Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
RSG 't Rijks
‹
Terug naar zoeken
Sterke werkwoord: voltooid deelwoord
Mavo 3
Sterke werkwoorden moet je leren!
1 / 25
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
25 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Mavo 3
Sterke werkwoorden moet je leren!
Slide 1 - Tekstslide
Starke
Verben
Slide 2 - Tekstslide
Weet je dit?
Je weet wat het verschil tussen een sterk en een zwak werkwoord is
Je kent enkele sterke werkwoorden in het Duits
Slide 3 - Tekstslide
Wat is een sterk werkwoord?
Hoe herken je deze?
Slide 4 - Woordweb
https:
Slide 5 - Link
Ich habe auf dem Markt eine Wassermelone gekauft.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 6 - Quizvraag
Wer hat euch denn diese Geschichte erzählt.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 7 - Quizvraag
Hast du deine Eltern um mehr Taschengeld gebeten?
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 8 - Quizvraag
Wir sind bis Mitternacht auf der Party geblieben.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 9 - Quizvraag
Vincent hat gesten einen Unfall gebaut.
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 10 - Quizvraag
Guten Morgen, hast du gut geschlafen?
A
zwak werkwoord
B
sterk werkwoord
Slide 11 - Quizvraag
https:
Slide 12 - Link
1.Wir haben in einem Café noch etwas (trinken) .........
Slide 13 - Open vraag
2.Seid ihr alleine in die Stadt (gehen).......
Slide 14 - Open vraag
3.Was hast du alles in diesem teurem Restaurant (essen) .......?
Slide 15 - Open vraag
4. Wir haben ihn in Ruhe (lassen) .......
Slide 16 - Open vraag
5. Wir sind im See (schwimmen).............
Slide 17 - Open vraag
6. Ich hatte mein neues blaues Sommerkleid (anziehen) .......
Slide 18 - Open vraag
7. Haben Sie ihn neulich noch (sprechen) ........ ?
Slide 19 - Open vraag
8. Das Kind ist von der Schaukel (fallen) .........
Slide 20 - Open vraag
9. Wir haben mehrere Lieder (singen) .......
Slide 21 - Open vraag
10. Was ist hier (geschehen) ............?
Slide 22 - Open vraag
11. Hast du ihm eine E-Mail (schreiben) ............ ?
Slide 23 - Open vraag
12. Wir sind nach Hamburg (fahren) ............... .
Slide 24 - Open vraag
https:
Slide 25 - Link