In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Keuzevak Bloemwerk
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen:
Je kunt aangeleverde levende producten verzorgen
Je kunt een handgebonden boeket maken
Je kunt een draadgebonden boeket maken
Je kunt bekende snijbloemen herkennen en de naam ervan noemen
Je kunt een prijsberekening maken
Slide 2 - Tekstslide
2.3 Draadgebonden bloemwerk
Slide 3 - Tekstslide
Draadtechniek
Voor corsages gebruik je stevige bloemen en materialen.
Afhankelijk van het blad en bloemtype zet je ze verschillend op draad. Zwakke stelen verstevig je met bloemendraad. De draadddikte die je gebruikt is afhankelijk van het gewicht van de bloem of het blad.
Slide 4 - Tekstslide
Draaddikte kiezen
Kies de juiste dikte van draad.
De dikte hangt af van de zwaarte van het materiaal.
Voor lichte materiaal kies je corsagedraad.
Voor hele zware materialen kies je poken nodig.
Slide 5 - Tekstslide
Redenen om draad te gebruiken:
Samenbinden
Verlengen van de steel
Verstevigen van de bloem
Vormgeven
Slide 6 - Tekstslide
Draaddiktes
Zilverdraad 0,28 mm
Corsagedraad 0,4 mm
Wikkeldraad 0,5 / 0,6 mm
Dun anjerdraad 0,6 mm
Anjerdraad 0,7 mm
Dik anjerdraad 0,8 mm
Steekdraad 0,9 mm
Dunne pook 1,0 mm
Pook 1,2 mm
Dikke pook 1,5 mm
Slide 7 - Tekstslide
Op welke draaddikte zul je een roos zetten?
A
0,4 draaddikte
B
0,7 draaddikte
C
1,0 draaddikte
D
1.5 draaddikte
Slide 8 - Quizvraag
Op welke draaddikte zet je gipskruid
A
0,4 draaddikte
B
0,7 draaddikte
C
1,0 draaddikte
D
1,5 draaddikte
Slide 9 - Quizvraag
Op welke draaddikte zet je een dennenappel
A
0,4 draaddikte
B
0,7 draaddikte
C
1,0 draaddikte
D
1,5 draaddikte
Slide 10 - Quizvraag
Welke manier is geen reden om bloemen op draad te zetten
A
Vorm geven
B
Samenbinden
C
Houdbaarheid verlengen
D
Kleur geven
Slide 11 - Quizvraag
Bindpunt
Als je bloemen en bladeren op draad zet, werk je ze af met flowertape. Draai de ijzerdraden dan in elkaar en zorg dat er één bindpunt is.
Let op dat je alle draden één kant op draait.
Slide 12 - Tekstslide
Corsage
Bij de corsage knip je de steel 3 cm onder het bindpunt af.
Je werkt de steel af met caoutchouc en zorg je voor een gladde steel.
Slide 13 - Tekstslide
Welke steel is goed en welke steel is fout ingedraaid?
A
A is goed, B is goed
B
A is goed, B is fout
C
A is fout, B is goed
D
A is fout, B is fout
Slide 14 - Quizvraag
Wat is het bindpunt in een corsage of bruidsboeket?
A
Het punt waar de bloemendraad in elkaar draait
B
Het punt waar je toefjes in elkaar draait
C
Het punt ontstaat door bloemdraad één kant op in elkaar draaien
D
Het punt ontstaat door bloemdraad in elkaar te draaien
Slide 15 - Quizvraag
Flowertape
Flowertape is dun kunststof papier- of rubberband dat groen is van kleur. Je werkt hiermee het bloemdraad weg, zodat je een net steeltje hebt.
Je gebruikt het om scherpe puntjes mee weg te werken.blo
Slide 16 - Tekstslide
Speldje / magneet
Een corsage maak je vast op je kleding met een speld of magneet. Zorg dat het speldje of magneet zo dicht mogelijk bij het bindpunt zit.
Mensen met een pacemaker of LCD mogen geen magneetje gebruiken. Dit kan de werking hiervan verstoren.