geschiedenis les 1 groep 7

• Geschiedenis
• Basisschool
• Groep 7

Romeinen

colosseum

Julius Caesar

• Julius Caesar was een generaal.
• Behaalde veel overwinningen.
• Zorgde goed voor zijn soldaten.
• Erg populair!
  

Julius Caesar wordt vermoord

44 v. Chr.

Keizer Augustus

• In het jaar 27 v.C. verdween de Republiek en er kwam een keizer.

• Keizer Augustus was de eerste keizer. De keizer liet zich adviseren door het senaat.

Romeinen

Eén van de bekendste vormen van slavernij bij de Romeinen zijn de Gladiatoren.

Gladiatoren woonden en trainden bij de vechtschool van hun heer. Daar trainden ze en kregen ze eten. Ze mochten niet weg.

Sommigen deden hier vrijwillig aan mee, voor de eer.

Keizer Augustus

• In het jaar 27 v.C. verdween de Republiek en er kwam een keizer.

• Keizer Augustus was de eerste keizer. De keizer liet zich adviseren door het senaat.

De Romeinse Republiek

• De republiek wordt bestuurd door de senaat ('raad van ouderen'). Dit waren rijke Romeinen.

• Het volk kiest elk jaar 2 leiders: consuls

• Zij voerden de besluiten van de senaat uit (officieel gaf de senaat alleen advies)

de Romeinen

Wat de Romeinen deden tegen de christenen

Keizer Nero: 

1. verbieden christendom

2. christen aan kruis slaan

3. verbranden 

4. voor leeuwen gooien

Christenen en romeinen

Opdracht

Zet met je buurman / buurvrouw de gebeurtenissen om in romeinse cijfers.

753 v. Chr. Stichting van Rome

100 v. Chr. Julius Caesar geboren

44 v. Chr. Caesar overleed

31 v. Chr. Keizer Augustus aan de macht

70 Romeinse rijk in vrede

120 Het rijk is op zijn grootst

250 Romeinen verlaten geleidelijk Nederland

476 einde West-Romeinse rijk

Wanneer waren de Romeinen in Nederland?

Romeinen in Nederland

Hoofdstuk 3

De Romeinen

Castellum

De Romeinen bouwden legerkampen/wachtposten

Romeinen en Germanen

De limes

Het Romeinse recht

Het Romeinse recht zorgde ervoor dat inwoners zich Romeins voelden. De rechtspraak van nu heeft veel overgenomen van de Romeinen: alle rechten en plichten zijn vastegelegd in wetten en wetten zijn voor iedereen gelijk.

- Een verdachte is onschuldig tot zijn schuld is bewezen

- Een verdachte moet zichzelf kunnen verdedigen

- Bij twijfel wordt je vrijgesproken

- Rechters moeten onafhankelijk zijn

- Niemand wordt gestraft voor wat hij denkt

- Niemand kan twee keer voor hetzelfde worden beschuldigd

- Is een daad niet vastgelegd in de wet, mag dit niet worden bestraft 

jongens - mannen

• meer te vertellen, meer waard.
• rijke jongens gingen naar school 
• hadden thuis een leraar
• rijke jongens konden in de senaat komen.
• arme

meisjes - vrouwen

• minder te vertellen dan mannen, minder waard.
• meisjes mochten niet naar school.
• wassen, koken, spinnen
• rechtbank vrouwen anders beoordeeld dan mannen