ROC Mondriaan

P7 Oog - idem p8

Het oog
1 / 75
volgende
Slide 1: Tekstslide
AnatomieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 75 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Het oog

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als ik in fel licht kijk, dan wordt mijn pupil
A
Groter
B
Kleiner
C
Niet anders
D
Dikker

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oog

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les
  1. Je benoemt de onderdelen van het oog. (herhaling)
  2. Je legt uit hoe het oog werkt. (herhaling)
  3. Je benoemt de aandoeningen van het oog, de oorzaak, het onderdeel van de oog wat is aangedaan en geeft een omschrijving van de aandoening. (presentatie en opdracht)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 6 - Woordweb

  • Hou je rekening met de relatie die de mantelzorger heeft met de zorgvrager. ​
  • Rekening houden met lichamelijke mogelijkheden en beperkingen van de mantelzorger. ​
  • Heb je oog voor eventuele rolomkering. ​
  • Heb je oog voor de emoties van de mantelzorgers. ​
  • Heb je aandacht voor het houden van balans tussen het zorgen en privé leven van de mantelzorger. ​
​Draagkracht en draaglast.

Mantelzorgers.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het oog:
Prikkel => licht.
Zintuig   =>      lichtzintuig
orgaan   =>       Het oog

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het oog
De gezichtszintuigen: 
liggen in je oog!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling van het oog
Wat weet je nog van het zintuig het oog?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oog
  • Inwendig oog:
  • Onderdelen plus functie

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Functie van het oog
Zintuig: vangt lichtprikkels op en stuurt deze via oogzenuw (nervus opticus) naar hersenen

Kwetsbaar!
- Oogkas = orbita
- oogleden (tegen stof en licht)
- wimper (tegen kleine stofjes)

Slide 13 - Tekstslide

Het oog bevindt zich in de oogkas en is circa 2.3 cm in doorsnee. Doordat het oog uit relatief zachte materialen bestaat, is het kwetsbaar voor beschadigingen. De oogkas heeft dan ook vooral een beschermende functie. In de oogkas zitten gaten en spleten om alle zenuwen en bloedvaten door te laten.

Ook de oogleden en de wimpers beschermen het oog. 
- oogleden: tegen stof en licht, afsluiting tijdens slaap
- Wimpers: beschermen tegen kleine stofjes, tastgevoelig, sluiten in reflex bij aanraking, talg om uitdroging te voorkomen
Drie lagen van het oog
1. Harde oogrok (sclera)

Zorgt voor:
  • Bescherming en stevigheid
  • Omgeven door slijmvlies
      (conjunctiva)
  • Doorzichtig aan voorkant
      -> hoornvlies (cornea)

Slide 14 - Tekstslide

Het hoornvlies is doorzichtig en zorgt ervoor dat het licht doorgelaten wordt en dat de lichtstralen van richting veranderen doordat zij op het hoornvlies breken
- veel pijnzintuigen
Drie lagen van het oog
2. Druifvlies (uvea)

Bestaat uit:
  • Vaatvlies 
  • Regenboogvlies (iris)
  • Pupil
  • Straallichaam 


Slide 15 - Tekstslide

Vaatvlies zorgt voor bloedtoevoer

Regenboogvlies (iris): gekleurde deel van het oog, verkleint en vergroot pupil
- veel pigmentcellen: donkere ogen
- veel licht: kleine pupil

straallichaam is de plek waar de spieren van de lens verbonden zijn aan de buitenkant van het oog
- maakt kamervocht aan
Drie lagen van het oog
3. Netvlies (retina)




Slide 16 - Tekstslide

Receptoren om het licht op te vangen
- prikkel wordt een elektrische impuls die via de oogzenuw naar de hersenen gaat
Drie lagen van het oog
3. Netvlies (retina)


Gele vlek (macula)

Blinde vlek (papil)



Slide 17 - Tekstslide

Gele vlek: veel kegels -> kun je het scherpst mee zien (ligt recht achter de pupil)

Blinde vlek: netvlies gaat over in de oogzenuw -> geen staafjes/kegeltjes en kan dus niks zien
Staafjes en kegeltjes

