Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Les 7 Heleen

1 / 7
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 7 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fruitmand 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woord voor woord
                                              'Er was eens......'

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf je eigen sprookje.........

Slide 4 - Tekstslide

Creatieve brein aan het werk zetten, creativiteit inzetten, out of the box denken.
De 6 ingrediënten
1) Een wijze les
2) Een held of heldin
3) Een slechterik
4) Magie
5) Een groot obstakel/hindernis
6) Happy end
                                                                         

timer
15:00

Slide 5 - Tekstslide

Ze krijgen 20 min om het te schrijven samen
1 wijze les: Elk sprookje bevat een wijze les. Denk maar aan Goudlokje die iets stouts deed en daardoor bijna door de beren opgegeten werd, of aan Pinokkio wiens neus langer werd als hij loog. Kies over welk wijze les jouw sprookje zal gaan en verwerk die moraal in je verhaal.

2 Held: Verzin een held of een heldin voor je verhaal. Die hoeft trouwens echt niet perfect te zijn. Hans en Grietje waren ook maar een doodgewone jongen en een simpel meisje. Het belangrijkste is dat diegene die je sprookje leest of ernaar luistert, meteen wil dat de hoofdrolspeler wint.

3)Slechterik: Sprookjes gaan over de strijd tussen goed en kwaad. Elk sprookje heeft naast een held dus ook een gemeen personage nodig: een slechte heks of een boze wolf maken je verhaal pas echt spannend.

4) MAGIE
Zonder magie geen sprookje! Dit kan een magisch personage zijn (bijvoorbeeld de goede fee uit Assepoester) of een speciaal tovervoorwerp (bijvoorbeeld het zwaard van Arthur in het sprookje van Merlijn de tovenaar). Laat je fantasie de vrije loop!

5)Groot obstakel
Als de held de slechterik wil verslaan, moet hij altijd eerst een grote hindernis overwinnen, zoals een vuurspuwende draak of een muur van wel 100 meter hoog. Je held zal al z’n moed en creativiteit moeten gebruiken om daarin te slagen. Gelukkig krijgt hij de hulp van een beetje magie.

6) Happy end
Een sprookje is geen sprookje zonder een ‘En ze leefden nog lang en gelukkig‘ op het einde. De held moet de slechterik verslaan, en wel zo dat de slechterik zeker nooit meer terug kan komen.
Breng je sprookje tot leven!
In minimaal 10 foto's.
Het sprookje duurt minimaal 3 en maximaal 4 minuten.
Elke persoon staat op minstens 3 foto's.
Kies straks 1 verteller uit die het sprookje gaat vertellen aan de hand van de foto's.
timer
20:00

Slide 6 - Tekstslide

Het is heerlijk weer dus we gaan lekker naar buiten. 

Buiten gaan jullie in groepjes of 1 groep (afhankelijk van studenten) jullie sprookje op foto's zetten. Als we terugkomen in de klas is er 1 verteller die het eigen gemaakte sprookje vertelt aan de hand van de foto's
Er was eens.....

Slide 7 - Tekstslide

Studenten komen terug in de klas en 1 iemand uit de groep is de verteller, die vertelt aan de hand van de foto's het eigengemaakte sprookje.