Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

B&L Leereenheid 3-Groepsdynamica

B&L leereenheid 3
Groepsdynamica


1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
B&LMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

B&L leereenheid 3
Groepsdynamica


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoud van de les
3.1   Een groep en groepskenmerken
3.2  Soorten groepen
3.3  Het groepsproces
3.4  Groepsnormen
3.5  Groepsrollen
3.6  Soorten groepsrollen


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een groep?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een groep?
= een verzameling van 2 of meer mensen die elkaar op een bepaalde manier beïnvloeden en die bepaalde gemeenschappelijk kenmerken hebben.

Kenmerken van een groep:
1. Gemeenschappelijk doel of interesse (groepsdoel)
2. Bepaalde structuur (groepsstructuur)
3. Bepaalde cultuur (groepscultuur)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsdoel
Onder te verdelen in:
  • Taakdoelen (resultaat dat je als groep wilt halen)
  • Relatiedoelen (onderlinge contacten en relaties in de groep)
  • Sfeerdoelen (sfeer, stemming in de groep)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsstructuur
  • Samenstelling van de groep
  • Organisatie
  • Relaties en onderlinge samenhang 
(kun je in kaart brengen met bijv. een sociogram)
  • Rollen en rolverdeling

Slide 6 - Tekstslide

Samenstelling: grootte, man/vrouw en leeftijd
Organisatie: formeelstructuur(met leider bijv.) informeel structuur (klas/voetbalteam)
De relaties onderlinge samenhang: hoe hecht is de groep 
Rollen en rolverdeling: aanvoerder, penningmeester, lolbroek 
Groepscultuur
Regels, gewoontes, normen en waarden
Informeel of formeel
Favoriete onderwerpen(sport, muziek etc.) Voetbalvereniging uit de Schilderswijk vs golfclub uit Bloemendaal

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten groepen
Indeling:
  1. Mate van openheid van een groep
  2. Status van een groep (formeel/informeel)
  3. Tijd dat een groep bestaat
  4. Grootte van een groep: 
- Primaire groep (bijv. gezin, lief en leed staat voorop)
- Secundaire groep (doel voorop, taakgericht, bijv. klas, team, op basis van eigen keus)
- Collectief (nauwelijks contact, bijv. studenten van een ROC v Twente)
- Massa (min of meer toevallig bij elkaar, bijv. bezoekers van een concert)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groepen behoor jij?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Het groepsproces

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5 fasen 
  1. Oriëntatie
  2. Opstand
  3. Eenheid
  4. Samenwerking
  5. Beëindiging

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips voor de sportleider in de groepsfasen
Oriëntatiefase
  • Zorg dat je als leider duidelijk aanwezig bent
  • Stel duidelijke regels en grenzen
  • Draag bij aan een prettige sfeer

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opstand: 
  • Maak onderlinge irritaties en conflicten bespreekbaar
  • Bescherm speler/student tegen al te scherpe kritiek en stel hier grenzen aan
Beëindiging:
  • Onderschat niet wat het voor spelers/studenten betekent om een jaar met elkaar gespeeld te hebben. Sluit het seizoen waardig af.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsnormen
Waarden en normen?


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarden zegt iets wat jij belangrijk vindt in het leven:
gehoorzaamheid, sportiviteit, trouw, fatsoen, respect, bescheidenheid
Normen komen voort uit gedrag. Een norm zegt iets over welk gedrag jij goed of slecht vindt

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld
waarde = sportiviteit is belangrijk
norm = je haalt iemand op het veld niet bewust onderuit.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsnormen
  • Zijn meestal onuitgesproken gedragsregels die specifiek zijn voor de groep en die voor alle leden van die groep gelden.
  • Belangrijk kenmerk van groepsnormen is gemeenschappelijkheid
  • Groepsnormen ontstaan niet vanzelf

Duidelijk beleid op het gebied van gewenste normen en waarden is belangrijk om het uiteindelijk gedragen te krijgen door de hele vereniging(huishoudelijk regelement)


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geschreven en ongeschreven regels
Geschreven > 
regels die in het reglement staan en over het gedrag van mensen gaan.
Ongeschreven > verwachtingen die mensen in een groep t.o.v. elkaar hebben.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functies van groepsnormen
  1. Geven groepsleden duidelijkheid en houvast
  2. Dragen bij aan het behalen van het gemeenschappelijke doel
  3. Maken samenwerking mogelijk
  4. Bevorderen het saamhorigheidsgevoel

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke functies van normen ken jij vanuit je vereniging?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Redenen voor aanpassingen aan groepsnormen

  • Angst voor sancties (maatregelen)
  • Gevolg van identificatie
  • Gevolg van socialisatie (sociaal wenselijk gedrag, druk van de groep)
  • Groepsdoel willen bereiken

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Factoren die een rol spelen bij aanpassing aan groepsnormen
  • Mate van toegedicht gezag
  • Unanimiteit
  • Grootte
  • Status
  • Verbondenheid
  • Anonimiteit
  • Zelfvertrouwen
  • Gehechtheid aan opvattingen

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsrollen
  • Rol > iemands rol zijn de verwachtingen die mensen hebben over het gedrag dat iemand in een bepaalde positie moet vertonen
  • Rolverwachtingen > verwachtingen die bij een rol horen
  • Rolverdeling en rolafbakening
  • Rolpatroon> na verloop van tijd ontstaat er in een groep min of meer vast patroon van rollen

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rolpatroon
Positief genoemd, als:
Personen zich prettig voelen in hun rol
Rolpatroon werkt positief voor het bereiken van groepsdoelen
Verstarring van het rolpatroon:
Als een lid een rol niet meer wil aannemen, maar de groep druk er op legt om het lid weer in zijn rol te krijgen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten groepsrollen
Taakgerichte rollen (initiatief nemen, coördineren etc. blz. 122)
Relatiegerichte rollen (aanmoedigen, uiten van gevoelens etc. blz. 123)
Disfunctionele rollen (rollen die ingaan tegen het groepsbelang zie blz. 123)

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsrollen volgens Miles 
Miles onderscheidt belangrijke functies binnen een groep:
  • Initiatief nemen (taak)
  • Regelend optreden (taak)
  • Informeren (taak)
  • Steunen (relatie)
  • Evalueren (taak/relatie)

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groepsrollen volgens Belbin
  • Bedrijfsman
  • Voorzitter
  • Vormer
  • Plant
  • Brononderzoeker
  • Monitor
  • Groepswerker
  • Zorgdrager
  • In een goed functionerend team zijn alle rollen vervult. Aan dubbelrollen heb je niet veel.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rolconflicten
Mensen moeten vaak verschillende rollen op één moment spelen. Dit kan leiden tot een rolconflict.

Interrolconflict > conflict tussen rollen. Lees het voorbeeld op pagina 124 goed door!
Intrarolconflict > situatie waarin de verwachtingen t.a.v. één rol verschillend zijn. Personeel verwacht iets anders dan de directie van een manager.


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rolconflicten tegengaan
Mensen proberen om iets aan rolconflicten te doen om spanning te verminderen:
  1. Aanpassen aan groep met zwaarste sancties. Gevolg > angst en schuldgevoelens.
  2. Feitelijk gedrag af te schermen voor controle. Gevolg > ‘dubbelleven’, angst voor ontdekking.
  3. Ervaart conflict als persoonlijke tekortkoming. Gevolg > matheid, minderwaardigheidsgevoelens.
  4. Je kiest voor een van beide verwachtingen. Gevolg > sancties, eventueel ook verandering van verwachtingen.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerkopdracht 3
maak de opdrachten......

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies