Dagbesteding oefenen toets hfst 6,7,8

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Huishoudelijk werk en opvoedingstaken vallen onder de noemer:

1. Arbeid
2. Vrijwilligerswerk
3. Hobby
4. Onbetaald werk

Lichamelijke en geestelijke inspanning die tot doel
heeft een product te leveren is een vorm van:

1. Arbeid
2. Vrijwilligerswerk
3. Onbetaald werk
4. Hobby

Bij arbeidsmatige dagbesteding wordt vaak gewerkt
aan verschillende doelen. Wat is GEEN doel bij een
arbeidsmatige dagbesteding?

1. Leren samenwerken
2. Gevoel van zorgeloosheid, plezier en genoegen creëren
3. Het ontdekken van mogelijkheden.
4. Het ontwikkelen of op peil houden van vaardigheden

Rehabilitatie is een vorm van begeleiding waarbij de focus ligt op het weer mee kunnen doen in de maatschappij.

1. Juist
2. Onjuist

Vanaf de jaren 1930 werd supported-employment steeds vaker ingezet om cliënten uitleg te geven over hun werk.

1. Juist
2. Onjuist

Sociaal ondernemen betekent dat de cliënt zichzelf accepteert zoals hij is

1. Juist
2. Onjuist

De methode ‘het INAA model’, wat bij sociaal
ondernemen hoort, staat voor Inclusion, Natural, Anticipatory en Attitude

1. Juist
2. Onjuist

In de toekomst krijgen steeds meer zorginstellingen zogenoemde dagactiviteitencentra(DAC’s) op hun
eigen terrein.

1. Juist
2. Onjuist

Dagbesteding wordt ruimer aangeboden; elke doelgroep heeft een eigen vorm van dagbesteding zodat ze van elkaar kunnen leren.

1. Juist
2. Onjuist

Deelnemers krijgen tegenwoordig steeds meer ruimte om de dagbesteding vorm te geven

1. Juist
2. Onjuist

Stelling I: Een tegenprestatie is een betaalde maatschappelijke nuttige activiteit voor zowel de samenleving als voor de persoon zelf.
Stelling II: Werken op een zorggerichte zorgboerderij betekent dat je niet alleen verantwoordelijk bent voor je cliënt, maar ook voor de dieren.

1. I is juist en II is onjuist.
2. I is onjuist en II is juist.
3. I en II zijn juist.
4. I en II zijn onjuist.

De afstemming tussen datgene wat de cliënt nodig heeft in combinatie met zijn/haar wensen en behoeften en de aangeboden arbeidsmatige dagbesteding of werk, noemen we:

1. Inclusie
2. Empowerment
3. Passende dagbesteding

Verschillen worden geaccepteerd, iedereen heeft dezelfde rechten en plichten. Gelijke waardering van alle individuen.

1. Inclusie
2. Empowerment
3. Passende dagbesteding

Het stimuleren van cliënten om zelf verantwoordelijkheid te dragen en zelfredzaamheid te tonen, oftewel het verwerven en in stand houden van een plek in de samenleving.

1. Inclusie
2. Empowerment
3. Passende dagbesteding

De stof wordt in een vaste volgorde aangeboden,
waarbij voor het oefenen altijd gebruik wordt
gemaakt van rollenspelen.

1. Liberman-methode
2. Psycho-educatie

De werkwijze is bedoeld als middel om cliënten en
hun omgeving uitleg te geven over hun aandoening

1. Liberman-methode
2. Psycho-educatie

Tijdens een scholing leren cliënten en hun omgeving vaardigheden om hun eigen leven in handen te nemen.

1. Liberman-methode
2. Psycho-educatie

Het programma bestaat uit het gestructureerd
bundelen van kennis enerzijds en het herkennen en erkennen van wat er wordt ervaren anderzijds.

1. Liberman-methode
2. Psycho-educatie

Wanneer een cliënt problemen ervaart bij de zorg
voor zichzelf en niet in staat is op eigen kracht en naar eigen vermogen zelf zorg te dragen voor de eigen zelfzorg, dan hebben we het over:

1. Liberman-methode
2. Psycho-educatie
3. Zelfzorgtekort
4. Inclusie

Cliënt Anke stofzuigt één keer per week en draait twee keer per week haar was.
Hoort bij:

1. ADL
2. HDL
3. ADML
4. Inclusie

Het zelfstandig in de samenleving functioneren.
Hoort bij:

1. ADL
2. HDL
3. ADML
4. Inclusie

De afstemming tussen datgene wat de cliënt nodig
heeft, in combinatie met zijn/haar wensen en
behoeften en de aangeboden arbeidsmatige
dagbesteding of werk.

1. Passende dagbesteding
2. Psycho-educatie
3. Inclusie
4. Liberman-methode

Verschillen worden geaccepteerd, iedereen heeft
dezelfde rechten en plichten. Gelijke waardering van alle individuen.

1. Passende dagbesteding
2. Psycho-educatie
3. Inclusie
4. Liberman-methode

Het stimuleren van cliënten om zelf verantwoordelijkheid te dragen en zelfredzaamheid te tonen oftewel het verwerven en in stand houden van een plek in de samenleving.

1. Passende dagbesteding
2. Vraaggericht werken
3. Inclusie
4. Empowerment

Welke stelling is niet waar?

1. Bij community theatre vervullen maatschappelijk werkers de hoofdrollen
2. Een themadag kan houvast geven aan een tijdsbeeld
3. Een voorbeeld van een themagerichte activiteit is het inzetten van de krant
4. Met wijktheater kun je jezelf en buurtgenoten ontmoeten. Dit kan tot inclusie leiden

Welke vaardigheid van de negen vaardigheden die er zijn leer je NIET tijdens de SOVA training van Goldstein?

1. Reageren op kwaadheid
2. Opkomen voor je mening
3. Kritiek geven
4. Contacten onderhouden

Stelling 1: Een imiterend rollenspel gaat vooraf aan een anticiperend rollenspel
Stelling 2: Sensopathische activiteiten zijn belevingsgerichte activiteiten waarbij het vooral om zintuigen draait

1. 1 is juist en 2 is onjuist
2. 1 is onjuist en 2 is juist
3. 1 en 2 zijn juist
4. 1 en 2 zijn onjuist

In deze training geef je aan dat je een ander niet dichterbij wilt laten komen

1. Agressiereguleringstraining
2. Arbeidstraining
3. Territoriumoefening
4. Weerbaarheidstraining

In deze training ligt het accent op het voorkomen en hanteren van crisissituaties.

1. Agressiereguleringstraining
2. Arbeidstraining
3. Territoriumoefening
4. Weerbaarheidstraining

In deze training leert een cliënt om te gaan met dat de basis van gelijkwaardigheid en de bereidheid tot wederzijds respect er vaak niet zijn.

1. Agressiereguleringstraining
2. Arbeidstraining
3. Territoriumoefening
4. Weerbaarheidstraining

In deze training leert een cliënt voor zichzelf opkomen in alledaagse situaties.

1. Zelfstandigheidstraining
2. Arbeidstraining
3. Assertiviteitstraining
4. Weerbaarheidstraining

Dansen, musiceren en schilderen zijn voorbeelden van uitdrukkingsmiddelen.

1. Juist
2. Onjuist

Koken als hobby valt niet onder dagbesteding

1. Juist
2. Onjuist

Spelletjes kunnen ook educatief zijn.

1. Juist
2. Onjuist

Tijdens sporten worden afbraakstoffen aangemaakt.

1. Juist
2. Onjuist

Voor vrijetijdsbesteding zijn minder vaardigheden nodig dan voor werk.

1. Juist
2. Onjuist

Het wedstrijdelement kan mensen stimuleren om ergens enthousiast aan mee te doen.

1. Juist
2. Onjuist

Voor het spelen van een bordspel heb je kwaliteiten nodig, zoals lef en creativiteit.

1. Juist
2. Onjuist

Goed omgaan met internet noem je mediawijsheid

1. Juist
2. Onjuist