RSG 't Rijks

H4 Aspecten van de vormgeving; RUIMTE

4M Beeldende Begrippen
Hfd 4 
Aspecten van de vormgeving

RUIMTE
1 / 64
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 64 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

4M Beeldende Begrippen
Hfd 4 
Aspecten van de vormgeving

RUIMTE

Slide 1 - Tekstslide

Hier kan je je kennis testen van de begrippen van 
Basis Beeldende Begrippen 
Hoofdstuk 4 - Aspecten van de vormgeving
-RUIMTE
Je mag je boek erbij gebruiken.
Maak het serieus. 


welkom bij LESSONUP
Bij dit tekentje, hoef je het niet te leren, maar lees het wel.

Slide 2 - Tekstslide

VOORSTELLING
Voorstelling wil zeggen dat wat je ziet, waar gáát het kunstwerk over, wat wil de kunstenaar vertellen, of welke emotie wil de kunstenaar teweeg overbrengen?

Bijvoorbeeld:
Op de afbeelding van Vincent van Gogh hiernaast, zie je een landschap in de zomer. 
Je ziet dat het zomer is aan het koren en de bloemen en de blaadjes aan de bomen.


Slide 3 - Tekstslide

VORMGEVING
Vormgeving gebruik je om met beeldende middelen (kleur, vorm, compositie, ruimte en licht) je verhaal of emotie nog beter uit te drukken.

Bijvoorbeeld:
Je ziet dat het een zomers landschap is door het gebruik van heldere, warme kleuren en door de blauwe lucht

Slide 4 - Tekstslide

HFD 4 gaat over de 
VORMGEVINGSASPECTEN / BEELDEMDE ASPECTEN

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide


Waardoor is er plasticiteit in deze afbeelding  ontstaan? 
Noem twee oorzaken. 

A
Door schaduw en kleur.
B
Door de arcering en ook door de lijnrichting van de arcering.
C
Door licht en donker en door de ronde vorm.

Slide 48 - Quizvraag

Vogelvluchtperspectief
Kikvorsperspectief
Staand perspectief
1-puntperspectief
2-puntsperspectief

Slide 49 - Sleepvraag

De volgende drie vragen gaan over de 
'Mona Lisa', een schilderij van de heel bekende kunstenaar Leonardo Davinci.

Je kan inzoomen op de afbeelding om hem beter te bekijken.

Het schilderij ziet er heel realistisch uit. 
We gaan ontdekken waardoor dit zo lijkt.

Slide 50 - Tekstslide


Hoe wordt in de mona Lisa ruimte gesuggereerd?
Noem 4 manieren.

Slide 51 - Open vraag


Leg uit hoe er hier atmosferisch perspectief wordt gebruikt.

Slide 52 - Open vraag

HET EFFECT VAN AFSNIJDING.
Dit is een schilderij van Matisse: "Dance".
Links is het originele schilderij. 
Op het rechterplaatje is één zijkant afgesneden.

Slide 53 - Tekstslide


Wat is het effect van de afsnijding in dit plaatjes?

Slide 54 - Open vraag

Slide 55 - Tekstslide


Het schilderij van de boerenbruiloft is behoorlijk oud, maar de schilder Pieter Brueghel was op de hoogte van het lijnperspectief. 
Noem een aspect waaruit blijkt dat Brueghel op de hoogte was van het lijnperspectief.

Slide 56 - Open vraag

Slide 57 - Tekstslide


Bekijk de afbeelding op de vorige slide: “afvalzakkenjurk”. 
Waardoor krijgt het effen zwart van de afvalzakken zo'n 'levendig' effect? (vormgeving)

Slide 58 - Open vraag


Welke vormen van ruimtesuggestie zie 
je hier?
Noem er drie.
A
Repoussoir, lijnperspectief en schaduw.
B
Verkorting, vervaging, en repoussoir.
C
Overlapping, voor en achtergrond en atmosferisch perspectief.
D
Overlapping, schaduw en atmosferisch perspectief.

Slide 59 - Quizvraag

Johannes Vermeer
'de liefdesbrief'.

Slide 60 - Tekstslide


Welke manieren worden hier gebruikt om ruimte te suggereren?
Noem er drie.

Slide 61 - Open vraag

Slide 62 - Tekstslide


Zet in de juiste volgorde: (respectievelijk)
1 puntsperspectief,  2 puntsperspectief,  3 puntsperspectief.
1
2
3
4
A
1, 3, 4
B
3, 1, 2
C
2, 3, 1
D
4, 3, 2,

Slide 63 - Quizvraag

MAAK DE ZINNEN AF of geef antwoord:
1. Vluchtpunten zijn enkel te vinden op de ....................
2. Wat betekent 'ruimtesuggestie'?
3. Bij een kikvorsperspectief ligt de hoizon ............ laag.


Slide 64 - Open vraag