Twents Carmel College

§4.1 verzeker je dat?

Verzekeren
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Verzekeren

Slide 1 - Tekstslide

Een verzekering afsluiten

Slide 2 - Woordweb

Lesdoelen
Aan het eind van de les weet je 
  • waarom mensen zich verzekeren 
  • welke kosten er bij een verzekering bij komen

Begrippen:
Verzekeringsmaatschappij, verzekeringnemer, polis, dekking, premie

Slide 3 - Tekstslide

Verzekeren
  • Woning
  • Auto
  • Zorgkosten

Woningbrand => meer dan 10.000 schade
Zelf betalen??

Slide 4 - Tekstslide

Onzeker voorval
Je kunt je alleen verzekeren voor dingen waarvan je van te voren niet weet dat ze gebeuren.

Stel dat je autoruit kapot is. Je sluit dan pas een ruitverzekering af en een week later vraag je de verzekeraar om de schade te dekken. Dit kan niet.

Slide 5 - Tekstslide

Hoe werkt dit?
  • Verzekeringsmaatschappij
  • Verzekeringnemer
  • Premie = vast bedrag per maand
  • Dekking = het bedrag waar je voor verzekerd bent
  • Polisvoorwaarden = hier staat in waar je precies voor verzekerd bent

Slide 6 - Tekstslide

Kosten voor een verzekering
Premie (iedere maand)
Poliskosten (1 x)
Assurantiebelasting

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld
Je sluit een brilverzekering af. De premie is € 31,50. De poliskosten zijn € 4,50. De assurantiebelasting is 21%.

Bereken de verzekeringskosten voor het 1e jaar.
premie per jaar 31,50 x 12 = 378
poliskosten = 4,50 
Totaal = 378 + 4,50 = 382,50
Assurantiebelasting 21% van 382,50 = €80,33
Totale kosten = 382,50 + 80,33 = €462,83

Slide 8 - Tekstslide

Meer kosten?
Bij schade:
Eigen risico
Premie gaat de maand er na omhoog

Slide 9 - Tekstslide

Eigen risico
Bedrag dat je zelf moet meebetalen bij schade.

Voorbeeld: Je elektrische fiets wordt gestolen. De schade is €2.000. 
Je meld de schade bij de verzekeraar. Je krijgt een schade vergoeding van €1.750. €250 is je eigen risico.


Zodat je voorzichtig met je spullen om gaat.

Slide 10 - Tekstslide

Premie omhoog

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag
Paragraaf 4.1 blz 100 t/m 103
Maak opdracht 2 t/m 11



Slide 12 - Tekstslide