Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Persoonlijk leiderschap

Persoonlijk leiderschap
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Persoonlijk leiderschap

Slide 1 - Tekstslide

Ken je dat?
Je wil afvallen, maar eet toch die zak chips leeg
Je wil dat telefoontje plegen, maar gaat toch netflixen
Je wil je huiswerk maken, maar gaat toch naar vrienden toe

Slide 2 - Tekstslide

Het ene willen, het andere doen
We hebben er allemaal wel eens last van. Al snel wijten we dit dan aan 'geen motivatie'. Of gewoon 'geen zin'. 
Afgelopen weken hebben we al naar veel mogelijkheden gekeken waar dit aan kan liggen. Met een mooi woord: reflecteren
Vandaag gaan we kijken, wat kun je dóen?

Slide 3 - Tekstslide

Wat versta jij onder 'persoonlijk leiderschap' ?

Slide 4 - Open vraag

Persoonlijk leiderschap
Eigenlijk een mooie manier van zeggen:
Jezelf leiden

Slide 5 - Tekstslide

Stap 1. Je doel
Voor je in actie komt. Is het belangrijk om te weten wáárvóór je in actie komt. 
Wat wil jij bereiken?
Schrijf dit in de volgende dia op (1 of meer)

Slide 6 - Tekstslide

Wat wil jij bereiken?
Wat is/zijn je doel(en)?

Slide 7 - Open vraag

Stap 2: waarom?!
Wat is het voordeel van dit doel bereiken? 
Welke voordelen zijn er allemaal als je dit doel bereikt hebt? Waarom wil je dit eigenlijk?

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf zoveel mogelijk voordelen op van als dit doel bereikt is.

Slide 9 - Open vraag

Stap 3: haalbaar?
De ervaring leert dat wij vaak té veel en té snel willen. En dat verlamt juist gek genoeg. Als je te hoog mikt, geef je sneller op.
Als iemand je vraagt om over een lat van 4 meter hoog te springen, zeg je: zoek het lekker uit. Toch?!
Hoe maak je een doel haalbaar?

Slide 10 - Tekstslide

Haalbaar
Je maakt je doel haalbaarder door hem kleiner te maken. 
Deze is moeilijker. Dus pay attention:

Je moet terugstappen, tot je bij een actiepunt bent die je NU kunt uitvoeren. 
Bijvoorbeeld:
Doel: stage behalen
Stap terug: stageplek hebben
Stap terug: sollicitatiegesprek hebben
Stap terug: contact opnemen met een stagebedrijf
Stap terug: stagebedrijf vinden die bij me past
Stap terug: op stagemarkt zoeken naar 3 bedrijven die ik leuk vind

Zo wordt het behapbaar. Je weet nu wat je kunt doen: onderaan beginnen en werk jezelf die berg op.

Slide 11 - Tekstslide

Stap eens terug met jouw doel:

Slide 12 - Open vraag

Stap 4: eigen kracht
Oké, je weet nu wát je wil, wáárom je dat wil, en wat je eerste stap is. 
Nu gaan we kijken naar alle redenen waarom het gaat lukken!
Wat heb jij in je mars, om dit tot een succes te maken?

Slide 13 - Tekstslide

Waarom gaat het je lukken om je doel te halen? Welke eigenschappen bezit jij die in je voordeel werken en welke mensen/dingen/andere voordelen gaan jou helpen met het behalen van jouw doel. Vul zoveel mogelijk in.

Slide 14 - Open vraag

Stap 5: Maar wat nou als.....
Beren op de weg... Je bedenken wat er allemaal mis kan gaan. Laten we dat eens even tackelen.

Je hebt 2 opties: reactief handelen of 
proactief handelen

Kijk eens naar de verschillen:

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Verschil?
Pro actief kijken maakt dat je ZELF de controle houdt. In plaats van dat je slachtoffer bent van de situatie of anderen. Reactief maakt je machteloos.
Toch zijn er situaties waar we geen invloed op lijken te hebben.
Hoe kun je dan toch pro actief blijven?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Vul de Cirkel van Invloed en Betrokkenheid eens voor jezelf in op papier. Upload daarna een foto van deze cirkel.

Slide 20 - Open vraag

Voordelen
Door altijd te blijven zoeken naar waar jij wél invloed op hebt, blijf je in controle en voel je je minder machteloos. Ook als je er eigenlijk geen invloed op hebt.
Bijvoorbeeld het weer. Daar heb jij geen invloed op. Wél op hoe jij er mee omgaat: door je bijvoorbeeld warm te kleden of de voordelen op te zoeken van regen/kou.

Slide 21 - Tekstslide

Hulptroepen
Niemand kan alles alleen. Mensen zijn groepsdieren. We hebben elkaar nodig en samen kom je ook veel verder.
Wie mag jou helpen? Wie kun jij inschakelen? 
En nog belangrijker: wat heb jij dan precies van die persoon nodig?

Slide 22 - Tekstslide

Wie mag/mogen jou helpen je doel te bereiken. En hoe kan/kunnen diegene(n) dat doen?

Slide 23 - Open vraag

Samenvattend
Je weet nu als het goed is het volgende:
- Wat je doel is
- Waarom je dat doel wilt behalen
- Wat je eerste stap wordt
- Waarom jij het doel kunt behalen
- Wat je kunt doen als het mis gaat
Niks houdt jou meer tegen!

Slide 24 - Tekstslide

Denken bepaalt wat je wilt
Acties bepalen wat je krijgt

Slide 25 - Tekstslide