Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Toedienen van

Uit hoeveel % plasma bestaat bloed?
A
10
B
100
C
35
D
55
1 / 24
volgende
Slide 1: Quizvraag
Verpleging en verzorgingBasisschoolGroep 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.

Onderdelen in deze les

Uit hoeveel % plasma bestaat bloed?
A
10
B
100
C
35
D
55

Slide 1 - Quizvraag

wat zijn de Nederlands betekenissen voor: trombocyten/leukocyten en erytrocyten?

Slide 2 - Open vraag

Wat zit er in plasma?
A
electrolyten en witte bloedcellen
B
eiwitten, electrolyten
C
antistoffen, eiwitten en erytrocyten
D
leucocyten, erytrocyten en trombocyten

Slide 3 - Quizvraag

Leucocyten
trombocyten
Erytrocyten

Slide 4 - Sleepvraag

Hemoglobine is toxisch, vervoert O2 en CO2
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Trombocyten zorgen voor:
A
antistolling van het bloed
B
vervoer van eiwitten
C
stolling van het bloed
D
aanmaak van beenmerg

Slide 6 - Quizvraag

Erytrocytenconcentraat of trombocytenconcentraat?

Slide 7 - Tekstslide

Bij Omniplasma moet je ook de Rhesusfactor van de zorgorgvrager weten, waar of niet waar?

Slide 8 - Open vraag

Bij welke bloedgroep zijn er geen antistoffen
A
A
B
0
C
B
D
AB

Slide 9 - Quizvraag

Welke bloedgroep heeft de universele donor?
A
0-
B
O+
C
AB-
D
AB+

Slide 10 - Quizvraag

En de universele ontvanger?
A
O-
B
O+
C
AB-
D
AB+

Slide 11 - Quizvraag

Een SAGM bewaar je in de koelkast
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Wat is jouw verantwoording als vpk bij het toedienen van bloedprodukten?
A
voorlichting gehele procedure
B
indicatiestelling
C
controle producten en zorgvrager
D
toestemming zorgvrager

Slide 13 - Quizvraag

Welke 4 toegangswegen zijn geschikt voor toediening van bloed?

Slide 14 - Open vraag

Mag je medicatie tegelijk met bloedproducten toedienen?

Slide 15 - Open vraag

Moet je de insteek van de infuuszak schoonmaken?
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

Waarom moet je de eerste 5-10 minuten het bloedproduct langzaam laten inlopen?

Slide 17 - Open vraag

Welke observaties doe je vooraf aan de transfusie?

Slide 18 - Open vraag

Mag je bij koorts een bloedtransfusie starten??

Slide 19 - Open vraag

Wat doe je als eerste bij een transfusiereactie?

Slide 20 - Open vraag

Wat is hemovigilantie?
A
Een reactie van de zorgvrager die niet was voorzien
B
Een foutieve toediening van bloedproducten
C
Het registreren van complicaties/ reacties van bloedproducten.
D
De oorzaak van een reactie op bloedproducten

Slide 21 - Quizvraag

Voor een trombocytentransfusie wordt alleen de bloedgroep bepaald
A
waar
B
nietwaar

Slide 22 - Quizvraag

TPV toedienen.
Wat doe je eerst?
A
zak met tpv oprollen
B
zak met tpv aan de infuuspaal hangen
C
zak tpv verwarmen
D
zak tpv lager hangen dan de zorgvrager

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Video