Verteringsklieren voegen veteringssappen toe met enzymen.
Slide 18 - Tekstslide
Vertering bij dieren
Slide 19 - Tekstslide
Intracellulaire vertering
Extracellulaire vertering
Slide 20 - Tekstslide
Mechanische vertering
Slide 21 - Tekstslide
chemische vertering
binas 82F,G,H
89A
Slide 22 - Tekstslide
Voedingsstoffen in een appel
0,3 gram vet
16,2 gram koolhydraten
14 gram suikers
2,7 gram vezels
0,4 gram eiwit
Slide 23 - Tekstslide
opdracht whiteboard
Geef aan waar de verschillende voedingstoffen uit een appel in het verteringsstelsel worden verteerd en welke enzymen hierbij betrokken zijn en waar deze enzymen worden gemaakt.
0,3 gram vet
16,2 gram koolhydraten
14 gram suikers
2,7 gram vezels
0,4 gram eiwit
Slide 24 - Tekstslide
Vertering van een koolhydraat (sacharide)
Vertering van een eiwit (polypeptide)
Slide 25 - Tekstslide
Chemische vertering
Slide 26 - Tekstslide
Voedingsstoffen, voedingsvezel
Mechanische en chemische vertering, verteringsorganen
Verteringsenzymen, hormonen, vertering van voedingsstoffen
Darmvlokken, resorptie voedingsstoffen
Gezonde voeding
Slide 27 - Tekstslide
bst 4 resorptie
de opname van stoffen via de darmwand in het bloed en lymfe
Slide 28 - Tekstslide
Resorptie
Slide 29 - Tekstslide
Resorptie
Slide 30 - Tekstslide
Dunne darm
Resorptie van voedingsstoffen
monosachariden (koolhydraten)
vetzuren en glycerol
aminozuren
Groot oppervlak = meer resorptie
Darmplooien
Darmvlokken
Microvili
Slide 31 - Tekstslide
Resorptie in de darmwand
Passief transport: transport van stoffen van hoge concentratie (in darm) naar lage concentratie (in darmcel)
Kost geen energie!
Actief transport: transport van stoffen tegen de gradiënt in (van lage naar hoge concentratie).
Kost energie in de vorm van ATP!
kan ook indirect via andere co- of symporter
Slide 32 - Tekstslide
Door actief transport wordt de osmotische waarde in de cellen van het darmepitheel hoger dan in de dunne darm
Slide 33 - Tekstslide
Examenvraag (HAVO)
De behandeling van clostridiumziekte met antibiotica duurt lang en vaak komen de klachten weer terug. Daarom werd in het AMC in Amsterdam een onderzoek gedaan naar het toepassen van fecale bacterietherapie, ofwel poeptransplantatie, als alternatief voor de antibioticumbehandeling. Internist Max Nieuwdorp legt uit hoe dit in zijn werk gaat: "Gezonde donoren leveren hun ontlasting in. Na menging met een vloeistof en filteren door een zeefje ontstaat een vloeistof die aan patiënten met een clostridium-infectie kan worden toegediend. Op deze manier wordt de darm voorzien van een gezond bacteriebehang."
De vloeistof wordt toegediend via een slangetje door de neus naar het spijsverteringskanaal. Waar in het spijsverteringskanaal zal zich het uiteinde van het slangetje bevinden wanneer wordt gestart met de toediening??
Slide 34 - Tekstslide
Waar in het spijsverteringskanaal zal zich het uiteinde van het slangetje bevinden wanneer wordt gestart met de toediening
A
slokdarm
B
twaalfvingerige darm
C
endeldarm
D
blinde darm
Slide 35 - Quizvraag
Resorptie
Slide 36 - Tekstslide
bst 6 gezonde voeding
Slide 37 - Tekstslide
BS5 gezonde voeding
Leerdoelen:
- je kunt beargumenteren wat gezonde voeding is.
- Je kunt beargumenteren wat de gezondheidsrisico's zijn van ongezonde voeding.
Slide 38 - Tekstslide
In ketchup zit meer suiker dan in cola.
A
waar
B
niet waar
Slide 39 - Quizvraag
In een avocado zit meer verzadigd dan onverzadigd vet.
A
waar
B
niet waar
Slide 40 - Quizvraag
In spinazie zit heel veel ijzer.
A
waar
B
niet waar
Slide 41 - Quizvraag
Cholesterol is slecht voor je.
A
waar
B
niet waar
Slide 42 - Quizvraag
In de USA hebben zijn veel mensen ondervoed.
A
waar
B
niet waar
Slide 43 - Quizvraag
Er zijn meer mensen op de wereld te dik dan te dun.
A
waar
B
niet waar
Slide 44 - Quizvraag
Hard vet is slechter voor je dan olie.
A
waar
B
niet waar
Slide 45 - Quizvraag
8 glazen water per dag is gezond.
A
waar
B
niet waar
Slide 46 - Quizvraag
Hoe donkerder het brood hoe gezonder.
A
waar
B
niet waar
Slide 47 - Quizvraag
Friteuse patat is gezonder dan Airfryer patat.
A
waar
B
niet waar
Slide 48 - Quizvraag
Vrijwel iedereen krijgt te veel zout binnen elke dag.
A
waar
B
niet waar
Slide 49 - Quizvraag
Light producten zijn gezonder dan normale producten.