Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

wondzorg & zwachtelen W2VZZ groep

     Wond (zorg) en zwachtelen
 
1 / 56
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 56 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

     Wond (zorg) en zwachtelen
 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is een wond?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

wond
Wond is een verbreking van de continuïiteit van weefsel,
veroorzaakt door een trauma of een pathologische aandoening.
Bron: WCS (Woundcare Consultant Society)
WCS= internationale vereniging van deskundigen die zich bezig houden met wondbehandeling

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Reactiefase
In de reactiefase is de wondverzorging erop gericht om uitbreiding van de verwonding te voorkomen, dus op bloedstelping.
Regeneratiefase
In de regeneratiefase worden nieuwe bloedvaatjes en een dun laagje huid gevormd. In de regeneratiefase groeien er nieuwe bloedvaatjes in de wond. Dit wordt ook wel granulatie genoemd. De wond ziet er dan rood en korrelig uit. Door de nieuwe bloedvaatjes worden zuurstof en voedingsstoffen aangevoerd die nodig zijn voor de verdere wondgenezing. De wondranden trekken naar elkaar toe en de wond zal uiteindelijk sluiten. Dit wordt regeneratie van epitheel genoemd. Deze fase wordt ook wel de proliferatiefase genoemd.
Rijpingsfase
De rijpingsfase wordt ook wel de maturatiefase of remodelleringsfase genoemd. Het granulatieweefsel dat de dermis heeft vervangen moet uitrijpen tot een dun, soepel en wit bindweefsellitteken. Eerst ontstaat een zacht litteken, dat vervolgens rood en hard wordt. Aan het eind van deze fase is er een wit en soepel litteken ontstaan. De rijpingsfase kan zes weken tot wel twee jaar duren.
Wondgenezing 

Slide 5 - Tekstslide

De fibroblast[1] is de belangrijkste cel van het bindweefsel.
Bouw huidlagen

Slide 6 - Tekstslide

Een
wond is een verbreking van de continuïteit van weefsel veroorzaakt door een
trauma of pathologische aandoening.
oorzaken van wonden
Mechanisch 🡪 geweld van buitenaf 🡪 2 vormen
Mechanisch scherp geweld: mes-, schotwond, insectenbeet
Mechanisch stomp geweld: haematoom, contusie, luxatie
Chemisch 🡪 zoutzuur, ammoniak, Cytostatica
Thermisch 🡪 verbranding, bevriezing
Elektrisch 🡪 stroom, bliksem
Straling 🡪 zon, bestraling
Circulatiestoornis 🡪 Ulcus cruris, decubitus
Oncologisch 🡪 melanoom

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een mechanische wond is
veroorzaakt door:
A
Elektriciteit
B
Straling
C
Chemische stoffen
D
Fysiek trauma

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een brandwond moet je eerst:
A
10-15min spoelen met koud water
B
10-15min spoelen met lauw water
C
10-15 min spoelen met warm water
D
Spoelen?

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

WCS: Woundcare Consultant Society

  • Betrouwbaar meetinstrument om de kleur van de wond vast te stellen. 
  • niet toepasbaar bij brandwonden, oncologische wonden en ulcera.
  • onderscheidt drie soorten wonden
  • De kleur van de wond zegt iets over het weefsel en stadium van het genezingsproces
  • binnen de kleuren wordt weer onderscheid gemaakt in nat, vochtig of droog

Zwarte wond
Gele wond
Rode wond

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WCS - classificatiemodel

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke kleur volgens WCS heeft een granulerende wond?
A
zwart
B
geel
C
rood

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rode wond

Een rode wond bestaat uit granulatieweefsel en bevindt zich in de regeneratiefase. In deze fase wordt weefsel dat verloren is gegaan, vervangen door nieuw weefsel (epithelialisatie). Granulatieweefsel is vaatrijk en korrelig bindweefsel dat zich vormt op de bodem van een wond. Deze bodem is gezond.