Slide 18 - Tekstslide

Staafjes: beweging en zwart-wit -> minder scherpe waarneming (denk maar aan kijken in het donker)

Kegeltjes: kleuren en details -> zeer scherpe waarneming

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Accommoderen

Slide 20 - Tekstslide

Flubberbal van de action?
Accommoderen

Slide 21 - Tekstslide

Als je in de verte kijkt, dan hoeven de lichtstralen minder sterk te breken en de is lens plat.
- Net als bij de pupil zijn hierbij de rechte spieren (de lensbandjes) strakgetrokken en de kringspieren zijn ontspannen

Als je dichtbij kijkt, moeten de lichtstralen sterk breken (een scherpe hoek maken (denk maar aan een bocht tijdens het autorijden) en wordt de lens boller. 
- Hierbij zijn de kringspieren aangespannen en de lensbandjes ontspannen

Dit aanpassen door de lens noemen we accommoderen
Dit hoort dus eigenlijk niet...

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presbyopie
Presbyopie: Ouderdomsverziendheid
  • Vanaf 40/45 jaar

Hmmmm...
  • Kun je dan veraf of dichtbij goed zien?
  • Wat was er ook alweer met de lens?
  • Hoe kwam dit?

Wat gebeurt er als je ouder wordt?

Slide 23 - Tekstslide

Als je ouder wordt, neemt jouw spiermassa af; je wordt minder sterk. Ook de oogspieren worden minder sterk en daardoor kunnen de kringspieren minder sterk samentrekken.
1

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Amblyopie
Amblyopie: Lui oog (meestal één oog)
  • Moeite met diepte zien (onhandig)
  • Geen afwijking aan het oog zelf

Oorzaken: Scheelzien, oogziekte, sterke bril-
afwijking -> de hersenen corrigeren overmatig

Behandeling: Bril, oog afplakken, oogdruppels (atropine)
  • Slechts 'nuttig' tot 8/11 jaar 

Slide 25 - Tekstslide

Er is niks mis met het oog zelf, maar de beelden worden door de hersenen onderdrukt

Om dubbelzien te voorkomen, schakelen de hersenen het beeld uit dat een van de ogen binnenkomt. Het gevolg hiervan is dat de ontwikkeling van dit oog achterblijft. Het oog verleert het kijken en wordt lui. Het kind gebruikt alleen nog het goede oog om mee te kijken.

Lui oog stimuleren om weer te gaan kijken
Ontsteking conjunctiva

Slide 26 - Tekstslide

Conjunctiva is slijmvlies over je oog en onder je oogleden: zorgt ervoor dat er niks 'achter' je oog kan komen
Conjunctivitis
Conjunctivitis: Ontsteking van bindvlies over harde oogrok (sclera)
  • Meest voorkomende oorzaak van rood oog
  • Meest voorkomende oogontsteking

Drie oorzaken:
  1. Viraal: Verkoudheid, adenovirus (besmettelijk!)
  2. Bacterieel: Stafylokokken, SOA
  3. Allergisch: Pollen, contactallergenen

Slide 27 - Tekstslide

Soms doet hoornvlies/cornea mee

contactallergenen zijn: oogdruppels of -zalf, makeup en contactlensvloeistof
Conjunctivitis
Symptomen: Duurt enkele dagen tot twee weken
  • Rode, branderige, tranende ogen
  • Meestal geen pijn                                           Allergie: Jeuk
  • Soms zichtproblemen                                 Bacterieel: Pusvorming

Behandeling: 
  • Oogdruppels (verschillende soorten)
  • Eventuele contactlenzen uit!

Slide 28 - Tekstslide

Waterige afscheiding
Geen pijn, tenzij hoornvlies is aangetast
Zichtproblemen door tranen en irritatie

Oogdruppels:
- Reiniging
- Bloedvatvernauwing
- Antibiotica
- Antihistaminicum
Uveitis
Ontsteking van het vaatvlies (uvea)
  • Verzamelnaam voor inwendige ooginfecties:  o.a. iritis

Symptomen:
  • Diepe pijn in het oog, rood oog
  • Vermindering gezichtsvermogen/wazig zien 
  • Zwarte vlekjes of slierten in het beeld
  • (soms) Licht niet goed verdragen

Slide 29 - Tekstslide

Oorzaak is onbekend, soms onderdeel van infectieziekten en auto-immuunziekten (reuma)

Één oog of beide ogen tegelijkertijd

Onder andere gebruik van corticosteroiden als behandeling
Keratitis
Ontsteking van de cornea (hoornvlies)
  • Door Herpes Simplexvirus of UV-licht (skiën, lassen)

Symptomen:
  • Zeer pijnlijk
  • Afname gezichtsvermogen
  • Lichtschuwheid
  • Tranende, rode ogen

Slide 30 - Tekstslide

evt. littekenvorming 
verminderde gevoeligheid en daardoor grotere kwetsbaarheid
Cataract (staar)
(Grijze) staar: vertroebeling van de lens
  • Aangeboren/erfelijk
  • Ziekte, zoals diabetes
  • Meestal door ouderdom

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diabetische Retinopathie
Beschadiging van netvlies bij diabetes:
  • Teveel suiker beschadigt bloedvaatjes
  • Bij 80% van de patiënten

De bloedvaatjes:
  • Lekken vocht/vet (exsudaat)
  • Gaan bloeden of dichtzitten 
  • Geven te weinig zuurstof door
  • Gaan zich uitbreiden

Slide 32 - Tekstslide

Mensen met diabetes hebben te veel glucose (suiker) in hun bloed. Dit beschadigt de bloedvaten in het lichaam, waaronder de kleine bloedvaatjes in het netvlies.
Bij de meeste mensen met diabetes ontstaat diabetische retinopathie. Dit geldt zowel voor mensen met diabetes type I als diabetes type II. Twintig jaar na de diagnose diabetes zijn de kleine bloedvaatjes in het netvlies bij 80% van de mensen beschadigd.

Door tekort aan bloed en zuurstof (ischemie) vormt het oog nieuwe bloedvaatjes -> ernstige retinopathie
Retinopathie (2)
Retina: Netvlies (staafjes en kegeltjes)

Pathie: Ziekte/afwijking/aandoening

Retinopathie: Aandoening van netvlies
  • Verschillende oorzaken
  • Belangrijkste oorzaak van blindheid 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere vormen Retinopathie
Hypertensieve retinopathie: door hoge bloeddruk

Atherosclerotische retinopathie: door aderverkalking en ouderdom

Bij beiden:
  • Beschadiging van netvlies (4 gradaties)
  • Gezichtsvermogen gaat langzaam achteruit
  • Preventieve behandeling risicofactoren

Slide 34 - Tekstslide

Patiënt merkt vaak niet dat gezichtsvermogen achteruit gaat -> bij klachten is het vaak te laat

Gradaties van gering tot zeer ernstig
Glaucoom
Acuut: plotselinge blokkade afvoer van
kamervocht (Spoedgeval!)
  • Acuut hevige pijn
  • Rood/hard oog
  • Misselijkheid/braken
  • Risico op blindheid

Behandeling: Oogdrukverlagende druppels

Slide 35 - Tekstslide

Verwijzing naar oogarts
Glaucoom
Acuut: plotselinge blokkade afvoer van
kamervocht

Slide 36 - Tekstslide

Waar werd het kamervocht ook weer gemaakt?
Waarom is acuut glaucoom een spoedgeval?

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chronisch glaucoom
Afvoer van kamervocht slibt langzaam dicht
  • Oogdruk neemt heel langzaam toe
  • Oogzenuw raakt langzaam beschadigd
  • Patiënt ziet langzaam steeds minder 
(van buiten naar binnen)

Schade aan oogzenuw herstelt niet: oogdruppels/
drain/operatie kan verdere schade voorkomen

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maculadegeneratie 
De macula bevat vooral kegeltjes

Oorzaken: Diabetes, Ouderdom, Trauma, 
Erfelijke ziekte en/of Roken

Symptomen: Wegvallen centrale gezichtsveld
  • Minder scherp zien
  • Vervormingen zien

