Deutsch 17 Feb 21

• Duits
• MBO
• Studiejaar 2

Herzlich Willkommen

Zutaten dieser Stunde

• Rückblick ⌚ 3-5  Gramm
• Lernziel ⌚ 1 Gramm
• Das Redemittel ⌚ 5 Gramm
• Die W-Fragen (Fragewörter) ⌚ 5 Gramm
• Fähigkeit: Gespräche Führen ⌚ 20-25 Gramm
• Das Ende

Rückblick

1. Spreek de volgende woorden uit: Käse, hätten und möchten

2. Hoe zeg je 'Mag ik uw jas aannemen?' in het Duits?

3. Wat betekent 'Wilt u de menukaart?' in het Duits?

4. Hoe zeg je 'Wilt u iets eten/drinken?' in het Duits?

5. Wat is het woord voor menukaart in het Duits?

Lernziel

Aan het eind van de les heb je kennisgemaakt en geoefend met de Duitse vraagwoorden

Das Redemittel

SEHR WICHTIG!!! 

Bestudeer de zinnen en probeer ze uit jouw hoofd te leren zodat je dat in jouw beroep en tijdens het examen kunt toepassen!!!!!!!!!!!!!!!

Die Fragewörter

Welke vraagwoorden ken je in het NL?

Und welche Fragewörter kennst du in Deutsch?

Die Fragewörter

• Wie = Wer?
• Wat = Was?
• Waar = Wo?
• Wanneer = Wann?
• Waarom = Warum?
• Hoe = Wie? 
• Hoeveel = Wieviel?
• Welke = Welche?

Jetzt

Fähigkeit: Gespräche führen