Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
Blok 2 les 4 "Rapporteren" en "Kinderen volgen"
Les 4 - 'Rapporteren' en 'Kinderen volgen'
1 / 20
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Onderwijsassistenten
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
20 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Les 4 - 'Rapporteren' en 'Kinderen volgen'
Slide 1 - Tekstslide
Nodig bij de komende lessen:
* Leer- en werkboek: Basisboek Opvoeding en Ontwikkeling.
* Eventueel pen en papier voor aantekeningen.
Slide 2 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag behandelen?
- Korte terugblik op de vorige les.
- Doelen van deze les.
- Paragraaf 8.4 en 8.5
- Huiswerk
Slide 3 - Tekstslide
Doelen van de les
Aan het einde van de les:
- Begrijp je dat rapporteren invloed heeft op de kwaliteit van je werk.
- Weet je hoe een kindvolgsysteem werkt.
Slide 4 - Tekstslide
Leerstrategie: Jezelf motiveren
Je motivatie kennen
Doel: laten nadenken over de eigen motivatie en de gevolgen daarvan.
Inzet: In groepjes van 2 of 3 studenten.
Jullie beantwoorden, in het groepje, om de beurt de vragen op de volgende sheets.
Slide 5 - Tekstslide
Leerstrategie: Jezelf motiveren
Bespreek en noem voorbeelden
Besteed je tijd en energie in schoolwerk?
Maak je je taak af ook al is deze moeilijk?
Is een 6 halen wel genoeg?
Wil je jezelf verbeteren?
Heb je weinig aanmoediging nodig om aan het werk te gaan?
Ben je trots op je werk?
Slide 6 - Tekstslide
Welke zin is waar?
A
Een kwantitatieve observatie gaat om hoe ziet het gedrag eruit.
B
Een kwalitatieve observatie gaat om hoe ziet het gedrag eruit.
Slide 7 - Quizvraag
Welke van onderstaande observatiemethodes is een kwalitatieve methode?
A
Checklist
B
Categorieënmethode
C
Logboek
Slide 8 - Quizvraag
Participerend observeren betekent:
Tegelijkertijd kwantitatief observeren als kwalitatief observeren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Je telt gedragingen in een bepaalde periode. Dit hoort bij:
A
Kwantitatief observeren
B
Kwalitatief observeren
Slide 10 - Quizvraag
Vormen van rapporteren
- Observatieverslag
- Dagboek
- Overdrachtsdocument
- Voortgangsverslag
Slide 11 - Tekstslide
*Lees blz. 232/233.
Wat zie jij aan rapporteren op stage?
--> 3 studenten aan het woord.
*Lees
'Mondeling of op papier
'
op blz. 234.
Beantwoord de volgende twee vragen...
Slide 12 - Tekstslide
Wat is een nadeel van mondeling rapporteren?
Slide 13 - Open vraag
Wat is het voordeel van een schriftelijke rapportage die in het volgsysteem (bv. Parnassys) wordt gezet?
Slide 14 - Open vraag
Kinderen volgen
Een systeem om de ontwikkeling van een kind in kaart te brengen.
Welke herken je van stage? Kan je er iets over vertellen?
Slide 15 - Tekstslide
Ouders
*Sla je boek open op blz. 233 en lees het deel 'Ouders volgen ook' op blz. 233 en 234.
Beantwoord de volgende vraag...
Slide 16 - Tekstslide
Wat bedoelen we met 'ouderbetrokkenheid'?
A
Als ouders aanwezig zijn op de 10-minutengesprekken.
B
Als ouders betrokken zijn bij hun kind en thuis zijn als hun kind uit school komt, zodat ze de schooldag kunnen bespreken.
C
Als ouders helpen met schoolactiviteiten, zoals een leuk schoolreisje.
D
Als ouders interesse hebben voor de ontwikkeling van hun kind en het willen helpen om verder te helpen.
Slide 17 - Quizvraag
Passende verwerkingsopdracht
Slide 18 - Tekstslide
Passende verwerkingsopdracht
Zoek in Cumlaude het observatieformulier op. Sla het op in je cloud-omgeving bij blok 2, IO2.
Vul de reden van observeren in.
Vul verder in wat je al weet.
Slide 19 - Tekstslide
Aan het werk...
Tijd over?
Ga aan de slag met de opdrachten van 8.4 en 8.5 in je werkboek.
Huiswerk:
-Werkboek vragen paragraaf 8.4 en 8.5
-Doorlezen paragraaf 9.1
Slide 20 - Tekstslide