Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Projectmanagement in de zorg

Projectmanagement
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
WatermanagementHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Projectmanagement

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Projecten waaraan watermanagers werken

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Programma

Slide 5 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Vorm groepen van max. 4 personen
  • Je krijgt 15 minuten de tijd om een zo lang mogelijke brug van papier te maken tussen 2 tafels
  • Docent is jury en bepaalt wie de WINNAAR is!!!

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht
Neem 2 minuutjes. Denk even terug aan je vorige groepsopdracht?
  • Wat ging daar goed?
  • Wat kon er beter?
-> post minimal 1 sticky onder goed en 1 onder beter in Padlet

Slide 7 - Tekstslide

Hoe hebben jullie het aangepakt?
  • Plan vooraf?
  • Taakverdeling?
  • Leiderschap?
  • Tijdsbewaking?
  • Kwaliteitscontrole?

Slide 8 - Tekstslide

Projectmanagement
Gaat over het:
  • Voorbereiden;
  • Beheersen;
  • Succesvol afronden van projecten.

Slide 9 - Tekstslide

Managen van projecten en processen

Slide 10 - Tekstslide

Deze les: intro projectmanagement
Projecten en projectmanagement:
  • Wat is een project?
  • Wat is projectmanagement?
  • Wat zijn projectfasen?
  • Wat is een projectdoel?
  • Waarom falen projecten?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wat is volgens jou de definitie van een project?
In duo’s:
  • Maak een mindmap met in het midden “Project”
  • Plaats minimaal 10 begrippen die horen bij een project in de mindmap

Slide 13 - Tekstslide

Wat is volgens jou de definitie van een project?

Slide 14 - Open vraag

Project
  • project (het; o; meervoud: projecten)
vooraf omschreven, gezamenlijk te verrichten werkzaamheden, leidend tot een eindproduct

Slide 15 - Tekstslide

Projecteigenschappen
Een project is:
  • meestal multidisciplinair
  • Tijdelijk d.w.z. startdatum en einddatum

en heeft:
  • een opdrachtgever
  • duidelijk éénmalig doel
  • eigen (vast) budget
  • eigen projectorganisatie


Slide 16 - Tekstslide

Proces of project?
Proces: Geheel van interacties die ontstaan tussen verschillende wederzijds afhankelijke stakeholders rond een bepaalde beleidskwestie, en met het oog op het ontwikkelen en realiseren van een of meerdere projecten.

Slide 17 - Tekstslide

Proces of project?
Project: Geheel van activiteiten dat nodig is om een bepaald resultaat te kunnen realiseren met een eenmalig karakter binnen een afgesproken reikwijdte (scope) en met afgesproken einddatum, kosten en kwaliteit.

Slide 18 - Tekstslide

Soort werkzaamheden

Slide 19 - Tekstslide

Zijn dit projecten?

Slide 20 - Tekstslide

Voorwaarden voor een project
  • Een project moet een duidelijk doel hebben
  • Er moet een beeld zijn van hoe het eindresultaat er uit ziet
  • Een project is geen onderdeel van ‘everyday work’: er is tijd beschikbaar gemaakt voor het project
  • Er is een projectteam en de taken en verantwoordelijkheden van betrokken partijen zijn duidelijk, er is een opdrachtgever.
  • De randvoorwaarden moeten duidelijk zijn (tijd, geld, kwaliteit)
  • Voor iedereen duidelijk wat moet gebeuren door een Plan van Aanpak

Slide 21 - Tekstslide

Wanneer is een project succesvol?
Een succesvol project:
  • Heeft zijn doelen bereikt en levert het project resultaat met de gewenste kwaliteit;
  • Is op tijd klaar;
  • Heeft geen hogere kosten dan is afgesproken.

Slide 22 - Tekstslide

Projectdoelen en resultaten

Slide 23 - Tekstslide

Projectdoelen en -resultaten

Slide 24 - Tekstslide

Projectdoel is SMART
Het projectdoel is Specifiek (Wat?), Meetbaar (Hoeveel?), Aanwijsbaar en acceptabel (Wie?), Realistisch (Hoe?) en Tijdgebonden (Wanneer?).  