Slide 40 - Tekstslide

Waar waren de kegeltjes voor?
- Scherp zien en kleuren zien
Twee vormen
1. Droge maculadegeneratie: cellen in de gele vlek sterven af
  • Meest voorkomende vorm (±85% )
  • Langzaam proces
  • Geen behandeling mogelijk

2. Natte maculadegeneratie: groei abnormale bloedvaatjes in macula
  • Bloedvaatjes kunnen bloed of vocht lekken 
  • Laseren en/of injectie in oog kan achteruitgang verminderen

Slide 41 - Tekstslide

Bloedvaatjes kunnen tot littekenvorming leiden of permanente schade aan het netvlies

Aandoening ontwikkelt zich snel en er is sprake van een snelle achteruitgang (ernstig verlies van gezichtsveld als niet wordt ingegrepen)

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Of dit...

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een conjunctivitis en een keratitis?

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geneesmiddelen





Welk middel wordt wanneer gebruikt en waarom?

Slide 45 - Tekstslide

oogdruppels FNA: conjunctivitis  (bijv. hooikoorts)
Chlooramfenicol is een antibioticum. Het bestrijdt bacteriën. In oogdruppels of oogzalf wordt het gebruikt bij ooginfecties

Atropine: middelen bij oogonderzoek: pupilverwijder
 
Loslating netvlies
Ablatio retinae: netvlies laat los van vaatvlies
  • Door een ongeluk/trauma of erfelijkheid
  • Soms door ernstige bijziendheid

Symptomen:
  • Lichtflitsen/schaduw/vlekjes zien
  • Minder scherp zien

Spoedgeval
-> zo snel mogelijk naar OK!

Slide 46 - Tekstslide

Door ziekte of trauma, erfelijkheid, operatie aan staar. Krimpend glasvocht door ouderdom

Patient ziet lichtflitsen door trekken aan zenuwcellen
Strabismus
Strabismus: Scheelzien
  • Geen balans in werking oogspieren
  • Spieren staan te strak/te los

Oorzaken: Erfelijk, ziekte, trauma, verkeerde sterkte van bril of een oogbewegingsstoornis

Symptomen: Niet altijd scheef staande ogen! 

Slide 47 - Tekstslide

Symptomen zijn niet altijd scheel staan van de ogen, maar vaak ook een lui oog en op latere leeftijd hoofdpijn, dubbelzien
Het hoornvlies is onderdeel van de harde oogrok
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met welk nummer wordt de blinde vlek aangegeven?
A
5
B
7
C
9
D
11

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met welk nummer wordt de lens aangegeven?
A
1
B
2
C
3
D
12

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Patient ziet bijvoorbeeld dit...

Slide 51 - Tekstslide

Hoe werkt het? (Amslertest)
- men kijkt op kaart met vierkanten naar middelpunt (andere oog afgedekt)

Wanneer iets mis?
- als je iets ‘niet’ ziet
- iets wazigs ziet
- iets onregelmatigs ziet


Even in de herhaling...

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Harde oogvlies
Netvlies
Vaatvlies

Vangt lichtprikkels op
beschermt alles wat binnenin het oog zit
Hierin zitten de bloedvaatjes die stoffen vervoeren die het oog nodig heeft

Slide 53 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beschermt het oog tegen vuil en te fel licht
Beschermt het oog tegen uitdroging
Verspreidt traanvocht over het oog
Zorgt ervoor dat zweet langs het oog loopt
Produceert traanvocht
Ooglid
Traanklier
Traanvocht
Wenkbrauw
Wimper

Slide 54 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

https://www.bioplek.org/animaties/oog/oog.html
https://schooltv.nl/video/ogen-hoe-ziet-een-oog/#q=ogen

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken
- Maken: 
https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Oog/oog.htm
https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Oog/oogfuncties.htm
https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Lenzen/accommodatie.htm
https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Oog/kegeltjesstaafjes.htm
- Al klaar? Mag je verder met 

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nu jij! Wat ging er bij jou goed vandaag?

Slide 58 - Woordweb

Leg de lat niet te hoog tijdens het zoeken naar positieve punten. Schrijf dingen op die goed gingen, waar je dankbaar voor bent of die gewoon leuk waren. Hou juist oog voor de kleine dingen. Misschien ben je naar buiten geweest, was je op tijd op school, heb je je tanden gepoetst, lekker gegeten of heb je de tijd genomen om naar de zonsondergang te kijken. Hoe klein het ook is: schrijf het op!”

Dominant oog
Met deze test bepaal je jouw dominante oog:

Maak met je duim en wijsvinger een cirkel; het ‘OK-teken’.
Strek je arm recht voor je uit en kijk met beide ogen door de cirkel. Focus op een klein voorwerp verderop.
Houd de cirkel in deze positie, knijp je linkeroog dicht en kijk door de cirkel.
Doe daarna hetzelfde met je rechteroog.
Door welk oog zie je het voorwerp IN de cirkel? Dat is jouw dominante oog.
Het oog waarmee je het voorwerp BUITEN de cirkel ziet, is je niet-dominante oog.

LEG DE PROEF UIT

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welk onderdeel van het oog regelt de hoeveelheid licht in het oog? 
A
Pupil
B
Iris
C
Hoornvlies
D
Lens

Slide 60 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoornvlies
Regenboogvlies
Netvlies
Druifvlies
Cornea
Iris
Retina
Uvea

Slide 61 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Om te zien moet er licht in je oog komen. Via welke onderdelen van het oog komt het licht in je oog?
A
hoornvlies, pupil, lens, netvlies
B
lens, pupil, hoornvlies, netvlies
C
pupil, lens, hoornvlies, netvlies
D
netvlies, pupil, lens, hoornvlies

Slide 62 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de buitenkant van je oog kun je verschillende onderdelen van het oog zien.
Hoe heet het gekleurde deel van het oog?
A
Iris
B
Oogwit
C
Pupil

Slide 63 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN onderdeel van het oog ?
A
Netvlies
B
Vaatvlies
C
Hoornvlies
D
Traanvlies

Slide 64 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een pupil (oog)?
A
Het voorste doorschijnende deel.
B
De buitenste witte laag.
C
De gekleurde ring.
D
Het zwarte gaatje.

Slide 65 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vlies in je oog voert voedingsstoffen naar je oog?
A
Het hoornvlies.
B
Het netvlies.
C
Het vaatvlies.

Slide 66 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van je oog zorgt ervoor dat je oog vochtig wordt?
A
De wenkbrauw
B
Je wimpers
C
De traanklier
D
Je ooglid

Slide 67 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van het oog beschermt je oog niet?
A
wenkbrauw
B
ooglid
C
wimper
D
hoornvlies

Slide 68 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zit vast aan het oog en laat het oog bewegen?
A
oogzenuw
B
lens
C
oogspieren
D
netvlies

Slide 69 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het oog heeft als taak prikkels op te vangen.
Wat is de prikkel voor de zintuigen in het oog?
A
Geur
B
Druk
C
Licht
D
Geluid

Slide 70 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke delen van het oog kunnen het oog draaien?
A
de oogleden
B
de oogzenuw
C
de oogspieren
D
de lens

Slide 71 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de plek in het oog waar de oogzenuw het oog verlaat?
A
De blindevlek
B
De gele vlek
C
Het vaatvlies
D
Het netvlies

Slide 72 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk vlies in je oog voert voedingsstoffen naar je oog?


A
Het hoornvlies.
B
Het netvlies.
C
Het vaatvlies.

Slide 73 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Om te zien moet er licht in je oog komen. Via welke onderdelen van het oog komt het licht in je oog?
A
hoornvlies, pupil, lens, glasachtig lichaam, netvlies
B
lens, pupil, hoornvlies, netvlies, glasachtig lichaam
C
hoornvlies, netvlies, pupil, lens, glasachtig lichaam
D
netvlies, glasachtig lichaam, pupil, lens, hoornvlies

Slide 74 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het buitenste vlies van je oog, die je oog beschermt?
A
Vaatvlies
B
Hoornvlies
C
Netvlies
D
Harde oogvlies

Slide 75 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies