Quiz

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Tijdens het werk mag ik geen sieraden om

1. Waar
2. Niet waar

Handalcohol.......

1. Is slechter voor de handen dan wassen met water en zeep
2. Is beter voor de handen dan wassen met water en zeep
3. Na het handen wassen is nog beter!

Ik was mijn werkkleding op...

1. 40 graden
2. 60 graden
3. 90 graden

Wat zijn de 4 groepen micro organismen?

1. bacteriën, virussen, prionen, parasieten
2. bacteriën, schimmels, gisten, parasieten
3. Bacteriën, virussen, schimmels, parasieten

Welk micro organisme is het kleinst?

1. Bacterie
2. Virus
3. Schimmel
4. Parasiet

Hoe worden bacteriële infecties behandeld

1. Virusremmers
2. Antibiotica
3. Niet behandeld

Wat verstaan we onder contact isolatie?

1. Geen direct contact met patiënten,handschoenen dragen
2. Afstand houden minimaal 1,5 meter
3. Volledige afzondering in een aparte kamer

Wat is een besmetting?

1. Het binnendringen in het lichaam en daar kunnen overleven
2. Reactie van het menselijk lichaam op een infectie
3. Contact maken met pathogene micro-organismen

Noro is een bacterie

1. Waar
2. Niet waar

Wat is directe besmetting?

1. besmetting van persoon op persoon (hoesten)
2. besmetting door een voorwerp (toiletbril)

Micro organismen zijn.....

1. altijd pathogeen
2. niet met het blote oog te zien
3. specifiek werkende cellen
4. bloedlichaampjes

Wanneer wordt een ontsteking levensgevaarlijk?

1. wanneer deze via de porte d ‘entree binnenkomt
2. als deze via de lucht ingeademd worden
3. wanneer deze zich via de bloedbaan verspreidt
4. als de bacteriën heel erg sterk zijn

MRSA is een...

1. Bacterie
2. Schimmel
3. Parasiet
4. Virus

Waarom mag je in de zorg geen armbanden of ringen dragen?

1. gevaar voor beschadiging van de zorgvrager
2. gevaar voor directe besmetting
3. gevaar voor beschadiging van jezelf
4. gevaar voor indirecte besmetting

Goed wassen met water en zeep is voldoende voor het verwijderen van micro organismen

1. Waar
2. Niet waar

Wat is geen functie van skelet?

1. Stevigheid
2. Vorm
3. Balans
4. Beweging

Bot is

1. Stevig en niet buigzaam
2. Stevig en iets buigzaam
3. Stevig en buigzaam
4. Slap en niet buigzaam

Wat geeft stevigheid aan het bot

1. Lijmstof
2. Magnesium
3. Kalkzout
4. Cementum

Kraakbeen is

1. Slap en buigzaam
2. Sterk en buigzaam
3. Slap en niet buigzaam
4. Sterk en niet buigzaam

Hoe heet dit bot?

1. Scheenbeen
2. Kuitbeen
3. Knieschijf
4. Dijbeen

Hoe heet dit bot?

Hoeveel beenderen heb je ongeveer?

1. 200
2. 400
3. 600
4. 800

Osteoblasten zijn verantwoordelijk voor de botafbraak

1. Waar
2. Niet waar

Welk gewricht zie je hier?

1. Scharniergewricht
2. Kogelgewricht
3. Rolgewricht

Osteocyten zorgen voor de afbraak van het bot

1. Waar
2. Niet waar

Wat is geen onderdeel van de schedel?

1. Schedelbeenderen
2. Onderkaak
3. Bovenkaak
4. Achterhoofd

Welke gewricht zorgt ervoor
dat je je pols kunt draaien?

1. Rolgewricht
2. Scharniergewricht
3. Kogelgewricht

Atlas: dit is de eerste halswervel (C1). Deze wervel heeft een afwijkende vorm:

1. de wervel heeft zowel een wervellichaam als een doornuitsteeksel
2. de wervel heeft wel een wervellichaam, maar geen doornuitsteeksel
3. de wervel heeft geen wervellichaam maar wel een doornuitsteeksel
4. de wervel heeft geen wervellichaam en geen doornuitsteeksel

Waarvoor dienen tussenwervelschijven?

1. Stevigheid
2. Balans
3. Vorm behoud
4. Schokbrekers

Het hart bestaat uit...

1. Gladde spieren
2. Dwarsgestreepte spieren

Waarmee zit een spier aan botten vast?

1. Kraakbeen
2. Gewrichten
3. Pezen
4. Spierbundels

De motorische eindplaat vormt de overgang van de zenuwuitloper naar de spiervezels

1. Waar
2. Niet waar

Hoeveel spieren heb je ongeveer?

1. 200
2. 400
3. 600
4. 800

Spieren bestaan uit

1. Spiervezels
2. Spierstrengen
3. Spierkegels
4. Spierdraden

Skeletspieren zijn dwarsgestreepte spieren

1. Waar
2. Niet waar

Waardoor beweegt het gewricht soepel?

1. Kraakbeen
2. Gewrichtskapsel
3. Gewrichtssmeer
4. Gewrichtskom

Bij welke activiteit trekken de meeste spierbundels samen?

1. Schaken
2. Lopen
3. Rennen
4. Gewichtheffen

Wat zie je hier?

1. Trombose
2. Decubitus
3. Ontsteking
4. Spitvoeten

Hoe ziet decubitus graad 2 eruit?

1. dicht en rood
2. open en rood
3. open en geel
4. open en zwart/ geel

Wat is de belangrijkste preventieve maatregel bij decubitus?

1. zorgen voor een goede voedingstoestand
2. decubitusscorelijst
3. wisselligging
4. informeren van de zorgvrager

Wat is een kenmerk van trombose?

1. dik glanzend been
2. rood en warm been
3. dik been
4. allemaal goed

Wat is urine retentie?

1. De blaas is leeg door een katheter
2. Er blijft een hoeveelheid urine achter in de blaas
3. De hoeveelheid urineproductie
4. Door een blaasontsteking blijft urine achter in de blaas

Bij reuma gaat het altijd om ontstekingen in de gewrichten

1. Waar
2. Niet waar

Reuma is niet te genezen

1. Waar
2. Niet waar

Wat is waar over artrose?

1. Artrose is een ouderdomsziekte
2. Artrose is hetzelfde als botontkalking
3. Artrose is een reumatische aandoening
4. Veel lichamelijk zware arbeid vergroot de kans op artrose

Voor welke cliënten is de WzD ondermeer van toepassing

1. Geriatrische cliënten
2. Psychiatrische cliënten
3. Cliënten met een verstandelijke beperking
4. Psychotische cliënten

Wat wordt verstaan onder onvrijwillige zorg?

1. zorg waarmee de cliënt niet instemt
2. zorg waarmee de verpleegkundige niet instemt
3. zorg waarmee de de familie niet instemt
4. zorg waartegen de cliënt zich verzet

Wie bepaalt of een cliënt wilsbekwaam is?

1. een niet-bij-de-zorg-betrokken arts
2. directe zorgverleners (VP of VP specialist)
3. een bij-de-zorg-betrokken arts
4. de familie