Vester College
De onderwijsspecialisten

H7 grenzen en identiteit

H7 grenzen en identiteit
7.3 en 7.4
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H7 grenzen en identiteit
7.3 en 7.4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Welke soort groepsidentiteit past het beste bij streektalen en dialecten?
A
lokale groepsidentiteit
B
regionale groepsidentiteit
C
nationale groepsidentiteit

Slide 8 - Quizvraag

Wat kan een economische reden zijn voor het meer bekend maken van een regionale identiteit? Bijvoorbeeld producten uit de Veluwe promoten

Slide 9 - Open vraag

Wat kan een maatschappelijke reden zijn voor het meer bekend maken van een regionale identiteit? Bijvoorbeeld producten uit de Veluwe promoten

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

De grens tussen Nederland en België is een:
A
open grens
B
gesloten grens

Slide 13 - Quizvraag

De grens tussen Nederland en België is een:
A
harde grens
B
zachte grens

Slide 14 - Quizvraag

Jasmijn gaat met het vliegtuig van Nederland naar Bonaire. Op het vliegveld krijgt ze een paspoort controle. Met welke soort grens heeft ze te maken?
A
Open grens
B
Gesloten grens

Slide 15 - Quizvraag

Je bent op vakantie in Turkije en maakt een boottocht naar het Griekse eiland Rhodos. Er is geen paspoort controle. Met welke soort grens heb je te maken?
A
harde grens
B
zachte grens

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

In een stad met veel verschillende identiteiten respecteren mensen elkaar. Leg uit wat het begrip integratie hier mee te maken heeft.

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Welke kenmerken 
van 
nationale identiteit herken je?

Slide 22 - Tekstslide

Hoe noemen we een samenleving met verschillende identiteiten?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Een van de nadelen van open grenzen is dat er meer concurrentie is. Geef hiervoor een verklaring.

Slide 30 - Open vraag

Juist of onjuist?
Gesloten grenzen leiden tot concurrentie op de arbeidsmarkt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Juist of onjuist?
Met open grenzen kan je drugshandel gemakkelijker tegengaan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Huiswerk 7.4
Opdracht: 2, 3, 6

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Waarom is het vinden van betaald werk belangrijk voor de integratie van nieuwkomers en Nederlands met een migratieachtergrond?

Slide 36 - Open vraag

Hoe kunnen mensen elkaar helpen op het gebied van integratie?

Slide 37 - Open vraag

Wat betekent het begrip segregatie. Geef voorbeelden van situaties waarin je dit begrip herkent.

Slide 38 - Open vraag

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Hoe kan je de leefbaarheid in een wijk verbeteren?

Slide 42 - Open vraag

Leg uit wat betrokkenheid en participatie met elkaar te maken hebben.

Slide 43 - Open vraag

Hoe ontstaat sociale ongelijkheid?

Slide 44 - Open vraag

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Link

Slide 47 - Tekstslide

skyline Ede

Slide 48 - Tekstslide