Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
Terugblik present simple/continuous jaar1
Wanneer gebruik je de present simple?
A
Gewoonte
B
Hobby
C
Waarheid/feit
D
Iets dat langere tijd of permanent is
1 / 26
volgende
Slide 1:
Quizvraag
Engels
Middelbare school
vmbo, havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Wanneer gebruik je de present simple?
A
Gewoonte
B
Hobby
C
Waarheid/feit
D
Iets dat langere tijd of permanent is
Slide 1 - Quizvraag
Wanneer pas je de SHIT-rule toe?
A
I, you
B
We, they
C
She/he/it
Slide 2 - Quizvraag
Vind de fout: Kate like to eat an apple
A
eat
B
like
C
an
Slide 3 - Quizvraag
Vind de fout: I reads books every day
A
books
B
every
C
reads
Slide 4 - Quizvraag
Bij vraagzinnen in de present simple, zet je het hulpwerkwoord(of vorm van to be) vooraan de zin.
A
True
B
False
Slide 5 - Quizvraag
Welke woorden gebruiken we als er geen vorm van to be of hulpwerkwoord in de zin staat?
Slide 6 - Open vraag
"Do" gebruik je bij he/she/it
A
True
B
False
Slide 7 - Quizvraag
Maak de vraag: The president is old.
Slide 8 - Open vraag
Maak de vraag: Your mother loves you.
Slide 9 - Open vraag
Maak de vraag: My cousins play football.
Slide 10 - Open vraag
Welke woorden gebruiken we bij een ontkenning?
Slide 11 - Open vraag
Doesn't gebruiken we bij he/she/it
A
True
B
False
Slide 12 - Quizvraag
Maak de ontkenning: I am good at English.
Slide 13 - Open vraag
Maak de ontkenning: The king leads the army.
Slide 14 - Open vraag
Maak de ontkenning: Our parents watch television.
Slide 15 - Open vraag
Wanneer gebruik je de present continuous?
A
Iets is nu aan de gang
B
Je bent NU iets aan het doen
C
Iets gebeurt nu
D
Alle drie de antwoorden zijn waar
Slide 16 - Quizvraag
Staat in deze zin de continuous?
Patricia is visiting her mother right now
A
True
B
False
Slide 17 - Quizvraag
Staat in deze zin de continuous?
He loves to play computer games in the weekend.
A
True
B
False
Slide 18 - Quizvraag
Staat in deze zin de continuous?
Look! The clouds are moving fast.
A
True
B
False
Slide 19 - Quizvraag
Hoe maak je de present continuous?
Slide 20 - Open vraag
Hoe maak je een vraag in de present continuous?
A
Do/does toevoegen
B
Gewoon een vraagteken achter de zin zetten
C
onderwerp en de vorm van "to be" omdraaien
Slide 21 - Quizvraag
Hoe maak je een ontkenning in de present continuous?
A
Je zet het woordje 'not' ergens in de zin
B
Je zet het woordje 'not' direct achter de vorm van to be
C
Je ze het woordje 'not' aan het eind van de zin
Slide 22 - Quizvraag
Zet in de present continuous:
(listen) We ____ to the teacher now.
Slide 23 - Open vraag
Zet in de present continuous:
(walk) Look! Frank ____ in the park.
Slide 24 - Open vraag
Zet in de present continuous:
(look) I _____ at the board.
Slide 25 - Open vraag
Zet in de present continuous:
(work) My parents ____ until 5 p.m.
Slide 26 - Open vraag