Blok 6 les 3 en 4 omgaan met verschillen nog aanpassen

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 2

PDO

Les 3: omgaan met verschillen

Profielboek Pedagogiek H. 3

Vandaag:

- Terugblik vorige les

- Diversiteit

- Waarden en normen

- Referentiekader
- Verschil jongens/meisjes

Lesdoel: aan het eind van de les kunnen de studenten
                  uitleggen wat een referentiekader is en hoe dit je
                  beeld van diversiteit kan beïnvloeden. 

Wat is klassenmanagement?

1. Alle maatregelen die een school neemt om het rustig te houden.
2. Alle maatregelen die een docent neemt om het ideale leerklimaat te scheppen.
3. Alle regels die er zijn om duidelijkheid te organiseren.
4. Alle installaties die een beter klimaat stimuleren.

Wat hoort niet bij 21 ste eeuw vaardigheden

1. zelfregulering
2. kritisch nadenken
3. spreekvaardigheid Engels
4. creativiteit

Wat is differentiëren?

1. Wiskundige berekeningen maken.
2. Onderscheid maken in ras, cultuur, geaardheid en sekse.
3. Aanpassen aan verschillen.
4. Verschil zien tussen scores van kinderen binnen de groep.

Bekijk de volgende video tot 0:42

www.leraar24.nl

Van welke vorm van differentiatie is dit een voorbeeld?

1. Microniveau
2. convergente differentiatie
3. divergente differentiatie
4. Macroniveau

In groepjes van 4 de vragen beantwoorden en terugkoppelen in de groep.

PDO

Les 6: omgaan met verschillen

Profielboek Pedagogiek H. 3

Vandaag:

- Terugblik vorige les

- referentiekader

- Diversiteit

- Hoogsensitiviteit

- zorgverbreding (passend onderwijs)

- SDT (relatie, autonomie, competentie)

- Adaptief onderwijs

- Zorgen om kind en/of gezin

terugblik

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

Welke van de onderstaande stellingen is NIET waar?

1. Normen zijn de praktische uitvoering van waarden.
2. Waarden gelden voor iedereen normen niet.
3. Normen zijn gebaseerd op waarden.
4. Waarden zijn ideeën over goed en minder goed gedrag.

Waar vind je de regels en afspraken van een school?

1. Aan de muur van het klaslokaal.
2. In het school -ondersteuningsplan.
3. In de hal en gangen van de school.
4. In het schoolplan van de school.

Vandaag:

Lesdoel: 

Aan het eind van de les kunnen de studenten uitleggen wat je referentiekader is.  

Ze kennen de betekenis van het woord inclusiemodel en kunnen er een voorbeeld van geven.

Ze weten wat diversiteit betekent en kunnen verschillen tussen jongens en meisjes opnoemen.

De studenten hebben kennis gemaakt met het begrip hoogsensitiviteit.

Waar denk jij aan bij het woord 'familiediner'?

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

Hoe komt het dat niet iedereen hetzelfde beeld heeft bij dit woord?

Jouw beeld bouw je op door ervaringen in relatie met mensen om je heen. Deze ervaringen vormen je referentiekader. Komt tot stand door socialisatie.

Kan je referentiekader ook veranderen?

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

                                Wat zou jij doen?

                    Wat speelt een rol bij je keuze? 

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

Inclusiemodel

Hierbij wordt steeds gezocht naar de obstakels waardoor personen er niet bij horen, om deze vervolgens te helpen oplossen. 

Doel is dat iedereen, ook mensen met een beperking, deel uitmaken van het leven dat we leiden in onze samenleving.

Vroeger werden mensen met beperkingen ‘weggestopt’ in de bossen, nu midden in de samenleving.

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

        klassikale oefening op volgende slide

                                 

diversiteit van de mens

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

Verschillen jongens en meisjes

Ga in tweetallen op zoek naar de verschillen tussen jongens en meisjes (boek/internet).
Welke verschillen vind je?

Wat betekenen deze verschillen voor de manier waar op je onderwijs geeft?

Verschillen jongens/meisjes

§ 3.1 Overeenkomsten en verschillen

Hoogsensitiviteit

Personen die hoogsensitief zijn ervaren veel prikkels en hebben tijd nodig om deze te verwerken. Prikkels komen ongefilterd binnen en kunnen zorgen voor overprikkeling.

www.leraar24.nl

kenmerken
hoogsensitiviteit

Wat hebben we behandeld:

- referentiekader

- inclusiemodel

- diversiteit

- verschil jongens en meisjes

- hoogsenisiviteit

Volgende les: Lees H 3.2 en 3.3 profielboek pedagogiek