Inspirerend, verbindend en nieuwsgierig
Een leven lang leren

Aandrijven

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
ProcestechniekMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Noem eens een voorbeeld van iets wat wordt aangedreven in jullie productieomgeving
Hoe wordt dit aangedreven?

Slide 3 - Woordweb

Sleepvraag

Verschillende soorten aandrijvingen

Slide 4 - Tekstslide

Chemische aandrijving
Elektrische aandrijving
Hydraulische aandrijving
Pneumatische aandrijving

Slide 5 - Sleepvraag

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een voordeel
van een directe
aandrijving?


A
De aandrijving draait met een lage weerstand
B
Je kunt makkelijk van draairichting wisselen
C
Je kunt de aandrijfkracht veranderen
D
Je kunt de snelheid van de bewegingen aanpassen

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is een nadeel
van een indirecte
aandrijving?

A
Je kunt de draairichting niet aanpassen
B
Je kunt het toerental niet aanpassen
C
De vele onderdelen zorgen voor meer wrijving en slijtage
D
Je kunt de aandrijving maar op 1 manier gebruiken

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Als je twee lange assen die gevoelig
zijn voor lengteverandering met
elkaar moet verbinden. Welke
koppeling kies je dan?
A
kruiskoppeling
B
expansiekoppeling
C
homokineet
D
platenkoppeling

Slide 25 - Quizvraag

Welk soort koppeling zorgt er
in een auto voor dat je achteruit
kunt rijden zonder dat je
de auto uit hoeft te zetten?
A
Platenkoppeling
B
Kruiskoppeling
C
Veiligheidskoppeling
D
Schakelbare koppeling

Slide 26 - Quizvraag

(74)

Slide 27 - Tekstslide


Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide


A
4,5 m/s en 4/5 m/s
B
4,5 m/s en 14,14 m/s
C
14,14 m/s en 4,5 m/s
D
14,14 m/s en 14,14 m/s

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide