Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Het coronavirus

het coronavirus
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieTaal+3BasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Introductie

Het is al een tijdje in het nieuws: het coronavirus. Hoe begon het ook alweer en wat is de huidige situatie?

Onderdelen in deze les

het coronavirus

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij al over het coronavirus?
Wat weet jij al?
Opdracht:
Maak een woordveld of mindmap.
Tip! Bekijk het filmpje om te leren hoe je een mindmap kunt maken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

.

Wereldoriëntatie
Na deze les:
  • weet ik waar het coronavirus voor het eerst is opgedoken.
  • weet ik welke verschijnselen iemand ondervindt die besmet is met het virus.
  • weet ik hoe het virus zich verspreidt en hoe verspreiding tegengegaan wordt.
  • kan ik de gegevens in een grafiek aflezen.
  • weet ik waar China ligt op de wereldkaart.
Dit ga je leren
Woordenschat
Na deze les weet ik wat de belangrijke woorden betekenen die te maken hebben met de verspreiding van ziektes en het tegengaan van ziektes.

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Woordenschat
de verspreiding van ziektes
het virus
Iets dat ziekten verwekt en kleiner is dan een bacterie.
Een virus kun je het best zien met een microscoop.

Hulpkaart
de epidemie - de epidemieën
Een situatie waarin veel mensen of dieren tegelijk aan dezelfde ziekte lijden.
We spreken van een griepepidemie als er gedurende langere tijd meer mensen dan normaal last hebben van griep.
het verschijnsel - de verschijnselen
Iets dat je waarneemt.
De verschijnselen van griep zijn vaak koorts, spierpijn, hoofdpijn, keelpijn en hoesten.
de ziektekiem
Een bacterie, virus, schimmel of ander micro-organisme waar je ziek van wordt.
Als je griep hebt, heb je een ziektekiem in je lichaam.
infecteren - infecteerde - geïnfecteerd
(door een virus, bacterie of schimmel) aangestoken worden, waardoor je ziek kunt worden.
Als je de griep hebt, kun je door te niezen en te hoesten anderen infecteren met het virus.

besmettelijk
Gemakkelijk over te dragen aan anderen.
De griep is besmettelijk. Je kunt het virus overdragen aan anderen.

blootstaan aan
Geen bescherming hebben tegen iets wat je bedreigt.
Als je een slechte weerstand hebt, sta je bloot aan allerlei ziektekiemen, waardoor je gemakkelijk ziek kunt worden.
de pandemie
Een wereldwijde verspreiding van een besmettelijke ziekte.
Als een ziekte zich over de hele wereld verspreidt, dan spreken we van een pandemie. De Mexicaanse griep en de pest zijn voorbeelden van een pandemie.

Slide 4 - Tekstslide

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Woordenschat
het tegengaan van ziektes
de remedie
Een middel waardoor iets beter wordt.
Het drinken van kruidenthee en genoeg water is een remedie tegen griep.
Hulpkaart
de hygiëne - hygiënisch 
Het schoonhouden van je lichaam en omgeving, om ziektes te voorkomen.
Voor het eten je handen wassen is hygiënisch.
de weerstand
Kracht van je lichaam om te voorkomen dat je ziek wordt.
Hij heeft een goede weerstand, hij is bijna nooit ziek.
Behandelen - behandelde - behandeld
Onder behandeling zijn
Proberen iemand beter te maken. Verzorgd worden door een arts.
De dokter behandelt de zieke man. De zieke man staat onder behandeling van de arts.
uitzieken - ziekte uit - uitgeziekt
Na ziekte de tijd nemen om beter te worden.
Na de griep nam hij de tijd om rustig uit te zieken, voordat hij weer naar school ging.

Slide 5 - Tekstslide

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Het nieuws
Weet je nog?
Zo begon het een paar weken geleden.

Slide 6 - Tekstslide

Actualiteit
Lees samen met uw leerlingen het artikel. 
Het nieuws
Zo is het nu.

Slide 7 - Tekstslide

Actualiteit
Lees samen met uw leerlingen het artikel. 

Slide 8 - Kaart

Deze slide heeft geen instructies

Grafieken en tabellen
Deze vragen ga je op de volgende slides beantwoorden:

  • Waar woon jij? Versleep het vlaggetje naar die plek. 
  • Hoeveel patiënten zijn er in jouw omgeving besmet met het coronavirus?
  • Welke provincie heeft de meeste patiënten die besmet zijn met het coronavirus? Welke provincie(s) de minste?
  • Hoe komt het dat er in het ene gebied meer bemettingen zijn dan in een ander gebied, denk je?

Slide 9 - Tekstslide

Actualiteit
Lees samen met uw leerlingen het artikel. 
Grafieken en tabellen
Waar woon jij? Versleep het vlaggetje naar die plek.



Vind je het moeilijk om aan te wijzen waar je woont? Zoek dan op Google Maps op waar je woont. Typ in de zoekbalk link bovenaan je scherm je woonplaats in.

Slide 10 - Tekstslide

Actualiteit
Lees samen met uw leerlingen het artikel. 

Heb jij de grafiek goed begrepen?
Hoeveel patiënten zijn er in jouw omgeving besmet met het coronavirus?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Heb jij de grafiek goed begrepen?
In welke provincie zijn de meeste besmettingen?
A
Groningen
B
Zeeland
C
Noord-Brabant
D
Limburg

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Heb jij de grafiek goed begrepen?
Hoe komt het dat er in het ene gebied meer besmettingen zijn dan in een ander gebied, denk je?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Heb jij de grafiek goed begrepen?
Welke provincie heeft de minste besmettingen?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

.

Wereldoriëntatie
  • Ik weet waar het coronavirus voor het eerst is opgedoken.
  • Ik weet welke verschijnselen iemand ondervindt die besmet is met het virus.
  • Ik weet hoe het virus zich verspreidt en hoe verspreiding tegengegaan wordt.
  • Ik kan de gegevens in een grafiek aflezen.
Ik weet nu ... & ik kan nu ...
Woordenschat
Ik weet wat de belangrijke woorden uit de tekst betekenen die met de verspreiding van ziektes en het tegengaan van ziektes te maken hebben.

Slide 15 - Tekstslide

Terugkoppeling lesdoelen

Wat heb jij geleerd?
Laat zien wat jij hebt geleerd over het coronavirus. Schrijf het op in je mindmap!

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Tot de volgende keer!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies