Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
5. Massage
Massage
1 / 21
volgende
Slide 1:
Woordweb
Schoonheidsverzorging
MBO
Studiejaar 2
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Massage
Slide 1 - Woordweb
Wat valt onder de primaire effecten van een massage?
A
ontspannen gevoel
B
verbeteren van de spierspanning
C
afvoeren van vocht en bloed
D
het verwijden van bloedvaten
Slide 2 - Quizvraag
Welke massagegreep kun je toepassen aan het begin van een klassieke massage?
A
Intermitterend drukken
B
Petrissages
C
Vibraties
Slide 3 - Quizvraag
Welke massagegreep kun je het BESTE toepassen aan het eind van de massage?
A
Pompbeweging
B
Effleurage
C
Petrissage
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een contra-indicatie bij massage?
A
oedeem
B
myogelose
C
kramp
D
verslapte spieren
Slide 5 - Quizvraag
Wat werkt kalmerend bij massage?
A
weinig massagemiddel
B
rustig tempo
C
in dwarse richting
D
meer druk geven
Slide 6 - Quizvraag
De huid kan rood worden van een massage, bij een pittige massage zelfs vlekkerig rood.
Welke stof veroorzaakt dit?
A
adrenaline
B
acetylcholine
C
histamine
D
melanine
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een biochemisch effect van een massage?
A
Prikkeling van sensibele zenuwuiteinde
B
Het ontstaan van histamine
C
Verbetering van de stofwisseling via celwanden
Slide 8 - Quizvraag
Wat is GEEN doel van een massage?
A
Verbetering van de doorbloeding
B
om de spieren te activeren
C
om pijn weg te halen
D
voor de ontspanning
Slide 9 - Quizvraag
Wat is een contra indicatie voor een massage? (2 antwoorden)
A
Bij wondjes
B
Voor een chemische behandeling
C
Als je geen tijd hebt
D
Als de klant niet aardig is
Slide 10 - Quizvraag
Wat is een voorbehandeling bij een massage?
A
Opbrengen van een masker.
B
Verdunnen hoornlaag.
C
Warme kompressen
Slide 11 - Quizvraag
wat zijn de 3 effecten van een massage?
A
biochemisch chemisch psychisch effect
B
Chemisch reflectorisch prikkelend effect
C
reflectorisch biochemisch psychisch effect
D
psychisch biochemisch essentieel effect
Slide 12 - Quizvraag
Tijdens het uitvoeren van een massage ontstaan er directe en indirecte effecten. Wat is een voorbeeld van een directe invloed van een massage?
A
Loslaten van dode opperhuidcellen
B
Ontspanning van verkrampte spieren
C
Vorming van weefselhormonen
Slide 13 - Quizvraag
Hoe noem je de effecten van een massage op hetzelfde moment?
A
direct en primair
B
direct en secundair
C
indirect en primair
D
indirect en secundair
Slide 14 - Quizvraag
Wat wordt bedoeld met "psychische effecten van een massage"?
En is dit primair of secundair?
Slide 15 - Open vraag
Welke stoffen komen vrij door de biochemische effecten van een massage? (meerdere antwoorden)
A
histamine
B
adrenaline
C
acetylcholine
D
melanine
Slide 16 - Quizvraag
Welke beschrijving hoort bij een petrissage?
A
strijking
B
kneding
C
pompbeweging
D
drukpunt
Slide 17 - Quizvraag
De huid kan rood worden van een massage, bij een pittige massage zelfs vlekkerig rood.
Welke stof veroorzaakt dit?
A
adrenaline
B
acetylcholine
C
histamine
D
melanine
Slide 18 - Quizvraag
Histamine
Acetylcholine
Vlekkerige roodheid
Egale roodheid
signalen worden van de zenuw op de spier overgebracht
De mestcellen in het bindweefsel maken een te hoge productie van dit weefselhormoon aan.
Vergroten van de doorlaatbaarheid van de bloedvaatwanden
Slide 19 - Sleepvraag
Welke massagegrepen kennen GÉÉN contra-indicaties?
A
Effleurages en vibraties
B
Drukzuigbeweging en fricties
C
Intermitterend drukken en petrissages
D
Intermitterend drukken en vibraties
Slide 20 - Quizvraag
Directe/primaire effecten
Indirecte/secundaire effecten
Loslaten van dode opperhuidcellen
Warmteontwikkeling
Losmaken van talgophopingen
Vermeerdering van het aantal mestcellen
Prikkeling van sensibele zenuwuiteinden
Reflectorische effecten
Biochemische effecten
Psychische effecten
ontspanning van verkrampte spieren
Histamine en Acetylcholine
Prikkeling van glad spierweefsel
de omgeving
Slide 21 - Sleepvraag