Twents Carmel College

CKV 'Feit & Fictie' Keuzeopdracht




Feit&Fictie 
Culturele Kunstzinnige Vorming
keuzeopdracht
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
CKVCulturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

In deze les wordt het vak CKV geïntroduceerd. Wat is kunst? Wat is cultuur? Herkennen van culturele symbolen. Benoemen van elementen uit de Nederlandse cultuur.

Onderdelen in deze les




Feit&Fictie 
Culturele Kunstzinnige Vorming
keuzeopdracht

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de dimensie Feit & Fictie toepassen in je keuzeopdracht.

Slide 2 - Tekstslide

Feit & Fictie
In dit blok ben je met verschillende kunstdisciplines in aanraking gekomen: beeldende kunst, fotografie en muziek. Deze disciplines heb je allemaal benaderd vanuit de dimensie ‘Feit&Fictie’.
 
Elke module eindigt met een aantal keuzeopdrachten. Daarvan moet je er 1 kiezen. Ze bereiden je voor op een grotere onderzoeksopdracht in het laatste blok. Je hebt 4 lessen om de opdracht te maken. 

Slide 3 - Tekstslide

Keuzeopdrachten
Je kunt kiezen uit de volgende opdrachten:

  1. Beeldende Kunst: fictief kunstwerk 
  2. Fotografie: fotomanipulatie 
  3. Muziek: invloeden in de muziek 

Slide 4 - Tekstslide

Beeldende kunst
Je hebt kennisgemaakt met verschillende kunstenaars, waaronder Damien Hirst en Floris Kaayk. Damien Hirst met zijn tentoonstelling ‘Treasures from the Wreck of the Unbelievable’, waarin de illusie gewekt wordt dat de tentoongestelde objecten opgedoken zijn uit de zee.
Floris Kaayk maakt in zijn kunstwerken gebruik van ‘verzonnen verhalen’, door filmpjes te maken die zich focussen op futuristische ideeën. Wat beide kunstenaars gemeen hebben, is dat ze spelen met de werkelijkheid door een fictief (verzonnen) verhaal te vertellen.
Toch ga je als toeschouwer twijfelen en (bijna) denken dat het echt is, omdat het werk erg geloofwaardig neergezet wordt. Je gaat mee in de fantasie van de kunstenaar. Het onderscheid tussen echt en onecht vervaagt.

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht
Je gaat nu zelf aan de slag om een fictief kunstwerk te maken. In je werk ga je de illusie wekken dat het verhaal dat je vertelt werkelijkheid is. Dit mag een tweedimensionaal werk zijn, een driedimensionaal (ruimtelijk beeld) of een filmpje. Het gaat erom dat je met je werk jouw fantasie werkelijkheid laat worden.

Slide 6 - Tekstslide

Bedenk nu zelf een fictief verhaal/situatie. Dit kan van alles zijn, zelfs de meest ongeloofwaardige ideeën (zolang je het straks maar geloofwaardig neer gaat zetten).

Slide 7 - Open vraag

Kies welke vorm het beste is voor jouw idee:
een tweedimensionaal werk,
een ruimtelijk werk
of een filmpje

Slide 8 - Open vraag

Maak een schets van jouw idee. Wat wil je van jouw fantasie laten zien aan de toeschouwer?
Upload je schets hieronder

Slide 9 - Open vraag

Welke materialen wil je gaan gebruiken?

Slide 10 - Open vraag

Reflectie op het eindresultaat:
Wat vind je van het resultaat? Waar liep je tegenaan? Wat is goed gegaan en wat had beter gekund?

Slide 11 - Open vraag

Upload een foto van je werk

Slide 12 - Open vraag

Fotografie

We hebben bij de discipline fotografie kennis gemaakt met verschillende soorten fototgrafie. Denk aan geënsceneerde fotografie of aan de documentaire fotografie. Ook heb je al een aantal foto’s bekeken van oa. Erwin Olaf, Koen Hauser, Ed van der Elsken enz.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht
Bekijk nogmaals het werk van een aantal verschillende fotografen en bedenk hoe je zelf een gemanipuleerde foto kunt maken.
Gebruik een aantal verschillende technieken om je eigen geënsceneerde of gemanipuleerde foto te maken. 
Het kan zijn dat je deze bewerkt, maar je kan natuurlijk ook je foto vooraf in scene zetten en dan maken.

Slide 14 - Tekstslide

Welke fotograaf spreekt je aan, leg uit waarom?

Slide 15 - Open vraag

Onderwerp:
wat wil jij graag gaan doen en waarom kies je hier voor?




Slide 16 - Open vraag

Is je foto geënsceneerd of geregistreerd?


Slide 17 - Open vraag

Welk camerastandpunt, kader, kleur wil je gebruiken?
Ga je de foto bewerken?



Slide 18 - Open vraag

Reflectie op het eindresultaat:
Wat ging daarbij goed en wat niet.
Hoe heb je dat opgelost?


Slide 19 - Open vraag

Vergelijk je werk met dat van de fotograaf die je als voorbeeld genomen hebt.
Beschrijf de overeenkomsten en verschillen tussen jullie werk.



Slide 20 - Open vraag

Upload een foto van je werk

Slide 21 - Open vraag