lezen blok 1 havo 4

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Maak de opdrachten

Je hebt 20 minuten de tijd. 

Maak de theorievragen uit je hoofd. 

Maak er een sport van om zoveel mogelijk te weten. 

Je selecteert informatie om te gebruiken voor een presentatie. Welke manier van lezen pas je toe?

1. orienterend
2. globaal
3. intensief
4. kritisch

Je wilt snel het onderwerp van een tekst weten. Noem twee elementen van de lay-out die daarbij helpen.

Voor een verslag zoek je informatie op een website. Welke manier van lezen pas je toe om de bruikbaarheid van de info en argumentatie te bepalen?

Je moet een discussiegesprek voeren. Je hebt artikelen gevonden die je hierbij helpen. Je gaat een samenvatting maken van de belangrijkste argumenten. Welke manier van lezen pas je toe?

In een vraag je lesboek staat het begrip RELATIVERING. Dit is een woord dat je niet kent. Welk onderdeel van het lesboek raadplaag je?

welke drie tekstelementen zijn het belangrijkst om de hoofdgedachte van een tekst te bepalen?

onderwerp en hoofdgedachte schrijf je op verschillende wijzen. Licht dit toe

Alinea 

betrouwbaarheid

tussenkopje

cursief

onderwerp

signaalwoord

kernzin

Tekstverband

bron

Inleiding

citaat

deelonderwerp

Hoe moet je een zin uit een tekst citeren?

Geef twee voorbeelden van formele teksten.

Formuleer bij het onderwerp Cyberpesten een feitelijke uitspraak.

Formuleer bij het onderwerp Cyberpesten een waarderende uitspraak.

Maak startopdracht 2 in je schrift. Overleg met je groepsgenoten. Je hebt 20 minuten.