Koken 2MH: Rösti

Koken 
Wld
Je krijgt voor het koken geen cijfer tenzij de decent afspreekt dat dit wel gebeurt.

Je moet voor koken een voldoende scoren. Je haalt een voldoende als je de kookles hebt voorbereid (je weet wat en hoe je het allemaal doet. Je werkt hygiënisch, je gebruikt de doeken op de juiste manier, de werkplek blijft tijdens het koken schoon, afwassen op de juiste manier en je ruimt alles netjes op.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Koken 
Wld
Je krijgt voor het koken geen cijfer tenzij de decent afspreekt dat dit wel gebeurt.

Je moet voor koken een voldoende scoren. Je haalt een voldoende als je de kookles hebt voorbereid (je weet wat en hoe je het allemaal doet. Je werkt hygiënisch, je gebruikt de doeken op de juiste manier, de werkplek blijft tijdens het koken schoon, afwassen op de juiste manier en je ruimt alles netjes op.

Slide 1 - Tekstslide

Binnen 45 minuten, haalbaar bij een goede voorbereiding!
Niet voorbereid = Niet koken = Onvoldoende: Je doet niet mee met de groep!
Je hebt de LessonUP les doorgenomen voor de les. 
  • Je weet WAT je moet doen.  
  • Je weet HOE je het moet doen. 
  • Je weet WANNEER je iets moet doen. 
  • Als je binnenkomt: Ipad uit de tas, tas in het rek. LessonUP opstarten.
  • Daarna: Handen wassen en starten met koken.
                                                                                          De materialen zijn al aanwezig.  
Als jullie niet binnen de 45 minuten klaar zijn, hebben jullie iets in de voorbereiding of de uitvoering niet goed gedaan. Dit is van invloed op je cijfer. Het is dan een onvoldoende.

Slide 2 - Tekstslide

Gebruik materialen 
en de werkplek
Vaatdoekje: 
Schoonmaken keukenblad en gasfornuis  

Theedoek: 
Afwas mee afdrogen 

Handdoek: 
Afdrogen handen 

De werkplek en de vloer:
Schoonhouden tijdens het koken.
Vaatdoekje werkplek
Theedoek
afwas
Handdoek
Handdoek
handen afdrogen

Slide 3 - Tekstslide

Gebruik van deze materialen
theedoek:
afdrogen afwas
vaatdoek:
werkplek - fornuis
schoon
handdoek:
afdrogen handen
Gebruik de kunsstof spatel
NIET met een vork of mes of lepel
 in de pan.

Slide 4 - Tekstslide

Vooraf - afspraak
Handen wassen met zeep en
afdrogen met een handdoek

Niet ‘rommelen’ met eten
Tijdens het koken wordt er serieus gewerkt. 

Jullie maken een mooi 
                                en smakelijk gerecht.

Slide 5 - Tekstslide

Tijdens het koken
Aanrecht - werkplek:
Schoonhouden met het vaatdoekje of papier

Afval: Direct in het afvalbakje

Lepels / vorken / spatels:
Niet op het aanrecht maar bijv. op een bord

Klaargemaakte ingrediënten:
Op een bord/schaaltje (niet op het aanrecht).
               DE WERKPLEK BLIJFT SCHOON
Rauw vlees altijd met gescheiden materiaal bereiden: 
Aparte snijplank en aparte messen etc.
Pasop voor kruisbesmetting

Slide 6 - Tekstslide

Na het koken
Etensresten in de afvalbak! (gebruik papier)
1.  Vaat voorspoelen met lauw water
2. Afwassen (gebruik niet teveel zeep):  
      Gebruik warm water en een afwasborstel
3. Afwas op het rekje plaatsen
4. Afdrogen met de theedoek
5. Afwas terug op de juiste opruimplek
6. Werkplek schoon en droog maken 
     met het vaatdoekje
7. Vergeet het fornuis en/of de oven niet 
    schoon te maken met een sopje


Afdekroostertje 
na het afwassen schoonmaken 
en terugplaatsen.
8. Gebruikte doeken in de waszak doen.
Bah, je doet toch geen etensresten in het afwaswater? 

Slide 7 - Tekstslide

Veiligheid snijden
Iedereen heeft het filmpje over het snijden van de ui gezien en weet hoe dat moet. 

De techniek van het snijden langs de gebogen vingerkootjes pas je ook toe bij het snijden van de andere groente.

Let erop dat je je vingers die je op het voedsel hebt, gebogen houdt.  
Je snijdt langs je 2e vingerkootjes. 
Zo kun je je niet in je vinger snijden.
1
Snij de ui door zoals op het plaatje te zien is  (je kunt de ui ook eerst pellen).

Laat deel 1 eraan zitten
Snij deel 2 eraf
Snijden zoals het filmpje
2

Slide 8 - Tekstslide

Snijtechniek
  • Snij eerst de lengte richting in.
      Je ziet dat bj de paprika.

  • De courgette is ook zo   ingesneden maar   daarna is dat   ook nog overdwars in de   lengterichting gedaan  (afbeelding   linksboven).

  • Als je nu overdwars in de breedte gaat   snijden, dan krijg je mooie kleine stukjes.
Insnijden! 
Dat is wat anders dan doorsnijden!
Insnijden!  Aan de linkerkant is het ingredient niet doorgesneden.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Veiligheid bakken 
en ongezond bakvet
De stelen van de koekenpan boven het aanrecht houden  ==> Je loopt dan niet tegen de steel aan.  

Als boter te heet is, is het zwart met donkere stukjes. Als olie te heet is, rookt en/of walmt het.  Ook dan zie je zwarte 'stukjes'. Stop met koken.

Zet het vuur uit en de pan op een koude pit. Vraag de docent je te helpen.
Vlam in de pan? : Deksel erop!
Beweeg de deksel 'van je af'

Slide 11 - Tekstslide

Samenwerken met een andere groep:

Je deelt met een ander groepje de ingrediënten en materialen.


Overleg met elkaar.


Bakken in olie:


Als je in olie bakt is het altijd lastig te bepalen wanneer de olie heet genoeg is.

Je verdeelt de olie over de bodem van de pan. 

De olie heeft de juiste temperatuur als
er hele kleine bobbeltjes te zien zijn 
bij de rand van de houten spatel als 
je deze in de olie zet.

Slide 12 - Tekstslide

De schijf van vijf 
Je weet uit welke vakken de ingrediënten van dit gerecht komen en welke voedingsstoffen je met dit gerecht binnenkrijgt (klas 2) Noteer dit in je schrift.

Slide 13 - Tekstslide

Rösti
Rösti is een 'aardappelkoek'. Deze wordt vooral in duitstalige landen gegeten. Het bestaat uit geraspte aardappel die meestal in een ronde koekvorm wordt gebakken, de omvang varieert. 
Er kunnen veel ingrediënten toegevoegd worden aan de aardappel.

De aardappel: 

- Vastkokende - of licht kruimige aardappel zijn geschikt om een rösti te maken
- ALS de aardappel ongeschild gebruikt wordt: goed schoonboenen en pitjes en groen 
   gekleurde delen verwijderen
- ALS de aardappel geschild gebruikt wordt, deze NIET na het schillen worden gewassen


Slide 14 - Tekstslide

Ingrediënten 4-tal
2 Middelgrote niet-geschilde geraspte 
   aardappelen
Fijngesneden:
- 2 eetlepels spekjes 
- een stukje rode paprika, evt. courgette
- een 1/2 ui

- 1 ei
-  wat peper en heel weinig zout,
- 1 tl peterselie -1/2 tl knoflook
- olie

Materiaal: 
Kookschort aan, lange haren in een staart

  • snijplanken
  • snijmesjes
  • rasp
  • beslagkom
  • koekepan
  • spatel
  • vork
  • kunststof-spatel
  • bord + mes + vork voor elke leerling
  • bord voor gebruikt materiaal
  • vaatdoek - handdoek - theedoek
  • afvalbakje (werkplek schoon)
Niet met een mes of vork in de pan want daarmee verniel je de bodem van de pan.
Gebruik een kunsstof spatel.
Vega-variant: 
I.p.v. spekjes voeg je 3 eetlepels geraspte kaat toe.

Slide 15 - Tekstslide

Werkwijze (1)
1. Boen de aardappel schoon met een 
    'nagelborsteltje', verwijder 'groene delen'
2. Rasp de schone aardappel  met schil

3. Snij de paprika, ui (de 
     courgette) in kleine stukjes

4. De spekblokjes in nog kleinere
     stukjes fijn snijden
Laatste kleine stukje? Pasop je vingers!

Slide 16 - Tekstslide

Werkwijze (2)
5. Doe alle gesneden ingrediënten 
     in de beslagkom

6. Voeg de kruiden toe

7. Voeg 1 ei toe

8. Meng alles goed door elkaar
     (gebruik een vork)

Slide 17 - Tekstslide

Werkwijze (3)
9. Doe olie in de pan. De olie is heet als er bij de rand van de
     houten lepel die je rechtop in de olie zet belletjes te zien zijn
  
10 Doe het röstimengsel in de pan, druk het aan met de spatel zodat 
      er een pannenkoek ontstaat. 

11. Laat op laag tot middelhoog vuur de rösti bakken: 8 min 
      
12. Draai de röstipannenkoek om en bak nog 6 min.                 
     

Slide 18 - Tekstslide

Werkwijze (4)
13.    Schuif de röstiepannenkoek uit de pan op een 
          groot bord. Laat het resultaat aan de docent zien.

14.   Snij punten, zodat iedereen ongeveer evenveel
         rösti heeft. Wil iemand wat minder? Houd daar 
         dan rekening mee.

15.    Eet smakelijk!
     
Afwassen en opruimen.
Doe het op de manier zoals omschreven.
Laat de schone en opgeruimde werkplek aan de docent zien. 

Slide 19 - Tekstslide