RSG 't Rijks

Jongeren les 5

Jongeren


5. Wie heb je nodig?
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Jongeren


5. Wie heb je nodig?

Slide 1 - Tekstslide

Een voorbeeld van een norm is
A
Eerlijkheid
B
Tolerantie
C
Rechtvaardigheid
D
Niet pesten

Slide 2 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van een machtsmiddel

Slide 3 - Open vraag

Wat is een belang?
A
Iets wat jij belangrijk vindt
B
Een soort wet
C
Een lastige keuze
D
Voordeel dat je ergens van hebt

Slide 4 - Quizvraag

Sanctie betekent
A
Straf
B
Laten weten of iets goed of fout is gegaan
C
aangeleerde normen en waarden gaan automatisch
D
Mensen letten op hoe je je gedraagt

Slide 5 - Quizvraag

Nurture betekent:
A
Dat je voornamelijk bent door je opvoeding
B
Dat je voornamelijk bent door je genen

Slide 6 - Quizvraag

Polarisatie betekent:
A
Dat er ijsberen zijn op de zuidpool
B
Dat er twee dingen lijnrecht tegenover elkaar staan
C
Dat mensen dezelfde belangen hebben
D
Saamhorigheid

Slide 7 - Quizvraag

Telefoon weg en boeken pakken


5. Wie heb je nodig?

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze paragraaf:
  • Kan ik de 4 verschillende bindingen noemen en een voorbeeld erbij geven.
  • Kan ik de 4 verschillende bindingen herkennen.
  • Ken ik de begrippen en kan bij elk begrip een voorbeeld geven.

Slide 9 - Tekstslide

Bindingen
Je afhankelijk van verschillende mensen. Er zijn vier verschillende soorten bindingen:
  1. Economisch
  2. Kennis
  3. Gevoel
  4. Politiek

Slide 10 - Tekstslide

  • Economische binding: dit helpt je om te leven. Bijna alles wat je gebruikt is door anderen gemaakt. Je moet dit kopen met geld van ouders/werk.

  • Kennisbindingen: mensen die je iets leren, School, je ouders, vrienden.

Slide 11 - Tekstslide

  • Gevoelsbinding: mensen met wie je een emotionele band hebt. Zonder hen ben je ongelukkig.

  • Politieke bindingen: afhankelijkheid van de overheid. Zij maken wetten en regelen je veiligheid en zorg.

Slide 12 - Tekstslide

Sociale Cohesie
Sociale cohesie: mensen hebben het gevoel dat ze bij elkaar horen (tegenovergestelde van polarisatie)

Slide 13 - Tekstslide

Een voorbeeld van economische binding is:
A
Je baas
B
Je docent
C
Je zusje

Slide 14 - Quizvraag

Met je ouders heb je verschillende bindingen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Naast Economische, kennis en gevoelsbindingen heb je ook ...bindingen?

Slide 16 - Open vraag

Huiswerk
Maken werkboek blz 29 vraag 1+2+5+7+8 + blz 32 samenvatting hoofdstuk 5 + heel blz 33 maken (begrippen)

Let op: Elke les huiswerkcontrole. Geen huiswerk of geen werkboek dan strafregels.
Ga naar de oefenvragenaap en maak de toets die bij deze paragraaf hoort.

Slide 17 - Tekstslide