Vester College
De onderwijsspecialisten

Taalverzorging - leestekens, hoofdletter eigennamen



Spellingscursus 
Leestekens


Taalverzorging 0F  
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolPraktijkonderwijsvmbo, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Spellingscursus Methode: SCORE Taal 0F, module 2 Uitleg, voorbeelden, instructie, oefenen en nabespreken

Instructies

Deze spellingscursus omvat Score 0F module 1 en 2.  
U kunt de cursus verdeeld over enkele weken aan bod laten komen. 
U activeert voorkennis en u bespreekt onderdelen waarmee leerlingen moeite hebben. Leerlingen oefenen tussendoor zelfstandig met de stof in SCORE.
 
Onderwerp: leestekens: punt, komma, vraagteken, uitroepteken, hoofdletters bij eigennamen.

U kunt deze les delen met leerlingen die niet bij de les aanwezig waren.

Onderdelen in deze les



Spellingscursus 
Leestekens


Taalverzorging 0F  

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In deze cursus:
  1. Punt
  2. Komma
  3. Vraagteken 
  4. Uitroepteken
  5. Hoofdletters bij namen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Punt
De punt is het 
einde van de zin. 

'Het meisje eet een appel.'

Omdat er een punt staat, 
gaat de zin niet verder.

Slide 3 - Tekstslide


Zie jij het verschil?

Zin 1: Wacht, niet schieten! 

Zin 2: Wacht niet, schieten!

Slide 4 - Tekstslide

Bron:
mop123.nl
Komma
In langere zinnen staat 
vaak een komma ( , ).

Op die plaats rust je even.

Luister maar:
'Hij speelt een game,
omdat hij dat leuk vind.'

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek de fout
Waar ontbreekt een komma?
Wat doet dit met de betekenis van de zin?

Slide 6 - Tekstslide

De komma ontbreekt in de volgende zin:
'Ben je minimaal 15 jaar beschikbaar (...)'

Dit zou betekenen dat je 15 jaar beschikbaar moet zijn.


Vraagteken
Soms eindigt een zin 
met een vraagteken.

Dan is de zin een vraag.

Kijk maar:
'Ga jij naar de les?'

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitroepteken
Soms eindigt een zin op 
een uitroepteken ( ! ).

Dan is het een uitroep of bevel.

Luister maar:
'Doe je huiswerk!'

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vul het juiste leesteken in:
'Ga je mee chillen in het park...'

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdletters bij namen

Alle namen worden met een hoofdletter geschreven.

Kijk maar naar je eigen naam!

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Namen 
Je schrijft altijd de voornaam en achternaam
met een hoofdletter.

Dus:

Anna Mulder                     Amir Hassan 
Wesley Smit



Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Namen 
Soms staat er nog iets tussen.
Bijvoorbeeld 'van', of 'de'.

Dit stukje van de naam schrijf je niet met een hoofdletter:

Sem de Vries - Iris van Vliet

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere namen 
Namen van plaatsen, landen, en talen spel je ook met een hoofdletter. 

bijvoorbeeld:

In Frankrijk spreken mensen Frans.


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar moeten de hoofdletters?
marco van der veen

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreking

Slide 15 - Tekstslide

Hoe ging de Begintest? Wat was je score?

Waarom ook alweer een begintest?
Het doel van de instaptest is om te bepalen wat het juiste oefenniveau voor de leerling is. De begintest heeft dezelfde moeilijkheidsgraad als de eindtest. 
Benadruk dat je met je score weet wat je nu al kunt op het eindniveau dat je straks moet hebben. Het is niet erg is om fouten te maken. Door met het programma te gaan oefenen maak je (als het goed is) steeds minder fouten. 

Is je score lager dan 40-50% goed, dan zit je waarschijnlijk een niveau te hoog. Je kunt een niveau lager starten (3F). 
Welke vragen heb je nog?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies