Beeldaspect: licht

LICHT
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
TekenenKunstzinnige oriëntatie+1Middelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Introductie

Aan de hand van werk van Vincent van Gogh maken de leerlingen kennis met het beeldaspect ‘licht’. Na een interactieve introductie van de begrippen lichtbron, lichtrichting, lichtcontrast en schaduw, wordt geoefend en geschetst.

Instructies

Algemene leerdoelen
- De leerlingen maken kennis met het beeldaspect ‘licht’.
- De leerlingen kunnen de begrippen lichtbron, lichtrichting, lichtcontrast en schaduw herkennen en toepassen in eigen werk en dat van anderen.

Aansluiting op het curriculum
- Domein kunst en cultuur: kerndoel 50
- Tehatex: domein A1 (beschrijven, onderzoeken en interpreteren)
- Kunst algemeen: vormgeving (beeldaspecten)

Benodigde materialen
- Voor de clair-obscur opdracht hebben de leerlingen een camera/mobiel nodig.
- Voor de twee schetsopdrachten hebben de leerlingen papier en een schetspotlood nodig.

Differentiatie
- De schetsopdrachten kunnen worden uitgebreid door leerlingen te laten schilderen in plaats van schetsen. Houd dan rekening met een lesduur van minstens 60 minuten.
- De les kan worden ingekort door alleen de oefeningen te doen, of deze juist weg te laten.

Onderdelen in deze les

LICHT

Slide 1 - Tekstslide

Het beeldaspect 'licht' gaat over de werking van licht op 2d en 3d vormen.

Kreupelhout, 1889.

LICHTBRON
Lichtbron: het object dat licht uitzendt.

Slide 2 - Tekstslide

Licht het begrip 'lichtbron' toe of klik op de hotspot voor de definitie.

Vraag de leerlingen vervolgens wat zij denken dat in Kreupelhout de lichtbron is.


Natuurlijk licht is licht dat wordt uitgezonden door een natuurlijke lichtbron, zoals de zon, maan, sterren, vuur, bliksem etc. Op De oogst is dat de zon.
Kunstlicht is licht dat wordt uitgezonden door een kunstmatige lichtbron. Op De aardappeleters is dat de olielamp.

Slide 3 - Tekstslide

Leg zo nodig het verschil tussen 'natuurlijk licht' en 'kunstlicht' uit.
Vraag vervolgens waar Vincent 'kunstlicht' en waar hij 'natuurlijk licht' gebruikte. De antwoorden staan in de hotspots.

  • De oogst, 1888
  • De aardappeleters, 1885


Slide 4 - Tekstslide

Voordat Vincent aan De aardappeleters begon, twijfelde hij of hij ze in daglicht of 's avonds zou verbeelden. Hij koos voor de avond en daarmee voor een olielamp.

Ga naar de volgende slide voor de 'leerlingen vraag'.

Wat is het effect van de olielamp?
Het licht en de locatie van de olielamp zorgen dat de aandacht van 'de kijker' naar de familie gaat. Zij worden door het licht met elkaar verbonden. Rondom de familie is het donker, in hun midden is het licht.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LICHTRICHTING
Lichtrichting: de richting waar het licht vandaan komt.

Slide 6 - Tekstslide

Licht het begrip 'lichtrichting' toe of klik op de hotspot voor de definitie.

Vraag de leerlingen waar zij denken dat het licht hier vandaan komt en waarom.



Als je als 'kijker' als het ware tegen het licht in kijkt, noem je dat 'tegenlicht'. In dit geval kijk je tegen het licht van de zon in.
Het licht dat van achter de 'kijker' komt en frontaal op het onderwerp straalt heet 'frontaal licht'. Hierdoor kun je alle details, zoals de letters op de pet van Joseph Roulin, goed zien. Frontaal licht wordt ook wel 'meelicht' genoemd.

Slide 7 - Tekstslide

Leg zo nodig de begrippen 'tegenlicht' en 'meelicht' uit. Vraag vervolgens waar Vincent 'meelicht' en waar hij 'tegenlicht' gebruikte. 
Tip: de lichtrichting kan worden aangewezen door gebruik van het potlood in de onderbalk.

  • De zaaier, 1888
  • Portret van Joseph Roulin, 1889, Kröller-Müller Museum, Otterlo



Wat is het grootste verschil tussen mee- en tegenlicht?
In het geval van tegenlicht zie je bijna altijd een silhouet. Bij meelicht is het onderwerp juist goed verlicht. Je ziet dan weinig schaduwen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Zijlicht is licht dat van opzij komt. Hierbij zie je de schaduwen heel duidelijk.  De schaduw in de oogkassen en op het voorhoofd van het skelet bijvoorbeeld.
Strijklicht is licht dat langs de dingen 'strijkt'. Hierdoor zie je het oppervlak heel goed.

Slide 9 - Tekstslide

Leg zo nodig de begrippen 'zijlicht' en 'strijklicht' uit. Vraag vervolgens waar Vincent 'zijlicht' en waar hij 'strijklicht' gebruikte. De antwoorden staan in de hotspots.

  • Detail van Kop van een skelet met brandende sigaret, 1886
  • Naaiende vrouw, 1885


Kan strijklicht ook zijlicht zijn?
Sterker nog: strijklicht is bijna altijd zijlicht. Ja dus.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Hier komt het licht van alle kanten. Dat noem je 'diffuus licht'. Het wordt ook wel 'verspreid licht' genoemd. 

Slide 11 - Tekstslide

Vraag de leerlingen waar het licht hier vandaan komt.

Boulevard de Clichy, 1887

Schets 1: Stilleven

            Teken binnen 5 minuten een stilleven met:

            - Kunstlicht
            - Strijklicht

            Tip: Te makkelijk? Schets dan in de stijl van 
            Vincent: met stippels en streepjes.
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Geef de leerlingen 5 minuten de tijd om te schetsen. Klik op de timer om de tijd te starten.

Bespreek na 5 minuten de schetsen met de leerlingen. Zorg dat ze hun schets bewaren. Hier gaan ze namelijk later in de les aan verder.

LICHT-DONKER CONTRAST
Licht-donker contrast: het verschil tussen lichte en donkere vlakken in een werk.

Slide 13 - Tekstslide

Licht het begrip 'licht-donker contrast' toe of klik op de hotspot voor de definitie.

Bespreek de verschillende lichtcontrasten in het schilderij.



Hier gebruikte Vincent vooral een klein licht-donker contrast. Hierbij is er weinig verschil tussen lichte en donkere partijen.
Hier is een groot licht-donker contrast te zien. Daarbij heb je veel verschil tussen lichte en donkere partijen. In dit geval de zwarte schoenen tegen de lichtbruine grond.

Slide 14 - Tekstslide

Vraag de leerlingen waar Vincent vooral een groot licht-donker contrast gebruikte en waar hij juist vooral een klein licht-donker contrast toepaste.
  • Montmartre: molens en moestuinen, 1887
  • Schoenen, 1886


?? stoel gaugain??
Dit lichteffect heet: clair-obscur. Dat is Frans voor 'licht-donker'. Hierbij worden de licht-donker contrasten sterker afgebeeld dan ze in het echt meestal zijn. Het ziet er daardoor nogal dramatisch uit.

Slide 15 - Tekstslide

Leg uit: In dit zelfportret is ook sprake van een groot licht-donkercontrast. Dit heet: clair-obscur. 
  • Zelfportret met vilthoed, 1886-1887




Maak binnen 1 minuut een dramatische foto met 

clair-obscur.


timer
1:00

Slide 16 - Tekstslide

Geef de leerlingen 1 minuut de tijd om een foto met clair-obscur effect te maken. Bijvoorbeeld een selfie. Klik op de stopwatch om de tijd te starten.

Bespreek vervolgens de resultaten.

SCHADUW
Schaduw: ontstaat als het licht van een lichtbron helemaal of gedeeltelijk wordt tegengehouden door een object. Zonder licht en een object is er geen schaduw.

Slide 17 - Tekstslide

Licht het begrip 'schaduw' toe of klik op de hotspot voor de definitie.

Vraag eventueel: hoe noem je de schaduw die Vincent in dit werk gebruikte? (antwoord: slagschaduw)



'Eigen schaduw' is de schaduw van het voorwerp op hetzelfde voorwerp. De onderbelicht kant van het voorwerp dus. Hier zijn dat de schaduwpartijen op de bierpullen. Naast 'eigen schaduw' is hier is ook slagschaduw te zien.
Slagschaduw: de schaduw van een voorwerp op een ondergrond of op een ander object. In dit geval Vincents schaduw op de grond.

Slide 18 - Tekstslide

Leg zo nodig de begrippen 'slagschaduw' en 'eigen schaduw' uit. Vraag dan waar Vincent 'slagschaduw' en waar hij 'eigen schaduw' gebruikte.
  • Bierpullen, 1885
  • De schilder op de weg naar Tarascon, 1888, vernietigd in de Tweede Wereldoorlog


Silhouet
Vincent schreef aan zijn broer Theo over Landschap bij avondschemering: "Twee perenbomen helemaal zwart tegen een geel wordende lucht"
(Brief 891, 24 juni 1890)

Slide 19 - Tekstslide

Klik op het icoon voor een citaat van Vincent over dit schilderij. 

Landschap bij avondschemering, 1889.
Hoe noem je het effect dat Vincent beschreef?
Silhouet
Een silhouet. We zagen het al eerder bij De zaaier.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verder met schets 1. Voeg toe:
          - Een klein licht-donkercontrast 
          - Slagschaduw
          - Eigenschaduw




timer
3:00

Slide 21 - Tekstslide

Geef de leerlingen 3 minuten om aan hun schets verder te werken.
Bespreek vervolgens de resultaten.
SAMENVATTING




Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichtbron:


Lichtrichting:


Lichtcontrast:


Schaduw:

  • natuurlijk en onnatuurlijk


  • tegenlicht, meelicht, zijlicht, strijklicht, diffuuslicht


  • groot contrast, klein contrast en clair-obscur


  • eigen schaduw, slagschaduw en silhouet

Slide 23 - Tekstslide

Loop eventueel het overzicht van de besproken begrippen door.
OEFENEN

Slide 24 - Tekstslide

Op de volgende slides volgen een aantal oefeningen.
- Wat is de lichtrichting?
- Wat voor schaduw zie je hier?

Schaduw: slagschaduw.
Schaduw: eigen schaduw.
Lichtrichting: tegenlicht.

Slide 25 - Tekstslide

Klik op de hotspots voor de antwoorden.

Cafétafel met absint, 1887.

- Wat is de lichtbron?
- Welk lichtcontrast gebruikte Vincent?
Lichtbron: natuurlijk licht. Vincent schilderde de maan en vele sterren.
Lichtcontrast: in De sterrennacht zie je een groot contrast tussen licht en donker. Lichte en donkere gedeeltes (zoals de sterren en de hemel) liggen naast elkaar.

Slide 26 - Tekstslide

De sterrennacht, 1889, Museum of Modern Art, New York.
- Wat is de lichtbron?
- Wat voor schaduw zie je?
Lichtbron: natuurlijk licht. De zon beschijnt dit landschap.
Schaduw: Hier is bijna geen schaduw te zien. Alleen wat slagschaduw onder de bomen.. Geïnspireerd door Japanse prenten liet Vincent de schaduw soms weg.

Slide 27 - Tekstslide

Veld met irissen bij Arles, 1888.
- Welk lichtcontrast gebruikte Vincent?
- Waarom deed hij dat, volgens jou?
   Lees eerst het citaat onder het icoon met de envelop.
Vincent gebruikte 'clair-obscur'. Dat maakt de scene iets dramatischer dan wanneer hij een klein licht-donkercontrast had gebruikt. 
"Ik heb n.l. wel terdeeg er op willen werken men de gedachte krijge dat die luidjes die bij hun lampje hun aardappels eten, met die handen die zij in den schotel steken zelf de aarde hebben omgespit en het spreekt dus van handenarbeid en van – dat zij hun eten zoo eerlijk verdiend hebben. Ik heb gewild dat het doe denken aan een gansch andere manier van leven dan die van ons – beschaafde menschen.– Ik zou dan ook volstrekt niet begeeren iedereen ’t zoo maar mooi of goed vond." Dit schreef Vincent op 30 april 18885 aan zijn broer Theo (brief 497).

Slide 28 - Tekstslide

De aardappeleters, 1885.
Schets 2: portret

9          Maak binnen 5 minuten een portret met:

          - Natuurlijk licht
          - Een silhouet
timer
5:00

Slide 29 - Tekstslide

Geef de leerlingen 5 minuten de tijd om de opdracht te doen. Klik op de stopwatch om de tijd te starten.

Bespreek na 5 minuten de schetsen met de leerlingen en rond de les af.