Slide 14 - Tekstslide

Een rode wond is een wond vol met vitaal granulatieweefsel. Dit granulatieweefsel is heel teer en kwetsbaar. Het doel van de behandeling van een rode wond is gericht op bescherming, zodat de wond van binnenuit kan dichtgroeien. Een rode wond geneest goed in een vochtig milieu. De behandeling is er tevens op gericht om te voorkomen dat de wond geïnfecteerd raakt.
Er is onderscheid te maken in een diepe rode wond of een oppervlakkige rode wond.
kenmerk rode wonden
Granulatieweefsel: rood van kleur, korrelig
 
Wond geneest goed in een vochtig milieu 

Doel behandeling: Gericht op genezing en voorkomen infectie 



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een rode wond is een wond in de rijpingsfase
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Een rode wond is een wond in de regeneratiefase >> er wordt nieuw weefsel gevormd en de wond sluit zich.
Wat moet je NIET doen bij het verzorgen van een rode wond
A
Wondbodem vochtig houden
B
Wondbodem reinigen
C
Wondbodem beschermen tegen beschadigingen
D
Zorgen dat het verband niet vastkleeft

Slide 17 - Quizvraag

In principe hoef je de wondbodem van een rode wond niet te reinigen >> het granulatieweefsel op de wondbodem van een rode wond is een gezonde bodem die je niet wilt "verstoren".

Een gele wond bevindt zich in de reactiefase. Het lichaam reageert op de wond door te starten met stolling, vaatvernauwing en afsluiting van de wond. Dit ziet eruit als een gelig beslag op de wond. Vaak wordt ook exsudaat (wondvocht) gevormd, bestaande uit celresten en samengeklonterde eiwitten.

Gele wond

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kenmerken gele wond
Kleur wordt veroorzaakt door infectie

Gele product bestaat uit: weefselafval, pus en wondvocht
Dit dient verdwenen te zijn voordat wondgenezing kan plaatsvinden

Behandeling: bij veel wondvocht een absorberend verband
Bij weinig wondvocht een vochtig milieu creëren (laat gele beslag los)
 + wondbedekker 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwarte wond

Een zwarte wond dankt zijn kleur aan het afgestorven weefsel (necrose/débris) waar de wond uit bestaat. Dit weefsel is een voedingsbodem voor bacteriën. De kleur kan ook bruin-grijs-gelig zijn. Er zijn twee vormen van necrose: harde necrose (korst) en natte necrose.

 

zwarte wond

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kenmerken zwarte wond
Dood weefsel 🡪 necrotisch weefsel
Onvoldoende doorbloeding -> Langdurige druk op bepaalde plek
Afgescheurde bloedvaten
Vernauwing van bloedvaten 🡪 arteriosclerose
Dode weefsel is goede voedingsbodem voor bacteriën

Behandeling: necrotisch weefsel uit wond verwijderen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Indeling zwarte wonden:
Zwarte of vervloeide necrose
Harde necrose zonder ontstekingsverschijnselen
Harde necrose met ontstekingsverschijnselen

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wond toilet tbv de wondgenezing
verwijderen van dood weefsel tbv de wondgenezing 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ulcus cruris

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Normale wondgenezing/ primaire wondgenezing

Bloeden 🡪 wond schoonspoelen
Bloed in contact met buitenlucht 🡪 stollingsproces 🡪 korstje
Korst natuurlijke bescherming
Wondgenezing voltooid 🡪 korst valt eraf




Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geen normale wondgenezing/ secundaire wondgenezing
Grote wonden
Diep en onregelmatig
Veel vuil bevat
Slechte doorbloeding
Complexe wonden, deze hebben een secundaire genezing 🡪 fasering


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Decubituswonden

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wondclassificatiesystemen






Wordt gebruikt om structuur aan te brengen in een wondbehandeling.

  • TIME model
  • WCS model

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Time model
  • Er wordt naar factoren gekeken die een rol spelen bij het genezingsproces van een wond
  • Kan gebruikt worden bij het diagnosticeren van een wond en bepalen en evalueren van een wondbehandeling.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TIME
T = Tissue, weefsel Wat is de kleur?
I = Infectie ; is er sprake van een infectie?
M = Moisture = vocht; produceert de wond veel vocht?
E = Edge = wondranden ; wat is de toestand van de rand?

Met als doel: het creëren van een  gezonde wond, zonder dood weefsel en ziekteverwekkende bacteriën, met weinig wondvocht en een goede doorbloeding.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe? 
Je kunt de stappen van de TIME volgen om dit te bereiken


1. Verwijder dood weefsel chirurgisch of door madentherapie.
2.Reinig de wond en zorg voor infectiebestrijding door het spoelen van de wond of antibacteriële wondbehandelingsproducten.
3. Zorg voor een goede vochtbalans van de wond. Let op verweking of juist uitdroging van de wond.
4. Als de eerste drie stappen goed zijn doorlopen dan zie je genezing vanuit de wondranden en/of vanuit het midden van de wond.
 




Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Factoren die wond genezing beïnvloeden

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat de afkorting TIME voor?
A
Time Infection Moisture Edge
B
Tissue Infection Measurable Edge
C
Tissue Infection Moisture Edge
D
Tissue Infection Moisture Egg

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Primaire wondgenezing
Secundaire wondgenezing
Niet schone wond
Schone wond

Slide 37 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten
rekening te houden met psychische factoren van de zorgvrager

aseptisch te werken
te letten op de voeding- en vochttoediening
te letten op factoren die mogelijk de wondgenezing belemmeren (denk bijvoorbeeld aan druk, houding en leefstijl)
goed te rapporteren over de wondobservatie en wondbehandeling





Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Disciplines
de naasten die een deel van de wondverzorging op zich nemen

de huisarts, de chirurg en/of de revalidatiearts
de fysiotherapeut voor begeleiding bij passief en actief bewegen
de gipsverbandmeester en de orthopedisch instrumentenmaker die adviseren en behandelen, en hulpmiddelen geven om wonden te ondersteunen
de wondverpleegkundige
de diëtist die advies geeft over verbetering van de voeding




Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rapportage
het type wond en hoe deze is ontstaan/ welke behandeling de arts heeft voorgeschreven
gegevens over factoren die van invloed zijn op wondgenezing, zoals:
- de conditie van de zorgvrager - zijn voedingstoestand - zijn leeftijd - de mate van bloedverlies
- informatie over de vitale functies en de lichaamstemperatuur - pijnklachten
de reactie van de zorgvrager op de wondverzorging/ gegevens over de wond zelf: grootte, diepte, kleur, geur, aanwezigheid en samenstelling van wondvocht
gegevens over vooruitgang of verslechtering van de wond










Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels en voorschriften
protocollen   /  informeren
ergonomische werken
kosten besparend
milieubewust
rechten en plichten

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fase 1
Fase 2
Fase 3
Regeneratiefase: nieuwe bloedvaatjes 
en dun laagje huid gevormd
Rijpingsfase: vorming litteken
Reactiefase: voorkomen van uitbreiding, bloedstelping

Slide 42 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wondmateriaal  
Wond materiaal 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwachtelen / ACT

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ulcus cruris

  • een open wond aan het onderbeen. 
  • Een ulcus cruris kan meerdere oorzaken hebben. o.a. vaatstoornis 
  • chronische vaat insufficiëntie 
  • arteriële vaat insufficiëntie 

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chronische veneuze insufficiëntie
- kleppen zijn kapot
- bloed stroomt terug naar de benen

Symptomen:


kramp in de kuit, vooral 's nachts;
's avonds dikke enkels en onderbenen (oedeem);
moe en zwaar gevoel in de benen (verergert bij zitten/staan);
vaak uitgezette bloedvaten aan de zijkant van de voetzool;
donkere verkleuringen op het onderbeen;
dunne witte huidplekken met daarom heen vuurrode puntvormige capillairen;
onscherp begrensde wondvorming aan buitenkant enkel
 
Arteriële insufficiëntie 
slagader in het been is verstopt
minder voedingsstoffen en zuurstof 

Symptomen:

koude witte voeten en onderbenen, soms met paarsroze of paarsblauwe verkleuring;
's nachts pijn in de benen, vermindert als de zorgvrager de benen laat hangen;
pijn in de kuiten bij het lopen van een bepaalde afstand, dit gaat weg bij stil staan (etalagebenen);
scherp begrensde wondvorming meestal aan de voorkant van het been, op de hiel of bij de tenen;
geen pulsaties aan de enkels en de op voetrug.
 

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wenselijke situatie
goede circulatie  
niet wenselijke situatie 
circulatie is niet goed 

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ambulante Compressie Therapie (ACT) 
  • zwachtelen met een korte-rekzwachtel
  • Compressie staat voor druk en ambulant staat voor moeten bewegen
  • therapie die ervoor zorgt dat vocht (oedeem) in de onderbenen afneemt of verdwijnt
  • Arts bepaalt of client ACT mag, soms werkt het juist averechts (allergie, volledige afsluiting, huidaandoening etc)


Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer ACT?
  • onvoldoende werking van de bloedvaten (veneuze insufficiëntie);
  • trombose;
  • lipoedeem;
  • onvoldoende werking van de lymfevaten
en nog meer redenen..... 

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van ACT
het vocht uit de onderbenen snel en blijvend laten verdwijnen;
versnellen van de bloedstroom;
versnellen van de lymfestroom.

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 54 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Korte rek zwachtels

Niet/weinig rekbaar
Werkdruk
Bij mobiele zorgvragers
Dag en nacht te dragen
Twee zwachtels per been
Lange rek zwachtels

Rekbaar
Rustdruk
Bij minder mobiele zorgvragers
Alléén overdag!
Alle zwachtels zijn wasbaar op 30 graden

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies