Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
Quiz over de 3e naamval
Waar gaan we het vandaag over hebben?
A
1e naamval
B
2e naamval
C
3e naamval
D
4e naamval
1 / 13
volgende
Slide 1:
Quizvraag
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
In deze les zitten
13 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Lesduur is:
10 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Waar gaan we het vandaag over hebben?
A
1e naamval
B
2e naamval
C
3e naamval
D
4e naamval
Slide 1 - Quizvraag
Als we het over een 3e naamval in het Duits hebben, over welk Nederlands zinsdeel hebben we het dan?
A
werwoordelijk gezegde
B
onderwerp
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp
Slide 2 - Quizvraag
Wat doe ik als allereerste voordat ik een zin ga ontleden?
A
Kijken of er een voorzetsel in de zin staat
B
werkwoordelijk gezegde bepalen
C
Onderwerp zoeken
D
geen van het bovenstaande
Slide 3 - Quizvraag
Wat betekend het Duitse voorzetsel "aus"?
A
uit
B
van
C
door
D
open
Slide 4 - Quizvraag
Wat betekend het Duitse voorzetsel "seit"?
A
zijn
B
sinds
C
achter
D
vorig
Slide 5 - Quizvraag
Wat betekend het Duitse voorzetsel "gegenüber"?
A
tegenover
B
voor
C
tegen elkaar
D
tegenstrijdig
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekend het Duitse voorzetsel "mit"?
A
uit
B
bij
C
zonder
D
met
Slide 7 - Quizvraag
Wat betekend het Duitse voorzetsel "zu"?
A
naar
B
na
C
naast
D
toe
Slide 8 - Quizvraag
Wat betekend het Duitse voorzetsel "nach"?
A
na
B
naar
C
naast
D
zonder
Slide 9 - Quizvraag
Wanneer gebruik je "nach"?
A
Bij plaatsen
B
Bij steden
C
Vaste constructies
D
Bij personen
Slide 10 - Quizvraag
Wanneer gebruik je "zu"?
A
Bij plaatsen
B
Bij steden
C
Vaste constructies
D
Bij personen
Slide 11 - Quizvraag
Willen jullie vaker een Quizje in de les?
A
Ja
B
Nee
C
Maakt niet uit
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide