Grammar 14: One/Ones

One/Ones

Theme 5

Stepping Stones 5th edition

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

One/Ones

Theme 5

Stepping Stones 5th edition

Slide 1 - Tekstslide

Do you prefer the blue dress or the red one?
Wat betekent one in deze zin?

Slide 2 - Open vraag

One/Ones

Gebruik: als je een zelfstandig naamwoord wilt herhalen in de zin. Eerst komt het zelfstandig naamwoord en daarna one/ones.


You've got big problems and small ones.



Slide 3 - Tekstslide

One of ones?
One > enkelvoud
Ones > meervoud

Het hangt er van af of het zelfstandig naamwoord daarvoor in het enkelvoud of meervoud staat.
Let op de zin!
Do you like thrillers? This one is a must-read.

Slide 4 - Tekstslide

Gebruik one/ones
Na deze woorden kun je one/ones gebruiken:
- een bijvoeglijk naamwoord
- which
- this/ that/ these / those
- als zelfstandig naamwoord

Slide 5 - Tekstslide

Examples
There are big problems and small ones (na bijvoeglijk nw).
I have to read a book. Which one should I pick? (na which)
Do you like thrillers? This one is a must-read.
(na this/that/these/those)

Muffins? I like the ones with chocolate best.
(als zelfstandig nw)

Slide 6 - Tekstslide

Questions?

You'll get some questions from me on this topic.
Here we go...!

Slide 7 - Tekstslide

Fill in:
Do you prefer this sandwich or that ...?

Slide 8 - Open vraag

Fill in:
I need new cushions. I think I'll buy blue .... this time.

Slide 9 - Open vraag

Fill in:
I'm looking for new earphones, which ... are the best?

Slide 10 - Open vraag

Exercises
Do exercise 14 in your AB.
Finished?
Do exercise 15 in your AB. It's a challenging exercise.
If you think this is too difficult, then practise slim stampen grammar 14 on your Ipad.

Slide 11 - Tekstslide

Key exercise 14
1. ones
2. ones
3. ones
4. one
5. ones
6. one
7. one
8. one

Slide 12 - Tekstslide

Wat ging goed met het oefenen?

Slide 13 - Open vraag

Wat kan ik nog extra oefenen?

Slide 14 - Open vraag