Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

13.3 Hormonen recyclen botten ll

13.3 Hormonen recylen botten
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

13.3 Hormonen recylen botten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les:
- Uitleg 13.3 Hormonen recyclen botten
- Maken opdrachten 13.3

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je leert het belang van hormonale regeling (voor botten) via regelkringen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regeling Calcium concentratie
Ca2+ is o.a. nodig voor impulsoverdracht, samentrekking spieren, bloedstolling en als secundaire boodschapper. 

Wanneer de concentratie Ca2+ stijgt tot boven de norm:
Schildkliercellen nemen stijging waar en geven calcitonine af. 
→ Calcitocine stimuleert opname van Ca2+ door botcellen en minder resorptie van Ca2+ in nieren.
→ Ca2+ concentratie daalt. 


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

nu de tekening op het bord
Regeling Calcium concentratie
Wanneer concentratie Ca2+ daalt onder de norm:
→ Scheiden bijschildklieren parathormoon (PTH) af 
→ Botten geven Ca2+- ionen af
→ Er vindt meer resorptie van Ca2+ in nieren plaats.
→ Niercellen vormen actief vitamine D, dit stimuleert de darmcellen tot extra opname van Ca2+ uit voedsel.
→ de Ca2+ concentratie stijgt. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

nu de tekening op het bord
Antagonisten
PTH en calcitonine zijn antagonisten. Ze hebben een tegengestelde werking 

Calcitonine zorg voor Ca2+ opname/daling concentratie. 
PTH zorgt voor Ca2+ afgifte/stijging concentratie
[Ca2+] schommelt hierdoor rond de norm

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Botvorming en botafbraak
Om bot sterker te maken moet eerst een deel van het bestaande bot afgebroken worden. Osteoclasten scheiden zuren af die botweefsel afbreken. Ca2+ komt hierbij vrij.

Osteoblasten vormen daarna nieuw botweefsel (collageen met calciumfosfaat). Zij worden geactiveerd door groeihormoon (GH) en groeifactoren.
Na een tijd komt de osteoblast in het bot te liggen, omringd door het botmateriaal. Dit is een osteocyt

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke cellen bouwen nieuw botweefsel op?
A
osteoblast
B
osteoclast

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kunnen oestrogenen botafbraak tegengaan volgens de voorgaande figuur/ bron 10?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manier zorgt PTH voor botafbraak; Is dit direct of indirect
A
PTH stimuleert de activiteit van osteoclasten; direct
B
PTH stimuleert de activiteit van osteoclasten; indirect
C
PTH remt de activiteit van osteoblasten; direct
D
PTH remt de activiteit van osteoblasten; indirect

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Botvorming en botafbraak
PTH stimuleert indirect de botafbraak (Ca2+ afgifte), 
Oestrogenen en testosteron remmen deze juist.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Osteoporose
Oestrogenen remmen de activiteit van osteoclasten. 
Een tekort aan oestrogenen (vrouwen op leeftijd) kan leiden tot osteoporose (botontkalking), het bot verzwakt en risico op botbreuk wordt groter. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
- Maken 13.3 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies