezelf in de ander.
  • Stemming: vb.  Vermoeidheid. Vrolijkheid ect
  • Ervaring in observeren: > Nadeel: je ziet alles met een beroepsblik 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Valkuilen bij observeren
 Interpretatie van een gebeurtenis is erg persoonlijk.
Bij observeren kunnen 2 mensen dezelfde situatie volledig anders waarnemen. Dat komt omdat iedereen de werkelijkheid om zich heen altijd subjectief, gekleurd, waarneemt.
Daarom is het belangrijk dat je weet hoe je objectief observeert.  

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Objectief
gebaseerd op feiten.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Subjectief
wanneer een observatie een mening, een gevoel, een vermoeden of een waardeoordeel bevatten.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktijkobservatie
Observeer het kind.

Schrijf op wat je ziet.
Bespreek met docent.
Rapporteer schriftelijk.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Rapportage
Schrijf een gedetailleerd verslag van de observatie, inclusief de waargenomen signalen en mogelijke interpretaties.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cliëntgerichte benadering
Neem de wensen en behoeften van de cliënt mee bij het bepalen van vervolgstappen na de observatie.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluitende reflectie
Reflecteer op de les en bespreek hoe de geleerde vaardigheden kunnen worden toegepast in de praktijk.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 21 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.