Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
TaalCompleet B1 herhaling thema 3 versie 2
TaalCompleet B1
herhaling thema 3
1 / 36
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
36 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
TaalCompleet B1
herhaling thema 3
Slide 1 - Tekstslide
Zet het goede woord in de zin.
Slide 2 - Tekstslide
Ik zal mijn collega ......... de nieuwe werktijden.
A
op de hoogte brengen van
B
communiceren
Slide 3 - Quizvraag
De methode TaalCompleet is ........... voor mensen die goed Nederlands willen leren.
A
zomaar
B
geschikt
Slide 4 - Quizvraag
Misschien zijn we op 3 oktober vrij. ...........vraag ik het even aan de docent.
A
voor de zekerheid
B
trouwens
Slide 5 - Quizvraag
Ik wilde vandaag mijn buurvrouw bezoeken maar........, ze had geen tijd.
A
ik maakte me druk
B
het kwam niet uit
Slide 6 - Quizvraag
Het heeft de afgelopen weken .......... geregend. Het gras wordt helemaal geel.
A
nauwelijks
B
trouwens
Slide 7 - Quizvraag
Nederlandse boeren ........... veel verschillende soorten groente.
A
groeien
B
verbouwen
Slide 8 - Quizvraag
Thema 3 is een ......... hoofdstuk. Ik ga alles nog een keer herhalen.
A
logisch
B
ingewikkeld
Slide 9 - Quizvraag
Welke zin is goed?
A
Ik eet een appel terwijl ik naar de televisie keek.
B
Ik eet een appel terwijl ik naar de televisie kijk.
Slide 10 - Quizvraag
Welke zin is goed?
A
We gaan in het bos wandelen nadat we boodschappen hebben gedaan.
B
We gaan in het bos wandelen nadat we boodschappen gaan doen.
C
We gaan in het bos wandelen nadat we boodschappen doen.
Slide 11 - Quizvraag
Welke zin is goed?
A
Anna drinkt koffie met haar vriendin voordat ze naar de markt is gegaan.
B
Anna drinkt koffie met haar vriendin voordat ze naar de markt ging.
C
Anna drinkt koffie met haar vriendin voordat ze naar de markt gaat.
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het meervoud?
Slide 13 - Tekstslide
de vrijheid
Slide 14 - Open vraag
de weg
Slide 15 - Open vraag
het lid
Slide 16 - Open vraag
het lied
Slide 17 - Open vraag
het restaurant
Slide 18 - Open vraag
Welke woorden kan je maken bij het werkwoord?
Slide 19 - Tekstslide
vergaderen
Slide 20 - Open vraag
klussen
Slide 21 - Open vraag
voorzitten
Slide 22 - Open vraag
behandelen
Slide 23 - Open vraag
herhalen
Slide 24 - Open vraag
Zet het werkwoord in de verleden tijd
Slide 25 - Tekstslide
Vroeger ..... de meeste mensen geen televisie (hebben).
Slide 26 - Open vraag
Vroeger ......... de mensen minder lang dan tegenwoordig (leven).
Slide 27 - Open vraag
Vroeger ............ we onze boodschappen op de markt in plaats van in de supermarkt (kopen).
Slide 28 - Open vraag
Toen ik klein was .......... mijn moeder de vloer .......... met een dweil (schoonmaken)
Slide 29 - Open vraag
Vroeger ......... je weinig vrouwen autorijden (zien).
Slide 30 - Open vraag
Wij ............ niet wanneer we weer naar school ............. (weten, moeten)
Slide 31 - Open vraag
vaste voorzetsels
Slide 32 - Tekstslide
Ik maak altijd graag een praatje .......... mijn buurvrouw die op nummer 48 woont.
A
over
B
met
C
voor
D
van
Slide 33 - Quizvraag
Ik woon nu in een andere stad, maar ik probeer goed contact te houden .... mijn vrienden van de middelbare school.
A
met
B
van
C
in
D
voor
Slide 34 - Quizvraag
Sarah is verslaafd ..... roken. Ze rookt al 10 jaar een pakje per dag.
A
van
B
door
C
aan
D
met
Slide 35 - Quizvraag
De stad Leiden staat bekend ..... haar vele museums.
A
van
B
om
C
door
D
met
Slide 36 - Quizvraag