examentraining 2

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 3

Examentraining 2 THK

2022-2023

1. Bij een 18 jarige vrouw ontbreekt de Csd in de mond. Op de röntgenfoto blijkt het element ingeklemd te zitten tussen de buurelementen. De Csd kan dus niet doorbreken. Waar is hier sprake van?

1. Een geretineerde Csd
2. Hypodontie
3. Een mesiodens
4. Een geïmpacteerde Csd

2. Hoeveel gebitselementen moet je minimaal onder cofferdam leggen bij een endodontische behandeling?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

3. Waartoe wordt een mesiodens gerekend?

1. Hypodontie
2. Agenesie
3. Hyperdontie
4. Dystopie

4. Bij een 15 jarige jongen is een groot centraal diasteem te zien in de bovenkaak. Op de röntgenfoto is een klein gebitselementje te zien tussen de centrale incisieven. Waar is hier sprake van?

1. Een geïmpacteerde cuspidaat
2. Hypodontie
3. Een mesiodens
4. Een geretineerde cuspidaat

5. Bij een 72 jarige man zijn de frontelementen veel korter dan normaal. Bij navraag blijkt dat er geen afwijkende gewoonten zijn. Wat is de meest waarschijnlijke oorzaak?

1. Pathologische slijtage
2. Attritie
3. Erosie
4. Abrasie

6. Welke afwijking behoort NIET tot de post-eruptieve afwijkingen.

1. Cariës
2. Erosie
3. Mottled enamel
4. Pulpitits

7. Bij een 12 jarige jongen staan de elementen van het bovenfront scheef door ruimtegebrek. Waar is hier sprake van?

1. Diastemen
2. Een mesiodens
3. Crowding
4. Spacing

8. Bij extractie van welke element is na de behandeling een blaas- en snuitproef nodig?

1. 23
2. 17
3. 36
4. 45

9. Bij een 25 jarige patiënte begint een verstandskies in de onderkaak door te breken. Het element ligt scheef in de kaak. Ze heeft geen klachten en zegt 2 maanden zwanger te zijn. Wat zou jij doen als jij tandarts van deze patiënte was?

1. Niets
2. Adviseren om extra aandacht aan de mondhygiëne te besteden
3. M3 extraheren
4. Röntgenfoto van de M3 maken

10. Een patiënt komt bij de tandarts met een zeer dik en erg pijnlijk gezicht, hij voelt zich tevens ziek en hij heeft koorts. Wat heeft deze patiënt hoogstwaarschijnlijk?

1. Een submuceus abces
2. Een cellulitis
3. Een subperiostaal abces
4. Een parodontaal abces

11. Tot welke gingiva afwijkingen behoort een amalgaam tattoo?

1. Verkleuringen
2. Zwellingen
3. Tumoren
4. Ontstekingen

12. Een patiënt komt op het spreekuur, hij is erg ongerust want hij ziet een groot aantal kleine, gele korreltjes onder de mucosa van wang en lippen. Hij heeft geen pijn. Wat heeft deze patiënt hoogstwaarschijnlijk?

1. Herpes
2. Aften
3. Candidose
4. Fordyce spots

13. Wanneer ontstaat een schisis?

1. Direct na de geboorte
2. Aan het begin van de zwangerschap
3. Aan het einde van de zwangerschap
4. In de kinderjaren

14. Wat hoort niet bij een palatoschisis?

1. Metastase vorming
2. Nasale spraak
3. Het kind kan niet zuigen
4. Gestoorde gebitsontwikkeling

15. Een 13-jarige patiënt heeft een extreme klasse III afwijking. Ze ervaart haar uiterlijk als erg storend en wil graag behandeld worden. Wat adviseer jij haar?

16. Waar wordt het succes van het terugplaatsen van een (uitgevallen/uitgeslagen) gebitselement vooral door bepaald?

1. Het geven van een tetanusprofylaxe
2. De tijd die het element uit de alveole is geweest
3. De manier waarop het element wordt gespalkt
4. Het desinfecteren van het element

17. Bij welke personen komt juveniele parodontitis vooral voor?

1. mensen tussen de 20 en 40 jaar
2. Mensen boven de 40
3. Kleuters
4. Mensen onder de 20

18. Er zit een patiënt in de behandelstoel met een blauw-grijs verkleurd frontelement. Waar duidt dit meestal op?

1. Necrotische pulpa
2. Pulpa-irritatie
3. Lateraal wortelkanaal
4. Geoblitereerd wortelkanaal

19. Er belt een mevrouw naar jouw praktijk omdat zij een drukplaats onder haar prothese heeft. Het is nu 9.00. De mevrouw kan om 16.00 terecht in jouw praktijk. Zij heeft de prothese al twee dagen niet gedragen. Welke instructies en/of adviezen geef jij aan deze mevrouw en leg uit waarom je dat doet.

Welke orthodontische afwijking is op onderstaande afbeelding te zien:

Er bestaan verschillende soorten antibiotica. Wat bepaalt de keuze van het soort antibioticum?

1. De hoeveelheid virussen
2. Het soort virus
3. De hoeveelheid bacteriën
4. De soort bacterie

Einde van het oefenexamen