Klaar? - Leg het SO op de hoek van je tafel. - Ga stil wat voor jezelf doen Let op! mobiel, laptop of biologie boek mag je hierbij niet op tafel hebben.
Tip: Er zijn 2 verschillende versies, dus afkijken bij degene voor of naast je heeft geen zin. Deze heeft een andere versie.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 1
In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 100 min
Onderdelen in deze les
timer
15:00
We starten deze les met het SO.
Je krijgt hiervoor 15 minuten de tijd.
Klaar? - Leg het SO op de hoek van je tafel. - Ga stil wat voor jezelf doen Let op! mobiel, laptop of biologie boek mag je hierbij niet op tafel hebben.
Tip: Er zijn 2 verschillende versies, dus afkijken bij degene voor of naast je heeft geen zin. Deze heeft een andere versie.
Slide 1 - Tekstslide
Nakijken SO
- Je krijgt het SO van iemand die dezelfde versie heeft gehad. Op het bord komen straks de antwoorden van beide versies.
- Kijk het SO van de ander serieus na. Gebruik hierbij een andere kleur pen/potlood.
- Elk goed antwoord is 1 punt.
- Tel aan het eind de punten op en zet deze bovenaan het blad.
- Geef daarna het SO terug aan de juf. Deze zet het cijfer erop en geeft het SO terug aan degene van wie het is.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Bekijk het onderstaande schema goed, zet in je boek een uitroepteken bij het leerdoel waarvan je de vraag fout had (of wanneer je het vorige so onvoldoende had)
Leerdoel
Vraag in A versie
Vraag in B versie
Basisstof
Je kunt uitleggen wat een organisme is
9
4
1
Je kunt de zeven levenskenmerken noemen
2
2
1
Je kunt omschrijven wat groei is Je kunt omschrijven wat ontwikkeling is
6 6
7 7
1 3
Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is
1
1
1
Je kent het verschil tussen een natuurgetrouwe en een schematische tekening
3
3
2
Je kent het verschil tussen een buitenaanzicht, een lengtedoorsnede en een dwarsdoorsnede
4
5
2
Je kunt tekeningen maken volgens de tekenregels Je kunt een loep gebruiken
Vorige SO
Vorige SO
2
3
Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven (begrip kiemplantje en bouw en functie delen bruine boon horen hierbij)
5 en 8
6 en 9
3
Je kunt een tabel en grafiek maken van de groei van een organisme (hiervoor moet je de begrippen tabel, grafiek, kolom, rij, horizontale en verticale as kennen)
7
8
4
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Bekijk en meet eerst de bruine bonen plantjes nog eens Ga daarna verder met de opdrachten hieronder.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Welke organismen kunnen zelf hun voedsel maken?
A
Alleen planten
B
Alleen dieren
C
Planten en dieren
D
Alle organismen
Slide 16 - Quizvraag
Wat hebben planten niet nodig om hun eigen voedsel te maken?
A
Koolstofdioxide
B
Water
C
Zonlicht
D
Zuurstof
Slide 17 - Quizvraag
Hoe heet de voedingsstof die planten zelf maken?
Slide 18 - Open vraag
Hoe komt de zuurstof die planten maken in de lucht?
Slide 19 - Open vraag
Dit dier is aangepast aan de omgeving waar het leeft. Noem 2 aanpassingen.
Slide 20 - Open vraag
Gaat het om een droge of een vochtige omgeving? Sleep de begrippen en de foto's naar het juiste vak.
Droge omgeving
Vochtige omgeving
Kleine bladeren
Platte bladeren
Weinig wortels
Slide 21 - Sleepvraag
Wat begrijp je nog niet zo goed van dit hoofdstuk? Of wat vind je nog lastig?