Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
HVV2A les 1
HERZLICH WILKOMMEN
HVV 2A
1 / 32
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
32 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
40 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
HERZLICH WILKOMMEN
HVV 2A
Slide 1 - Tekstslide
Liebe Leute, das Programm für heute
Seid ihr alle da?
Vorstellen Frau V.
Lernziele
Welches Buch?
Wiederholung Grammatik
Das Online-Buch funktioniert?
Slide 2 - Tekstslide
LERNZIELE
Ik heb een deel van mijn weektaak af
Slide 3 - Tekstslide
an die Arbeit, Planer Woche 37
HV2A:
- Online (oder im Buch): Kapitel 6 Aufgabe 2 b.z. 7
- Lernen Wortschatz Seite 26 "de gitaar" b.z. "lezen"
V2A:
- Online (oder im Buch): Kapitel 6 Aufgabe 1 b.z. 7
- Lernen Wortschatz Seite 26 "de gitaar" b.z. "naar
muziek luisteren"
Slide 4 - Tekstslide
an die Arbeit, Planer Woche 38
HV2A:
- Online (oder im Buch): Kapitel 6 Aufgabe 2 b.z. 7
- Lernen Wortschatz Seite 26 "de gitaar" b.z. "lezen"
V2A:
- Online (oder im Buch): Kapitel 6 Aufgabe 1 b.z. 7
- Lernen Wortschatz Seite 26 "de gitaar" b.z. "naar
muziek luisteren"
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het Duitse woord voor
"mevrouw"
A
Herr
B
Kind
C
Sohn
D
Frau
Slide 11 - Quizvraag
Hoe spreek je de letter V
in het Duits uit?
A
Vau
B
Voe
C
Veu
D
Vui
Slide 12 - Quizvraag
DUS SPREEK UIT....
Frau V
Slide 13 - Tekstslide
Noem persoonlijke
voornaamwoorden (Ne of Du)
Slide 14 - Woordweb
Vertaal naar het Duits
jij
A
er
B
sie
C
es
D
du
Slide 15 - Quizvraag
Vertaal naar het Duits
u
A
ihr
B
Sie
C
sie
D
er
Slide 16 - Quizvraag
ik
jullie
zij
het
wij
hij
ich
ihr
sie
es
wir
er
Slide 17 - Sleepvraag
Het bepaald en onbepaald lidwoord
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de en het (bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
De (bepaalde) lidwoorden in het Nederlands
de
en
het
(bepaald)
worden in het Duits:
der - die - das
GESLACHT!
der = na een
mannelijk
zelfstandig naamwoord (vaak "de")
die = na een
vrouwelijk
zelfstandig naamwoord (vaak "de")
das = na een
onzijdig
zelfstandig naamwoord (vaak "het")
Het bepaald en onbepaald lidwoord
Slide 18 - Tekstslide
DER + "mannelijke woorden"
mannelijke personen, dieren, beroepen
dagen
maanden
jaargetijden
Slide 19 - Tekstslide
DIE + "vrouwelijke" woorden"
vrouwelijke personen, dieren, beroepen
vaak
woorden eindigen op -e
altijd
woorden eindigen op:
-heit -keit -schaft -ung
Slide 20 - Tekstslide
DAS + "onzijdige" woorden"
"het"
woorden in het Nederlands
(PAS OP: niet altijd!!)
Slide 21 - Tekstslide
DIE + meervoud
Meervoudige zelfstandige naamwoorden
ALTIJD
DIE
Slide 22 - Tekstslide
.... Bruder
A
der
B
die
C
das
Slide 23 - Quizvraag
.... Tochter
A
der
B
die
C
das
Slide 24 - Quizvraag
.... Kuh
A
der
B
die
C
das
Slide 25 - Quizvraag
.... Mädchen
A
der
B
die
C
das
Slide 26 - Quizvraag
.... Buch
A
der
B
die
C
das
Slide 27 - Quizvraag
.... Mutter
A
der
B
die
C
das
Slide 28 - Quizvraag
.... Sonne
A
der
B
die
C
das
Slide 29 - Quizvraag
.... Lehrer
A
der
B
die
C
das
Slide 30 - Quizvraag
.... Land
A
der
B
die
C
das
Slide 31 - Quizvraag
LERNZIELE
Ik weet wie mevrouw Verholen is
Ik ken de lidwoorden in het Duits nog
Ik ken de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits nog
Ik kan in mijn online-boek
Ik weet wat ik volgende week af moet hebben
Slide 32 - Tekstslide