1. Met welk doel lees ik deze tekst?
bijv.
- de hoofdgedachte van de tekst aangeven (quel est le sujet, de quoi parle..)
- de structuur helder maken (à quoi sert...alinéa)
- het vinden van bepaalde informatie
- de juiste volgorde van tekstfragmenten bepalen (bijv. titels boven alinea's plaatsen)