In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Ik ken de vraagwoorden
Ik weet wanneer ik hoofdletters moet gebruiken in het Duits
Ik ken de persoonlijke voornaamwoorden
NIEUW: Ik kan het werkwoord "haben" vervoegen
ich habe = ik heb
du hast = jij hebt
er hat = hij heeft
sie hat = zij heeft
es hat = het heeft
wir haben = wij hebben
ihr habt = jullie hebben
sie haben = zij hebben
Sie haben = u heeft