Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Twents Carmel College
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
Oefenvragen H8 Ontwikkelingslanden - 4GTL
H
erhalen H8
Ontwikkelingslanden
4GT - 2023
1 / 14
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Economie
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 4
In deze les zitten
14 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H
erhalen H8
Ontwikkelingslanden
4GT - 2023
Slide 1 - Tekstslide
Noem drie kenmerken van een ontwikkelingsland.
Slide 2 - Open vraag
Wat geeft de Lorenzcurve weer?
A
Inkomensverschillen tussen arm en rijk
B
Het totale inkomen van een land
C
Inkomensverdeling van een land
D
Het inkomen van de armen en de rijken
Slide 3 - Quizvraag
Wat geeft naast het inkomen per hoofd van de bevolking nog meer informatie over de welvaart van een land?
Slide 4 - Open vraag
armoede
eenvoudige productiemethodes
lage opbrengst
lage productie
geen geld om te investeren
Slide 5 - Sleepvraag
Mali heeft een monocultuur. Wat is het kenmerk van een monocultuur
A
De export brengt maar weinig geld op
B
De export is extra gevoelig voor prijsschommelingen
C
De import is extra gevoelig voor prijsschommelingen
D
De import kost veel geld
Slide 6 - Quizvraag
Noem twee mogelijke oorzaken van een economische achterstand van een land.
Slide 7 - Open vraag
13. Ruilvoet is verhouding tussen import en export. Wanneer verbetert de ruilvoet?
A
Exporthoeveelheid daalt en importhoeveelheid stijgt
B
Exporthoeveelheid stijgt en importhoeveelheid daalt
C
Exportprijs daalt en importprijs stijgt
D
Exportprijs stijgt en importprijs daalt
Slide 8 - Quizvraag
Wat is GEEN noodhulp?
A
Voedsel opsturen naar een land
B
Medicijnen sturen naar een land
C
Wegen in een land aanleggen
D
Tentenkampen bouwen in een land
Slide 9 - Quizvraag
Noem een vorm van structurele hulp.
Slide 10 - Open vraag
Met welke gunstige voorwaarden kunnen ontwikkelingslanden geld lenen van internationale organisaties?
A
Geen rente en geen voorwaardes
B
Geen vaste looptijd
C
Lage rente en langere looptijd
D
Lage rente en voordelige voorwaardes
Slide 11 - Quizvraag
Wat moeten landen doen om de prijs van een product te laten stijgen?
A
Buffervoorraden vergroten
B
Buffervoorraden verkleinen
C
Geen buffervoorraden meer
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het afgesproken minimumpercentage wat landen moeten besteden aan ontwikkelingssamenwerkingen?
A
0,5%
B
0,7%
C
2%
D
3,5%
Slide 13 - Quizvraag
Nederlandse bedrijven kunnen subsidies ontvangen voor het investeren in ontwikkelingslanden. Wat is een mogelijk gevolg hiervan?
A
Stijging werkgelegenheid ontwikkelingsland
B
Vraag naar Nederlandse producten neemt toe
C
Prijzen worden duurder
D
Ontwikkelingslanden nemen protectiemaatregelen
Slide 14 - Quizvraag