Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Ademhalingsstelsel les 1

Ademhalingsstelsel
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Ademhalingsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Door welke ademhalingsorganen stroomt de lucht, bij de inademing (van buiten naar binnen)

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ademhalingsstelsel
begint met neus en mond en keelholte
→ luchtpijp=trachea
2 hoofd bronchi, naar linker en rechter long
: gaan bronchi longen in
→ longblaasjes (alveoli)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

01:38
Hoeveel keer ademt een volwassen mens in rust gemiddeld?
A
12 - 15 x/min.
B
30 - 40 x/min.
C
60 - 80 x/min.
D
80 - 100 x/min.

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

strottenhoofd
bronchiën
longblaasjes
keelholte
luchtpijp
neusholte
long

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ademhalingsstelsel
Longen in de borstkas
Borstkas wordt gevormd door;
ribben, borstbeen en middenrif (diafragma)
We ademen zuurstof uit de
 lucht in en ademen koolzuur uit
het bloed uit
                                    --> Gaswisseling



Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ademhalingsstelsel
Rondom de longen zitten de longvliezen
  • Binnenste vlies: longvlies, is vergroeid met het longweefsel
  • Buitenste vlies: borstvlies, is vergroeid met borstkas en het diafragma.
  • Tussen beide vliezen zit de pleuraholte, in deze holte heerst een vacuüm (daardoor zuigen de longen zich vol met lucht als de borstkas uitzet tijdens de inademing)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat maakt dat het beter is om door je neus te ademen?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bovenste luchtwegen
.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is volgens jullie de functie van de bovenste luchtwegen?

Slide 11 - Woordweb

Lucht die door de bovenste luchtwegen stroomt, wordt door het slijmvlies verwarmd en vochtig gemaakt. Het grote slijmvliesoppervlak van de neusschelpen draagt daaraan bij. Ook houdt het slijmvlies stofdeeltjes en micro-organismen tegen. Het slijmvlies van de neus- en keelholte is gevoelig. Contact met een uitzuigkatheter kan al gauw bloedingen of infecties veroorzaken.
Neusholte
  • Verwarmt, filtert en
    bevochtigt ingeademde
    lucht.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Keelholte
  • Als de lucht de neusholte is gepasseerd dan komt deze in de keelholte (farynx).
  • De neusholte kan worden afgesloten met de huig (uvela). Dit voorkomt dat eten of drinken in de neusholte komt.
  • In de keelholte liggen twee keelamandelen (tonsillen) en hoog tegen de achterwand ligt de neusamandel (adenoïd).
  • De amandelen gaan het binnendringen van bacteriën tegen.
  • In de keelholte eindigt ook de buis van Eustachius. Deze zorgt voor een verbinding van het oor naar de keelholte en heeft als functie om de luchtdruk aan beiden kanten van het trommelvlies gelijk te houden.

.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderste luchtwegen
Strottenhoofd
Luchtpijp
Longblaasjes
.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderste luchtwegen - luchtpijp en longblaasjes 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Longblaasjes
Gaswisseling:
  • Opname van zuurstof O² en
    afgifte van kooldioxide CO².

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er bij de gaswisseling in de longblaasjes?
A
Opname zuurstof en koolzuurgas
B
Opname zuurstof en afgifte koolzuurgas
C
Afgifte zuurstof en koolzuurgas
D
Afgifte zuurstof en opname koolzuurgas

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:54
Wat gebeurt er met het middenrif als je uitademt?
A
Het gaat omhoog
B
Het blijft vlak
C
Het gaat omlaag
D
Het blijft gebogen

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

02:02
Hoe lang duurt het voordat ingeademde lucht in de kleine teen aankomt?
A
2 sec.
B
2 min.
C
7 sec.
D
7 min.

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ademhaling
  • Volwassene rust: 12 – 15 x per minuut
  • Inademen: actief proces → volume borstholte wordt vergroot, ademhalingsspieren worden aangespannen. Middenrif trekt samen, ribben omhoog. 
  • Uitademen: passief proces --> Middenrif ontspant, ribben omlaag



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Snelheid/ diepte ademhaling
Wordt geregeld vanuit onze hersenen
In verlengde merg liggen ademhalingscentra die informatie krijgen over het zuurstof- en koolzuurgehalte van het bloed
In rust wordt er maar een klein deel van de longen gebruikt, af en toe diep zuchten/gapen zorgt ervoor dat de niet gebruikte delen worden gelucht…
Gevaar voor bedpatiënten is dus…??


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke bewering klopt?
A
In- en uitademen zijn actieve processen
B
Inademen is een actief proces, uitademen passief
C
Inademen is een passief proces, uitademen actief
D
In- en uitademen zijn passieve processen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nies en hoestreflex
  • Prikkeling in de neus geeft de niesreflex en prikkeling in de luchtwegen de hoestreflex.
  • Deze beide reflexen helpen mee de luchtwegen schoon te houden.
  • Bij hoesten worden de stembanden tegen elkaar gedrukt waardoor de stemspleet sluit. De lucht kan niet weg en de druk loopt op. Als plotseling de stembanden geopend worden, stroomt de lucht er met grote snelheid uit.
  • Ook bij niezen wordt er krachtig uitgeademd, maar dan blijft de stemspleet meestal gewoon open.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronchitis en Astma
Bronchitis = ontsteking van het slijmvlies van de luchtwegen, veel sputumproductie, waardoor hoestprikkel

Astma = spiertjes van de luchtwegen blijven aangespannen →vernauwing luchtwegen waardoor ademhaling bemoeilijkt wordt


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel % zuurstof zit er in de lucht die we inademen?
A
100%
B
50%
C
42%
D
21%

Slide 26 - Quizvraag

Ingeademde lucht bestaat voor bijna tachtig procent uit stikstof en bijna twintig procent uit zuurstof1. Dus, ongeveer 21% van de ingeademde lucht is zuurstof2. Dit zuurstofgehalte is essentieel voor onze ademhaling en het functioneren van onze cellen!