Een project geeft dus antwoord op een aantal vragen:
  • Waarom?
  • Wat?
  • Hoeveel?
  • Wie
  • Hoe?
  • Wanneer?

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld SMART

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht: Formuleer de volgende doelen SMART
  • Een brug over de Maas bouwen;
  • Een fiets aanschaffen;
  • Organiseer voor volgende jaar een introductiedag WAM;
  • De directeur van IGO wil meer waterberging op het Hogeschoolterrein realiseren, zorg dat dit lukt;
  • Ik wil mijn studie watermanagement halen.

Slide 27 - Tekstslide

Waarom gaan projecten mis?

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

Waardoor projecten mislukken

Slide 30 - Tekstslide

Te weinig aandacht voor communicatie!

Slide 31 - Tekstslide

Jullie papieren brug: 
Was er een gestructureerde aanpak?
  • Was duidelijk wat er precies moest gebeuren?
  • Was er een duidelijk beeld van het eindresultaat?
  • Was er duidelijk hoe het gemaakt ging worden?
  • Werd er gestructureerd gerealiseerd, vastgehouden aan plannen?
  • Was het resultaat bruikbaar en bleef het instand?

Slide 32 - Tekstslide

Traditionele fasering en producten van elke fase

Slide 33 - Tekstslide

Wat is geen (eind)resultaat van een 'groen dak'-project?
Globale schets van inrichting daktuin
Ingerichte daktuin
Film over Rotterdamse groenblauwe daken
Ambtelijke brainstormsessie over een dakpark
Beleidsvoorstel over publieke daktuinen
Ontwerp dakpark
Subsidie aanvraag voor groen dak
Adviesrapport over polderdak
Toezegging wethouder over meer geld voor dakparken
Informatiefolder over subsidie groene daken

Slide 34 - Poll

Fasering

Slide 35 - Tekstslide

Waarom fasering?
Monitoren:
  • Halen we onze doelen?
  • Binnen de tijd?
  • Binnen de kosten?

Beslissen:

  • Gaan we zo door?
  • Moeten we stoppen?
  • Moeten we bijsturen?


Slide 36 - Tekstslide

Projectmatig werken is routine brengen in iets dat je voor het eerst doet!

Slide 37 - Tekstslide

Wat is belangrijk voor goed projectmanagement?

Slide 38 - Open vraag

Projectmanagement
  • pro·ject (het; o; meervoud: projecten)
vooraf omschreven, gezamenlijk te verrichten werkzaamheden, leidend tot een eindproduct

  • ma·na·gen (managede, heeft gemanaged)
leiden, besturen


Slide 39 - Tekstslide

Wat moet gemanaged worden?

Slide 40 - Tekstslide

De werkwijze van een project is
A
Niet relevant
B
Geleidelijk duidelijker
C
Vaste procedure
D
Chaotisch

Slide 41 - Quizvraag

Waar staat de A van SMART voor?
A
Aandacht
B
Aanwijsbaar
C
Algemeen geldend
D
Acceptabel

Slide 42 - Quizvraag

Waardoor kunnen projecten mislukken?

Slide 43 - Open vraag

Uit welke projectfasen bestaat een project
A
Uitvoeringsfase
B
Definitiefase
C
Ontwerpfase
D
Initiatieffase

Slide 44 - Quizvraag

De projectmanager moet vooral sturen op
Geld
Kwaliteit
Tijd
Organisatie
Informatie
Risico
Anders

Slide 45 - Poll

Project wrap up
  • Wat is een project?
  • Wat is een projectdoel
  • Waarom gaan projecten mis?
  • Wat zijn projectfasen?
  • Wat is projectmanagement?

Slide 46 - Tekstslide

Voorbereiding les 1 & 2 (zie Canvas)
  • Lezen stof voorbereiding les 1 en les 2 (zie Canvas)
  • Met groep: pitch voorbereiden

Slide 47 - Tekstslide