Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Werk - en leerklimaat 24/10

Werkklimaat                 Leerklimaat
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Werkklimaat                 Leerklimaat

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige week
Inwerkplan?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De start van een goed leerklimaat is een goed ontvangst.
Info van de leerling die je onder andere nodig hebt om met de leerling een leerdoel te formuleren.
Beginsituatie:
  • Welke opleiding volgt de leerling, helpende, verzorgende IG of verpleegkundige
  • Welke leerweg volgt de leerling BOL, BBL of andere leerweg
  • In welk leerjaar zit de leerling
  • Wat is de leeftijd van de leerling
  • Zijn er niet behaalde doelstellingen of aandachtspunten uit de vorige stage
  • Belangrijke info die je kunt vinden in het leervolgsysteem/competent
  • Welke favoriete leerstijl heeft de leerling
  • Eventuele info van de praktijkbegeleiders

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe hou je rekening met verschillende generaties bij werkbegeleiding?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

 ​ 



Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is er voldoende uitdaging om te leren?
Hoe reageert men op fouten?
Is er ruimte voor scholing en het delen van kennis onderling?
In een positief leerklimaat durft een stagiaire of collega in opleiding meer en ontwikkelt zij zich sneller. Als werkbegeleider zorg je voor een positief leerklimaat door:
zelf open te zijn;
een stagiaire of collega in opleiding op haar gemak te stellen;
de tijd te nemen om te luisteren en instructie te geven;
ruimte te geven om vragen te stellen.
Een goed leerklimaat op de afdeling of in het team daagt niet alleen stagiaires uit om te leren, maar stimuleert ook collega's om hun competenties verder te ontwikkelen. Kortom: het leerklimaat helpt om plezier te ervaren in het leren en dat verhoogt de motivatie van de lerende.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Informatie visie/leerklimaat

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een mind-map:
Wat versta jij onder
goed werkklimaat?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Werkklimaat
- Veiligheid (open houding, feedback)                    - Financiële waardering
- Taakverdeling                                                       - Omgang met bewoners gelijk
- Verschillende functies / MDO oplossingen           - Werk/prive gescheiden
- Overzicht                                                              - Overdracht/overleg
- Vertrouwen (op elkaar aankunnen)                      - Visie op zorg
- Rol die je vervult, jezelf zijn                                  -  Therapeutisch klimaat
- Taken uitvoeren waarvan je vind die niet bij je functie horen
- Sfeer / betrokkenheid
- Omgeving: lucht, oud/nieuw gebouw, daglicht, arbo technisch, nette omgeving
- Affiniteit met doelgroep
- Werk/leer en denk niveau uitdagend

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Definitie werkklimaat

  • Het totaal aan omstandigheden en voorwaarden waaronder mensen hun werk moeten verrichten. Dit loopt uiteen van de manier waarop je met elkaar omgaat tot aan de kwaliteit van je werkplek.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je hiervan
terug in jouw BPV?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Mind-map: wat heb jij nodig om
te kunnen leren op je werk?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leerklimaat
Leerklimaat zegt iets over cultuur en voorzieningen die leren in de praktijk mogelijk maken.
Een goed leerklimaat nodigt uit tot sneller en beter leren:
Sfeer op het werk wordt gemaakt door de mensen die er werken.
De ruimte waarin je werkt is belangrijk (open, gezellig, schoon)
De materialen waarmee gewerkt wordt (protocollen en richtlijnen)
Wat zijn de (huis)regels en omgangsvormen.
Een veilig klimaat vraagt om heldere regels en toezicht op het naleven ervan en om een goede zorgstructuur met persoonlijke begeleiding van leerlingen


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat ervaar je hiervan
in de BPV?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waar heb jij invloed op?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar heb jij invloed op?

zelf open te zijn;
Fouten maken mag iedereen is er om te leren
een stagiaire of collega in opleiding op haar gemak te stellen;
de tijd te nemen om te luisteren en instructie te geven;
ruimte te geven om vragen te stellen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Uitleg cirkel van invloed: 

Op veel dingen lijken wij geen invloed te hebben! Maar...... 
Wel invloed op hoe je ermee omgaat. 
(bijv. NS --> 'die kut-NS ook altijd' --> Hoe kom ik alsnog thuis? Lang in blijven hangen helpt niet. 
Jij bepaalt zelf in hoeverre je het invloed laat hebben op jou. Als je er veel aandacht aan geeft, kost het je veel energie. 


- Studenten vragen wat er bedoeld wordt met 'gedrag van anderen, zorgen over toekomst' in cirkel van betrokkenheid. Zij leggen uit aan de groep. Bij elk punt een voorbeeld laten noemen door studenten. In hoeverre laat je het invloed hebben? 

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kan je hier invloed op hebben?
Wanneer je je proactief opstelt, richt je je vooral op je Cirkel van Invloed. Hierdoor wordt je eigen invloed alleen maar groter.

Proactieve mensen richten zich op zaken waar ze echt iets kunnen doen, waardoor hun positieve energie zich steeds verder uitstrekt. Hun cirkel van invloed wordt groter, waardoor hun cirkel van betrokkenheid kleiner wordt. 

Mensen die zich reactief opstellen, richten zich vooral op hun Cirkel van Betrokkenheid. Zij richten zich vooral op zaken waar zij geen invloed op hebben.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerklimaat op de afdeling?
Een goed leerklimaat op de afdeling of in het team daagt niet alleen stagiaires uit om te leren, maar stimuleert ook collega's om hun competenties verder te ontwikkelen. 

Kortom: het leerklimaat helpt om plezier te ervaren in het leren en dat verhoogt de motivatie van de lerende.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 1: Vergeten Medicatie

Een leerling, genaamd Emma, heeft de taak om de dagelijkse medicatie uit te delen in het verpleeghuis. 
Door de drukte en haar onervarenheid vergeet ze echter om meneer Jansen zijn medicatie voor hartproblemen te geven. 
Emma komt er pas veel  later achter, wanneer ze haar checklist nakijkt.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 2: Overweldigd door Emoties

Lucas, een leerling in het ziekenhuis, assisteert bij de zorg voor een terminaal zieke patiënt. 
Hij heeft het moeilijk om zijn emoties te beheersen, vooral wanneer familieleden de patiënt bezoeken. Hij voelt zich soms zo overweldigd dat hij fouten begint te maken, zoals het verkeerd noteren van vitale functies of het vergeten van routineprocedures.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 3: Gebrek aan Initiatief


In het verpleeghuis heeft leerling Lisa de taak om patiënten te helpen met hun maaltijden. Maar ze neemt zelden initiatief om patiënten te helpen die duidelijk moeite hebben met eten. 
Haar gebrek aan proactiviteit leidt ertoe dat sommige patiënten niet genoeg eten.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Casus 4: Gebrek aan Communicatie

Tom, een leerling in het ziekenhuis, is heel goed in zijn technische taken, maar hij worstelt met communicatie. 
Hij vergeet vaak om belangrijke informatie door te geven aan de rest van het team, wat leidt tot verwarring en misverstanden. 

Tijdens een recente dienst vergat Tom bijvoorbeeld te melden dat een patiënt klaagde over toenemende pijn, wat resulteerde in een vertraging van de noodzakelijke zorg.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geen of beperkte invloed
Wél invloed

Slide 28 - Tekstslide

Zonder uitleg zelf hun cirkel laten invullen. Kladversie. 
Studenten laten hun eigen cirkel zien vanaf hun plek. 
cirkel van invloed 

Slide 29 - Tekstslide

Je vergroot je cirkel van invloed door zelf de regie te pakken. 

Hoe meer je je aandacht richt op zaken waar je je
betrokken bij voelt, maar geen invloed op hebt, dus
niets aan kan doen, hoe kleiner je eigen CvI wordt. Met
als gevolg dat je energie weg lekt, je steeds meer reactief
gedrag vertoont en je jezelf slachtoffer voelt.

Hoe meer je je aandacht richt op zaken waar je wel
invloed op hebt, dus waar je zelf wat aan kan doen, hoe
groter je eigen CvI wordt. Met als gevolg dat je juist
energie krijgt, je proactief gedrag vertoont en je steeds
vaker op zoek gaat naar mogelijkheden. Wat werkt
versterkt!

Hebben ze zelf een voorbeeld? (Zie eigen kladversie) Zijn er dingen die je eigenlijk kunt verplaatsen naar de binnenste cirkel?