Elke alinea gaat over een deelonderwerp van de tekst. Soms gaat een alinea over 1 deelonderwerp, soms gaan er meer alinea's over één deelonderwerp.
Slide 9 - Tekstslide
Hoe vind je deelonderwerpen?
Je leest de tekst globaal.
Dit betekent: de eerste en laatste zin van alle alinea's lezen.
Als je iets wilt opzoeken, ga je zoekend lezen.
Let dan op: tussenkopjes, anders gedrukte woorden, opvallende tekens.
Slide 10 - Tekstslide
Bekijk de tekst.
Hoeveel alinea's tel je?
Zien we tussenkopjes?
Slide 11 - Tekstslide
Hoeveel alinea's heeft deze tekst?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 12 - Quizvraag
Het onderwerp van de tekst noteer je in:
A
Een paar woorden.
B
Een hele zin.
C
In twee of meer zinnen.
Slide 13 - Quizvraag
In welke drie onderdelen is een tekst verdeeld?
Slide 14 - Open vraag
Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over school?
A
De dierenwinkel
B
De geschiedenis van voetbal
C
Pauzes in de aula
D
Zakgeld
Slide 15 - Quizvraag
Wat zou een deelonderwerp kunnen zijn in een tekst over politiek?
A
Gezelschapsspellen
B
Verkiezingen
C
Vakantiereizen
D
De woestijn
Slide 16 - Quizvraag
kern = middenstuk
Slide 17 - Tekstslide
Inleiding
Inleiding: Je maakt kennis met het onderwerp van de tekst. Vaak gebeurt dit met een voorbeeld of een grappig verhaaltje (anekdote). De inleiding maakt je nieuwsgierig naar de rest van de tekst.
De inleiding bestaat meestal uit 1 alinea. Let op: niet altijd! Soms zijn alinea 1 + 2 de inleiding.
Slide 18 - Tekstslide
Middenstuk (kern)
Middenstuk: Dit is het grootste gedeelte van de tekst. Hier worden verschillende delen van het onderwerp besproken: de deelonderwerpen.
Slide 19 - Tekstslide
Slot
Slot: Het laatste deel van de tekst. Vaak de laatste alinea of de laatste 2. In het slot wordt het belangrijkste uit de tekst vaak kort herhaald, naar de toekomst gekeken, wordt er een samenvatting gegeven of een advies.
Slide 20 - Tekstslide
Bekijk de tekst op de volgende slide goed. Kijk naar de titel, de tussenkopjes, de inleiding, het middenstuk en naar het slot.
Je moet hier zo vragen over beantwoorden.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Noteer de titel van de tekst.
Slide 23 - Open vraag
Slide 24 - Tekstslide
Stond er een tussenkopje boven de inleiding?
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Boven de inleiding kan geen tussenkopje staan, want daar staat de titel al!
Slide 26 - Tekstslide
Uit hoeveel alinea's bestaat het middenstuk?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 27 - Quizvraag
Het middenstuk bestaat uit 3 alinea's. Kijk maar: alinea 1 is de inleiding. Alinea 2 + 3 + 4 het middenstuk, want in alinea 5 wordt er een samenvatting gegeven. Alinea 5 is dus het slot!