Twents Carmel College

SE 3 - Quiz voeding en vertering leerjaar 4 VMBO-T

Quiz voeding en vertering 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Quiz voeding en vertering 

Slide 1 - Tekstslide

Bij welk nummer komen darmvlokken en darmplooien voor?
A
2
B
9
C
13
D
7

Slide 2 - Quizvraag

Hoe heet onderdeel nummer 4?
A
Maag
B
Alvleesklier
C
Dunne darm
D
Maagportier

Slide 3 - Quizvraag

Donny zegt: Gal is een enzym.
Ben zegt: Gal verteert vetten.
Wie heeft gelijk?
A
Donny
B
Ben
C
Allebei
D
Geen van beiden

Slide 4 - Quizvraag

De alvleesklier wordt aangegeven met letter ...?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 5 - Quizvraag

In een klas hangt een poster die het verteringsstelsel als een fabriek voorstelt (zie de afbeelding).
Het deel dat aangegeven wordt met letter P stelt een klier voor.
Geef de naam van deze klier.

A
Alvleesklier
B
Galblaas
C
Dunne darmsap klier
D
Speekselklier

Slide 6 - Quizvraag


De voeding van deze Afrikaanse hardlopers verschilt niet veel van die van andere Oost-Afrikanen. Net als die eten ze veel groente en fruit, weinig vlees of vis en veel graanproducten.

Vooral voedingsmiddelen met veel zetmeel leveren energie voor het hardlopen. Welke van de genoemde voedingsmiddelen bevatten vooral veel zetmeel?

A
Graanproducten
B
Vlees
C
Groente en fruit
D
Vis

Slide 7 - Quizvraag

In informatie 3 is het verteringskanaal van een paard afgebeeld.
Welke twee cijfers geven delen aan waarin volgens de informatie veel microorganismen leven?

A
2+3
B
4+5
C
3+5
D
7+8

Slide 8 - Quizvraag

Veel koolsoorten bevatten vezels. Koolhydraten in die vezels worden door menselijke enzymen in het verteringskanaal niet verteerd. Bacteriën in het verteringskanaal breken deze onverteerbare koolhydraten wel af.

In welk deel van het verteringskanaal komen veel bacteriën voor die onverteerbare resten afbreken?

A
12-vingerige darm
B
Dunne darm
C
Dikke darm
D
Endeldarm

Slide 9 - Quizvraag

In een proefopstelling staan 4 reageerbuizen. Buis 1 en 2 staan bij 37 graden Celsius. Buis 3 en 4 bij 20 graden Celsius.
De buizen bevatten het volgende:
1: zetmeeloplossing + maagsap
2: zetmeeloplossing + speeksel
3: zetmeeloplossing + maagsap
4: zetmeeloplossing + speeksel
Welke buis zal na een tijdje het minste zetmeel bevatten?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 10 - Quizvraag

Terwijl het voedsel door het verteringskanaal gaat, worden er onder andere enzymen aan toegevoegd. In de afbeelding is een aantal delen van het verteringskanaal met letters aangegeven.
Geef de letters van de twee delen van het verteringskanaal waarin enzymen aan het voedsel worden toegevoegd
A
A en B
B
A B en C
C
B en C
D
C en D

Slide 11 - Quizvraag

Naast enzymen wordt er ook gal aan het voedsel toegevoegd.

In welk deel van het verteringskanaal wordt gal aan het voedsel toegevoegd?

A
Dunne Darm
B
Endeldarm
C
Maag
D
12-vingerige darm

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heten de verteringsklieren die speeksel maken ?

Slide 13 - Open vraag

Gal ........ Vetten. Wat moet er op de puntjes worden ingevuld?

Slide 14 - Open vraag

Een van de gevolgen van levercirrose is dat er minder gal vanuit de lever via de galbuis naar het verteringskanaal wordt afgevoerd. Hierdoor worden vetten uit het voedsel minder goed door verteringsenzymen afgebroken.

In welk deel van het verteringskanaal komt de galbuis uit?

A
Endeldarm
B
Maag
C
Mond
D
12-vingerige darm

Slide 15 - Quizvraag

Een schapenmaag bestaat uit vier delen.
In welk deel van een schapenmaag bevinden zich verteringsklieren?

A
Pens
B
Lebmaag
C
Boekmaag
D
Netmaag

Slide 16 - Quizvraag

In de spieren is een voorraad brandstof opgeslagen, die bij inspanning kan worden gebruikt.

In welke vorm is brandstof in spieren opgeslagen?
A
Glucose
B
Glycogeen
C
Vet
D
Zetmeel

Slide 17 - Quizvraag

Veel koolsoorten bevatten vezels. Koolhydraten in die vezels worden door menselijke enzymen in het verteringskanaal niet verteerd. Bacteriën in het verteringskanaal breken deze onverteerbare koolhydraten wel af.

In welk deel van het verteringskanaal komen veel bacteriën voor die onverteerbare resten afbreken?
A
Dunne Darm
B
Dikke Darm
C
Endeldarm
D
Maag

Slide 18 - Quizvraag

Je slikt per ongeluk een airpod in. Welke weg legt deze airpod af van mond tot kont. Noem de verschillende onderdelen en ook de spijsverteringssappen.

Slide 19 - Open vraag

Wat is de functie van dit orgaan in de spijsvertering?
A
Gal verwijderen
B
Gal maken
C
Gal opslaan
D
Gal verteren

Slide 20 - Quizvraag

Darmvlokken spelen een rol bij de opname van het grootste deel van de verteerde voedingsstoffen.
In welk deel van het verteringsstelsel bevinden zich darmvlokken?
A
in de slokdarm
B
in de maag
C
in de dunne darm
D
in de dikke darm

Slide 21 - Quizvraag

Welke bewering over de darmperistaltiek is juist?
A
De darmperistaltiek duwt het voedsel door de darmvlokken heen
B
De darmperistaltiek mengt het voedsel met verteringssappen
C
Voedingsvezels verminderen de darmperistaltiek

Slide 22 - Quizvraag

In het gebit van een zeehond zitten snijtanden en scherpe kiezen. Ook heeft hij grote hoektanden. Bij welke groep dieren hoort een zeehond?
A
Alleseters
B
Vleeseters
C
Plantenetesr

Slide 23 - Quizvraag

Bij dieren komen alleseters, planteneters en vleeseters voor. Welke van deze groepen behoren tot de consumenten
A
planteneters
B
alleseters en vleeseters
C
planteneters en vleeseters
D
alleseters, planteneters en vleeseters

Slide 24 - Quizvraag

Wij als mens zijn
A
Vleeseters
B
Planteneters
C
Alleseters

Slide 25 - Quizvraag

De alvleesklier maakt alvleessap aan. in alvleessap zitten enzymen, die kunnen verschillende voedselstoffen verteren. Welke voedingsstoffen kan alvleessap verteren?

Slide 26 - Open vraag

Welk nummer wijst de 12-vingerige darm aan?

Slide 27 - Open vraag

Wat is de juiste volgorde van onderstaande organen in de verteringsroute?

Dunne darm, maag, 12-vingerige darm, dikke darm, slokdarm, Mondholte, endeldarm, anus

Slide 28 - Open vraag