Hoe gebruik je de Atlas?


Hoe gebruik je de Atlas?




Kaart en Plaatsbepaling
1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 9 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


Hoe gebruik je de Atlas?




Kaart en Plaatsbepaling

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat staat er in de atlas?
 
  1. Thematische kaarten                   
  2. Overzichtskaarten             Staatkundig               Natuurkundig                               Topografisch                                   Plattegrond

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe gebruik je de atlas?
Bij aardrijkskunde heb je een atlas nodig. Je kunt op verschillende manieren in de atlas zoeken.

  1. Inhoudsopgave
  2. Bladwijzer
  3. Topografische register
  4. Trefwoordenregister 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoudsopgave
Staan de nummers en de titels van alle atlaskaarten in de volgorde zoals ze in de atlas staan: van dichtbij naar veraf.

Slide 4 - Tekstslide

● Voor in de atlas staat de inhoudsopgave. Daarin staan de nummers en de titels van alle atlaskaarten in de volgorde zoals ze in de atlas staan: van dichtbij naar veraf.
Bladwijzer
Als je snel een plaats of gebied wilt opzoeken waarvan je al ongeveer weet waar dat ligt

Slide 5 - Tekstslide

Als je snel een plaats of gebied wilt opzoeken waarvan je al ongeveer weet waar dat ligt, is een bladwijzer handig. Een bladwijzer is een kaart met vakken waarin de nummers van de kaartbladen staan. Je vindt hem aan de binnenkant van de kaft.
Topografische register
Als je niet weet waar een plaats ligt. Dat is een alfabetische lijst van alle plaatsen, rivieren en bergen in de atlas. Achter elke naam staat eerst de bladzijde van de kaart en daarachter het kaartvak. 

Bijvoorbeeld: Calgary 200-201 I4.

Slide 6 - Tekstslide

Als je niet weet waar een plaats ligt, gebruik je het topografische register. Dat is een alfabetische lijst van alle plaatsen, rivieren en bergen in de atlas. Achter elke naam staat eerst de bladzijde van de kaart en daarachter het kaartvak. Bijvoorbeeld: Calgary 200-201 I4. Dat betekent dat Calgary op kaartblad 200-201 in kaartvak I4 ligt.
Trefwoorden register
Als je informatie zoekt over een onderwerp.
Het trefwoordenregister is een lijst met onderwerpen. Bij elk onderwerp staat welke kaarten in de atlas daarover gaan.

Slide 7 - Tekstslide

Als je informatie zoekt over een onderwerp, gebruik je het trefwoordenregister achter in de atlas. Dat is een lijst met onderwerpen. Bij elk onderwerp staat welke kaarten in de atlas daarover gaan.
Legenda
Bij alle kaarten in de atlas hoort een legenda. Vaak staat die direct bij de kaart, maar soms staat er voor of achterin de atlas een algemene legenda voor overzichtskaarten.

Slide 8 - Tekstslide

Bij alle kaarten in de atlas hoort een legenda. Vaak staat die direct bij de kaart, maar soms staat er voor in de atlas een algemene legenda voor overzichtskaarten.
Opdrachten
Maak de instaptoets atlasvaardigheden



Opdrachten

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies