Thema 2 Voeding & Vertering BS 3

Thema 2 Voeding & Vertering BS 3
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Thema 2 Voeding & Vertering BS 3

Slide 1 - Tekstslide

Welke voedingsstoffen zijn er?
A
Vitamines,mineralen, vezels,koolhydraten, water, vetten
B
Eiwitten, koolhydraten, vetten, vitamines, mineralen, water
C
Eiwitten, vezels, koolhydraten, water, mineralen, vetten
D
Eiwitten, vetten, koolhydraten, water, mineralen,vezels

Slide 2 - Quizvraag

Voedingsvezels zijn voedingsstoffen.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Wat is GEEN functie van voedingsstoffen?
A
Brandstof
B
Bouwstof
C
Hulpstof
D
Reservestof

Slide 4 - Quizvraag

"Voedingsstoffen zijn de bruikbare bestanddelen van je voedingsmiddelen." Voorbeelden van voedingsstoffen zijn dus:
A
appels, komkommers, sla
B
hamlapjes, kippenbouten, eieren
C
meel, suiker, melk
D
koolhydraten, eiwitten, vetten

Slide 5 - Quizvraag

Alle voedingsstoffen zijn........
A
brandstoffen
B
reservestoffen
C
bouwstoffen
D
beschermende stoffen

Slide 6 - Quizvraag

Verteringsstelsel
Aan het einde van de les kan je:
De organen van het verteringsstelsel noemen en aanwijzen

De functie van kauwen, kiezen en tanden geven.

De werking van verteringssappen uitleggen

Uitleggen hoe eten door je verteringsstelsel beweegt

Slide 7 - Tekstslide

Organen voor vertering

Slide 8 - Tekstslide

Het verterings-
stelsel

Voedsel wordt verkleind
en opgenomen in het bloed
= verteren

Niet alle voedingsstoffen 
moeten worden verteert!



Slide 9 - Tekstslide

De taak
van je verteringstelsel is?
A
zuurstof opnemen
B
bloed rond pompen
C
je beweging regelen
D
voedingsstoffen opnemen

Slide 10 - Quizvraag

Welke onderdelen horen bij de verteringstelsel?
A
Slokdarm, hart, lever, maag en dikke darm
B
Hart, hersens en lever
C
Slokdarm, lever, maag, dikke darm en dunne darm
D
Verteringstelsel bestaat niet

Slide 11 - Quizvraag

Slokdarm
Lever
Dikke darm
Galblaas
Maag
Alvleesklier
Dunne darm

Slide 12 - Sleepvraag

Het gebit

Slide 13 - Tekstslide

Het gebit
  • Met je snij en hoektanden bijt je stukken van het voedsel af
  • Met je kiezen maal je het voedsel fijn
  • Functie gebit: het voedsel in kleine stukjes verdelen bv. door kauwen

Slide 14 - Tekstslide

Hoektanden
Snijtanden
Kiezen
Verstandskiezen

Slide 15 - Sleepvraag

Vertering

Slide 16 - Tekstslide

begin vertering.
in de mondholte begint de vertering.
de tanden zorgen voor oppervlakte vergroting van het voedsel. De enzymen kunnen zo meer plekken bereiken en de vertering verloopt dan sneller.

Slide 17 - Tekstslide

Vertering

Slide 18 - Tekstslide

Niet verteren
Glucose, Mineralen, Water, Vitaminen
Wel verteren
Vetten, Eiwitten, Koolhydraten

Slide 19 - Tekstslide

    Welke van de voedingsstoffen moet je verteren?
WEL verteren
NIET verteren
vetten
Koolhydraten
vitamines
eiwitten
mineralen
water

Slide 20 - Sleepvraag

Enzymen zitten in verteringssappen en helpen bij het verteren van voedingsstoffen. Enzymen zorgen ervoor dat de vertering van voedingsstoffen                   gaat. Door je voedsel te kauwen,                          je het oppervlak. Hierdoor zijn de voedingsstoffen in het voedsel                            bereikbaar voor de enzymen.
vergroot
sneller
beter

Slide 21 - Sleepvraag

Peristaltiek
In de wanden van organen zitten spieren. Die trekken samen, voedsel verplaatst.



Slide 22 - Tekstslide

Peristaltiek

Slide 23 - Tekstslide

Onjuist
Juist
Met P is de twaalfvingerige darm aangeven.
In deel P kunnen peristaltische bewegingen voorkomen.

Slide 24 - Sleepvraag

Op plaats P trekken de......................... zich samen.
De darm wordt daardoor...........................
Op plaats Q trekken de ........................... zich samen.
De voedselbrok gaat daardoor...............................
In de afbeelding zie je een voedselbrok in de darm. Hoe werkt de darmperistaltiek?

Sleep de juiste antwoorden naar de zinnen.
Nauwer
Kringspieren
Van Q naar P
Van P naar Q
Lengtespieren
Wijder

Slide 25 - Sleepvraag

Exit ticket
Er komen 6 vragen.

Maak je ze goed? dan heb je de stof onder de knie!
Heb je nog niet alles goed? Kom dan nog even voor uitleg

Na het exitticket ga je huiswerk maken dat op het bord staat!
Wil je het samen doen? Dat mag :)

Slide 26 - Tekstslide

Hoe heet het laatste stukje
darm van het
verteringstelsel
A
dikke darm
B
twaalfvingerige darm
C
blinde darm
D
endeldarm

Slide 27 - Quizvraag

Hoe wordt voedsel in het verteringstelsel verplaatst?
A
via peristaltische bewegingen
B
via zwaartekracht

Slide 28 - Quizvraag

In welke volgorde gaat voedsel langs de organen van het verteringstelsel?
Mond
dikke darm
dunne darm
maag
slok darm

Slide 29 - Sleepvraag

De functie van het verteringsstelsel is het omzetten van...................... in ....................
Speeksel en maagsap zijn voorbeelden van.....................

De enzymen in...................... zorgen ervoor dat voedingsstoffen........................ worden afgebroken. Voedingsstoffen die...................... door de darmwand heen kunnen worden omgezet in verteringsproducten. Verteringsproducten kunnen...........................door de darmwand heen.
Verteringssappen
Verteringssappen
Sneller
Langzamer
Voedingsstoffen
Voedingsmiddelen
Wel
Niet

Slide 30 - Sleepvraag

Het gebit: de eerste stap in het verteren van voedsel
Snijtanden
Hoektanden
Kiezen
tanden waarmee stukken van voedsel wordt afgebeten
tanden waarmee stukken van voedsel wordt afgebeten
tanden met een knobbelige bovenkant waarmee voedsel wordt fijngemalen

Slide 31 - Sleepvraag

Spijsverteringsstelsel
Sleep de woorden naar de juiste plek.
Slokdarm
Lever
Dikke darm
Galblaas
Maag
Alvleesklier
Dunne darm
Anus
Blinde darm

Slide 32 - Sleepvraag